Operation Manual

NEDERLANDS
100
2. Zet het gereedschap uit en laat het tot stilstand
komen als u snelheid 2 (een laag koppel)
wilt kiezen. Schuif de versnellingswissel naar
achteren (weg van de boorkop).
OPMERKING: Wissel geen versnellingen wanneer
het gereedschap draait. Laat de boor altijd tot
stilstand komen voordat u de versnelling wisselt.
Als het wisselen van versnelling niet gemakkelijk
verloopt, is het belangrijk dat u controleert dat de
versnellingswissel geheel naar voren of geheel naar
achteren is geduwd.
Werklicht (afb. 1)
Er bevindt zich een werklicht (e) boven de Aan/
Uit-schakelaar (a). Het werklicht wordt geactiveerd
wanneer u de Aan/Uit-schakelaar indrukt en gaat
automatisch uit 20 seconden nadat u de schakelaar
hebt losgelaten. Als u de Aan/Uit-schakelaar
ingedrukt houdt, blijft het werklicht aan.
OPMERKING: De werklichten zijn bedoeld voor
het verlichten van het directe werkoppervlak en zijn
niet bedoeld om te worden gebruikt zoals u een
zaklantaarn gebruikt.
Sleutelloze Enkelvoudige boorkop
(afb. 7–9)
WAARSCHUWING: Probeer niet
boortjes (of een ander accessoire) vast
te zetten door het voorste gedeelte
van de boorkop vast te grijpen en het
gereedschap in te schakelen. Dit kan
leiden tot beschadiging van de boorkop
en tot persoonlijk letsel. Vergrendel
altijd de Aan/Uit-schakelaar en trek de
stekker uit het stopcontact wanneer u
accessoires wisselt.
WAARSCHUWING: Controleer altijd
dat het bitje goed vastzit voordat u
het gereedschap start. Een los bitje
kan uit het gereedschap schieten en
dat zou dan persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
Uw gereedschap is voorzien van een sleutelloze
boorkop (f) met een roterende mof zodat u de
boorkop met één hand kunt bedienen. Ga als volgt
stapsgewijs te werk als u een boortje of een ander
accessoire wilt inzetten.
1. Zet het gereedschap uit en trek de stekker uit
het stopcontact.
2. Pak de zwarte mof van de boorkop met één
hand vast en houd met de andere hand het
gereedschap vast. Draai de mof zo ver naar
links dat u het accessoire van uw keuze kunt
inzetten.
3. Steek het accessoire ongeveer 19 mm (3/4")
in de boorkop en draai deze stevig vast door
de mof naar rechts te draaien met de ene
hand terwijl u het gereedschap met de andere
vasthoudt. Uw gereedschap is voorzien
van een mechanisme voor automatische
spindelvergrendeling. Zo kunt u de boorkop met
één hand openen en sluiten.
Het is belangrijk dat u de boorkop vastzet met
één hand op de mof van de boorkop terwijl u het
gereedschap met de andere hand zo goed mogelijk
vasthoudt.
U kunt het accessoire losmaken door stap 1 en 2 die
hierboven worden vermeld, te herhalen.
Riemhaak en bithouder (afb. 1)
WAARSCHUWING: Beperk het
gevaar op ernstig persoonlijk
letsel tot een minimum: zet het
gereedschap uit en neem de accu
uit, voordat u een aanpassing
uitvoert of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert.
WAARSCHUWING: Beperk het risico
van ernstig persoonlijk letsel, hang
het gereedschap NIET boven uw
hoofd op en hang geen voorwerpen aan
de riemhaak. Hang de riemhaak van het
gereedschap UITSLUITEND aan een
gereedschapsgordel.
WAARSCHUWING: Beperk het risico
van ernstig persoonlijk letsel, let erop
dat de schroef waarmee de riemhaak
vastzit goed is bevestigd.
BELANGRIJK: Gebruik voor het bevestigen of
vervangen van de riemhaak of de bithouder alleen
de bijgeleverde schroef (h). Let erop dat de schroef
stevig is vastgedraaid.
Voor links- of een rechtshandig gebruik kunnen de
riemhaak (g) en de bithouder (i) met de bijgeleverde
schroef (h) aan weerszijden van het gereedschap
worden bevestigd. Als u de haak of de bithouder
niet wilt gebruiken, kunt u deze van het gereedschap
afhalen.
U kunt de riemhaak of de bithouder verplaatsen
door de schroef (h) die de riemhaak op z’n plaats
houdt, te verwijderen en aan andere zijde weer
te monteren. Let erop dat de schroef stevig is
vastgedraaid.