Dell™ Vostro™ V130 Onderhoudshandleiding Regelgevingsmodel: Regulatory Model: P16S
Aan de computer werken Voordat u in de computer gaat werken Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan: • • • U hebt de stappen in Voordat u aan de computer gaat werken uitgevoerd. U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
6. Sluit het beeldscherm en zet de computer ondersteboven op een plat werkoppervlak neer. OPMERKING: U voorkomt schade aan het moederbord door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u de computer een onderhoudsbeurt geeft. 7. Verwijder de hoofdbatterij (zie Batterij). 8. Zet de computer met de bovenzijde omhoog. 9. Klap het beeldscherm open. 10. Druk op de aan-uitknop om het moederbord te aarden.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt Nadat u de onderdelen hebt vervangen of teruggeplaatst, moet u controleren of u alle externe apparaten, kaarten, kabels etc. hebt aangesloten voordat u de computer inschakelt. WAARSCHUWING: U voorkomt schade aan de computer door alleen de batterij te gebruiken die voor deze specifieke Dell-computer is ontworpen. Gebruik geen batterijen die voor andere Dell-computer zijn ontworpen. 1.
Batterij De batterij verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Breng de vergrendelingsklem van de zwarte kabel omhoog om de batterijkabel los te maken uit de connector op het moederbord en koppel de batterijkabel los. 5. Verwijder de schroeven waarmee de batterij aan de computer wordt bevestigd. 6. Til de batterij uit de computer.
De batterij plaatsen OPMERKING: Zie De batterij verwijderen als u de batterij wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats de batterij in het batterijvak. 2. Plaats de schroeven waarmee de batterij aan de computer is bevestigd terug en draai ze aan. 3. Sluit de batterijkabel aan op het moederbord en druk de vergrendelingsklem van de kabel omlaag om de batterijkabel te vergrendelen. 4. Plaats de onderplaat. 5. Plaats de SD-kaart (Secure Digital). 6.
SD -kaart (Secure Digital) De SD-kaart (Secure Digital) verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Druk op de SD-kaart om deze los te maken uit de computer. 3. Schuif de SD-kaart uit de computer.
OPMERKING: Zie De SD-kaart (Secure Digital) plaatsen als u de SD-kaart wilt plaatsen. De SD-kaart (Secure Digital) plaatsen OPMERKING: Zie De SD-kaart (Secure Digital) verwijderen als u de SD-kaart wilt verwijderen of vinden. 1. Schuif de SD-kaart in de sleuf totdat de kaart op zijn plaats klikt. 2. Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt.
Onderplaat De onderplaat verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de schroeven waarmee de onderplaat aan de computer is bevestigd. 4. Schuif de onderplaat naar de voorzijde van de computer. Til de plaat uit de computer. OPMERKING: Zie De onderplaat plaatsen als u de onderplaat wilt terugplaatsen. De onderplaat plaatsen OPMERKING: Zie De onderplaat verwijderen als u de onderplaat wilt verwijderen of vinden.
Vaste schijf en geluidskaart De vaste schijf en geluidskaart verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Koppel de kabels van de luidspreker en het moederbord los van de geluidskaart. 6. Verwijder de schroeven waarmee de geluidskaart en de vaste schijf aan de computer zijn bevestigd. 7. Til de vaste schijf en de geluidskaart uit de computer.
8. Schuif de geluidskaart weg van de vaste schijf. 9. Verwijder de schroeven waarmee de bracket aan de vaste schijf is bevestigd.
10. Verwijder de vaste schijf uit de bracket. OPMERKING: Zie De vaste schijf en geluidskaart plaatsen.als u de geluidskaart en de vaste schijf wilt plaatsen. De vaste schijf en geluidskaart plaatsen Zie De vaste schijf en geluidskaart verwijderen als u de vaste schijf en geluidskaart wilt verwijderen of vinden. 1. Bevestig de vaste-schijfbracket op de vaste schijf. 2. Draai de schroeven aan waarmee de bracket van de vaste schijf aan de vaste schijf is bevestigd. 3.
Knoopcelbatterij De knoopbatterij verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de kaart voor het kaartleesapparaat. 6. Koppel de kabel van de knoopbatterij los van het moederbord. 7. Ontgrendel de knoopbatterij en verwijder deze uit de computer. OPMERKING: Zie De knoopbatterij plaatsen als u de knoopbatterij wilt terugplaatsen.
2. Sluit de kabel van de knoopbatterij aan op het moederbord. 3. Plaats de kaart voor het kaartleesapparaat. 4. Plaats de batterij. 5. Plaats de onderplaat. 6. Plaats de SD-kaart (Secure Digital). 7. Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt.
