Operation Manual

NEDERLANDS
66
zo veel groter worden gemaakt als de helft
van het verschil tussen de diameters van de
geleidingsbus en de frees.
Voor ingebruikneming
1. Controleer dat de frees goed in de spantang is
geplaatst.
2. Stel de zaagdiepte in.
3. Sluit stofafzuiging aan.
4. Het is belangrijk dat de invalzaagbegrenzer altijd
is vergrendeld voordat u inschakelt.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd
aan de veiligheidsinstructies en van
toepassing zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige
aanpassing maakt of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert.
WAARSCHUWING: Verplaats
uw bovenfrees altijd volgens de
aanwijzingen in afb. 13 (buitenste
randen/binnenste randen).
Juiste handpositie (afb. 15)
WAARSCHUWING: Beperk het risico
van ernstig persoonlijk letsel, houd
ALTIJD uw handen in de juiste stand,
zoals wordt getoond.
WAARSCHUWING: Beperk het risico
van ernstig persoonlijk letsel, houd het
gereedschap ALTIJD stevig vast en
wees voorbereid op een plotselinge
reactie.
Voor de juiste handpositie zet u uw handen op de
handgrepen (i)
Invoerrichting (afb. 13)
1. Voer het werkstuk altijd in tegen de draaiende
frees zoals wordt getoond in afbeelding 13.
In- en uitschakelen (afb. 1)
1. Aan: trek de schakelaar (a) omhoog.
2. Uit: duw de schakelaar (a) omlaag.
WAARSCHUWING: Maak de
invalzaagbegrenzer los en laat de
bovenfreeswagen terugkeren in de
ruststand voordat u het gereedschap
uitschakelt.
Geleidingsbussen gebruiken (afb. 10)
1. Klem het sjabloon op het werkstuk.
2. Selecteer en installeer een geschikte
geleidingsbus.
3. Trek de diameter van de bovenfrees af van de
buitendiameter van de geleidingsbus en deel
door 2. Dit is het verschil tussen het sjabloon en
het werkstuk.
WAARSCHUWING: Is het werkstuk
niet dik genoeg? Plaats het dan op een
stuk afvalhout.
WAARSCHUWING: Maak alleen
ondiepe zaagsneden! Gebruik frezen
met een max. diameter van 40 mm.
Werken met voorfrezen
Wanneer een parallelle geleiding of geleidingsbus
niet geschikt zijn, is het mogelijk voorfrezen te
gebruiken voor het frezen van geprofileerde randen.
Neem contact op met uw leverancier voor verdere
informatie over de geschikte accessoires.
Deze omvatten spantangen (6 - 12,7mm), een
instrument voor hoogteafstelling en een freestafel
voor gebruik in omgekeerde positie, gereedschap
voor zwaluwstaartverbindingen, sjablonen voor
deuvelverbindingen, verstelbare geleidingsbushouder
en geleidingsbussen en geleidingsrails in diverse
lengten.
Stofafzuiging aansluiten (afb. 14)
De adapter voor de stofafzuiging (gg) bestaat uit een
hoofdgedeelte (hh), een klemstuk (ii), een freesplaat
(jj), twee schroeven (kk) en twee moeren (ll).
1. Schuif vanaf de voorzijde de klemplaat (ii) op het
hoofdgedeelte (hh).
2. Monteer de schroeven (kk) en moeren (ii).
3. Plaats de freesplaat (jj) vanaf de onderzijde en
draai deze totdat hij op z’n plaats klikt.
4. Monteer de unit op de grondplaat van de
bovenfrees.
5. Sluit een slang voor de stofafzuiging aan op de
stofafzuigingsadapter (gg).
6. Draai de schroef bovenop de bovenfrees los en
monteer de slanggeleider zoals wordt getoond.