Operation Manual
314 Problemen oplossen
CONTROLEER OF DE TELEFOONLIJN IS GEACTIVEERD
CONTROLEER OF HET TELEFOONCONTACT NAAR BEHOREN WERKT
SLUIT DE MODEM RECHTSTREEKS AAN OP HET TELEFOONCONTACT
GEBRUIK EEN ANDERE TELEFOONLIJN —
• Controleer of de telefoonlijn is aangesloten op de aansluiting op de modem (naast
de aansluiting bevindt zich een groen label of een pictogram in de vorm van een
stekker).
• Zorg ervoor dat u een klik hoort wanneer u de telefoonlijnconnector in de modem
steekt.
• Ontkoppel de telefoonlijn van de modem en sluit deze op een telefoon aan. Luister
vervolgens of u een kiestoon hoort.
• Als er andere telefoonapparaten zijn die de lijn gebruiken, zoals een fax,
overspanningsbeveiliging of een lijnsplitter, moet u deze omzeilen en de telefoon
gebruiken om de modem rechtstreeks op de telefoonwandaansluiting aan te sluiten.
Als u een snoer gebruikt dat 3 meter of langer is, moet u een korter snoer
uitproberen.
ALS UW COMPUTER MET EEN MODEM IS UITGERUST, MOET U DE DIAGNOSTISCHE
MODEMTOOL UITVOEREN.—
1
Klik op
Start
→
Alle
Programma's
→
Modemhulp
of
Diagnostische modemtool
2
Volg de instructies op het scherm om modemproblemen te identificeren en op te
lossen Modem Helper is op bepaalde computers niet beschikbaar.
CONTROLEER OF DE MODEM COMMUNICEERT MET WINDOWS —
Windows Vista:
1
Klik op
Start
→
Configuratiescherm
→
Hardware en geluiden
→
Telefoon- en
modemopties
→
Modems
.
2
Klik op de COM-poort voor uw modem
→
Eigenschappen
→
Diagnostische
gegevens
→
Instellingen opvragen
om te controleren of de modem communiceert met
Windows.
Als alle opdrachten worden beantwoord, werkt de modem goed.
Windows XP:
1
Klik op
Start
→
Configuratiescherm
→
Printers en andere hardware
→
Telefoon- en
modemopties
→
Modems
.
2
Klik op de COM-poort voor uw modem
→
Eigenschappen
→
Diagnostische
gegevens
→
Instellingen opvragen
om te controleren of de modem communiceert met
Windows.
Als alle opdrachten worden beantwoord, werkt de modem goed.