WLAN-kaart (Wireless Local Area Network) De WLAN-kaart (Wireless Local Area Network) verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Koppel de antennekabels van de WLAN-kaart los. 6. Verwijder de schroef waarmee de WLAN-kaart aan de computer is bevestigd. 7. Schuif de WLAN-kaart uit de sleuf op het moederbord.
De WLAN-kaart (wireless local area network) plaatsen OPMERKING: Zie De WLAN-kaart (Wireless Local Area Network) verwijderen om de WLAN-kaart te verwijderen of vinden. 1. Steek de WLAN-kaart in de connector onder een hoek van 45 graden. 2. Plaats de schroef terug waarmee de WLAN-kaart aan het moederbord wordt bevestigd en draai deze vast. 3. Sluit de zwarte en witte antennekabels aan op de respectievelijke connectors die gemarkeerd zijn op de WLANkaart. 4. Plaats de batterij. 5.
Polssteun en beeldscherm De polssteun en het beeldscherm verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de geluidskaart en vaste schijf. 6. Verwijder de WLAN-kaart (wireless local area network). 7. Verwijder de WWAN-kaart (wireless wide area network). 8. Verwijder de led-kap. 9. Verwijder het geheugen. 10. Verwijder het toetsenbord. 11.
18. Trek de kabels uit de openingen in de polssteuneenheid om de beeldschermeenheid los te maken van de polssteuneenheid. OPMERKING: Zie De polssteun en het beeldscherm plaatsen om de polssteun en het beeldscherm te plaatsen. De polssteun en het beeldscherm plaatsen OPMERKING: Zie De polssteun en het beeldscherm verwijderen als u het moederbord wilt verwijderen of vinden. 1. Leid alle kabels van het beeldscherm door de openingen in de polssteun. 2.
Mediakaart De mediakaart verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de led-kap. 3. Gebruik een plastic pennetje om de mediakaart uit het moederbord te trekken. OPMERKING: Zie De mediakaart plaatsen om het moederbord terug te plaatsen. De mediakaart plaatsen OPMERKING: Zie De mediakaart verwijderen als u het moederbord wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats de mediakaart terug door deze voorzichtig in de sleuf op het moederbord te drukken. 2.
Luidspreker De luidspreker verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de sensor voor het sluiten van het beeldscherm. 6. Verwijder de geluidskaart en de vaste schijf. 7. Verwijder de tape waarmee de luidsprekerkabel aan de computer is bevestigd. 8. Koppel de touchpadkabel los van de aansluiting op het moederbord. 9.
11. Verwijder de luidspreker uit de computer. OPMERKING: Zie De luidspreker plaatsen als u de luidspreker wilt terugplaatsen. De luidspreker plaatsen OPMERKING: Zie De luidspreker verwijderen als u de luidspreker wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats de luidspreker in de betreffende sleuf in de computer. 2. Draai de schroeven aan waarmee de luidspreker aan de computer wordt bevestigd. 3. Leid de luidsprekerkabel terug door de kabelgeleider in de computer. 4.
Montagekader van het beeldscherm Het montagekader van het beeldscherm verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de WLAN-kaart (wireless local area network). 6. Verwijder de WWAN-kaart (wireless wide area network). 7. Verwijder de led-kap. 8. Verwijder het geheugen. 9. Verwijder het toetsenbord. 10. Verwijder de thermische ventilator. 11.
16. Til het montagekader van het beeldscherm omhoog en verwijder het uit het beeldscherm.
OPMERKING: Zie Het montagekader van het beeldscherm plaatsen als u het montagekader van het beeldscherm wilt plaatsen. Het montagekader van het beeldscherm plaatsen OPMERKING: Zie Het montagekader van het beeldscherm verwijderen als u het montagekader van het beeldscherm wilt verwijderen of vinden.
1. Lijn het montagekader van het beeldscherm uit met het beeldscherm en klik het voorzichtig op zijn plaats. 2. Plaats de schroeven waarmee het montagekader van het beeldscherm aan het beeldscherm is bevestigd, terug en draai de schroeven aan. 3. Plaats de schroefkapjes terug. 4. Plaats de polssteun en het beeldscherm. 5. Plaats het moederbord. 6. Plaats de thermische ventilator. 7. Plaats het toetsenbord. 8. Plaats het geheugen. 9. Plaats de led-kap. 10.
Camera De camera verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder het montagekader van het beeldscherm. 6. Koppel de camerakabel los van de cameramodule. 7. Gebruik een plastic pennetje om de camera los te maken van de achterzijde van het beeldscherm. OPMERKING: Zie De camera plaatsen als u de camera wilt terugplaatsen.
7. 32 Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt.
Thermische ventilator De thermische ventilator verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de geluidskaart en de vaste schijf. 6. Verwijder de WLAN-kaart (wireless local area network). 7. Verwijder de WWAN-kaart (wireless wide area network). 8. Verwijder de led-kap. 9. Verwijder het geheugen. 10. Verwijder het toetsenbord. 11.
De thermische ventilator plaatsen OPMERKING: Zie De thermische ventilator verwijderen als u de warmteafleider en de ventilator wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats de ventilator in de betreffende sleuf in de computer. 2. Plaats de schroef waarmee de ventilator aan de computer is bevestigd, terug en draai de schroef aan. 3. Sluit de kabel van de thermische ventilator aan op het moederbord. 4. Plaats het moederbord. 5. Plaats de knoopbatterij. 6. Plaats de kaart voor het kaartleesapparaat. 7.
Moederbord Het moederbord verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de WLAN-kaart (wireless local area network). 6. Verwijder de WWAN-kaart (wireless wide area network). 7. Verwijder de led-kap. 8. Verwijder het geheugen. 9. Verwijder het toetsenbord. 10. Trek aan het blauwe lipje om de beeldschermkabel los te maken van het moederbord. 11.
13. Koppel de flexibele kabels van de camera, de thermische ventilator, de knoopbatterij, de vaste schijf, het SDkaartleesapparaat, het simkaartleesapparaat, de ledkaart en het touchpad los van het moederbord. 14. Verwijder de schroeven waarmee het moederbord aan de computer is bevestigd. 15. Til het moederbord omhoog en verwijder deze uit de computer. OPMERKING: Zie Het moederbord plaatsen om het moederbord terug te plaatsen.
Het moederbord plaatsen OPMERKING: Zie Het moederbord verwijderen als u het moederbord wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats het moederbord op zijn plaats op de onderplaat van de computer. 2. Draai de schroeven aan waarmee het moederbord aan de computer is bevestigd. 3. Sluit de kabels van de camera, de thermische ventilator, de knoopbatterij, de vaste schijf, het SDkaartleesapparaat, het simkaartleesapparaat en de ledkaart en de flexibele kabel van het touchpad aan op het moederbord. 4.
Simkaart (Subscriber Identity Module) De simkaart (Subscriber Identity Module) verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Steek een paperclip in de kleine opening op de simkaarthouder om de simkaarthouder los te maken uit de sleuf. 6. Schuif de simkaarthouder uit het systeem. 7. Verwijder de simkaart uit de simkaarthouder.
De simkaart (Subscriber Identity Module) plaatsen OPMERKING: Zie De simkaart (Subscriber Identity Module) verwijderen om de simkaart te verwijderen of vinden. 1. Plaats de simkaart in de simkaarthouder. 2. Schuif de simkaarthouder samen met de simkaart in het betreffende compartiment totdat u een klik hoort. 3. Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt.
Geheugen Het geheugen verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de led-kap. 3. Duw de bevestigingsklemmetjes aan weerszijden van de geheugenmoduleconnector met uw vingertoppen voorzichtig uit elkaar totdat de geheugenmodule omhoog springt. 4. Verwijder de geheugenmodule uit de connector op het moederbord door de module uit het moederbord te halen onder een hoek van 45 graden. OPMERKING: Zie Het geheugen plaatsen om het geheugen terug te plaatsen.
Led-kap De led-kap verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Begin aan de rechterzijde van het systeem en gebruik een plastic pennetje om de led-kap los te wrikken van de computer. 3. Trek de led-kap in de richting van het toetsenbord en verwijder de led-kap uit de computer. OPMERKING: Zie De led-kap plaatsen als u de led-kap wilt terugplaatsen. De led-kap plaatsen Zie De led-kap verwijderen als u de led-kap wilt verwijderen of vinden. 1.
WWAN-kaart (Wireless Wide Area Network) De WWAN-kaart (wireless wide area network) verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Koppel de antennekabels los van de WWAN-kaart. 6. Verwijder de schroef waarmee de WWAN-kaart aan de computer is bevestigd. 7. Schuif de WWAN-kaart uit de connector en verwijder deze uit de computer.
De WWAN-kaart (Wireless Wide Area Network) plaatsen OPMERKING: Zie De WWAN-kaart (Wireless Wide Area Network) verwijderen om de WWAN-kaart te verwijderen of vinden. 1. Steek de WWAN-kaart in de connector onder een hoek van 45 graden. 2. Plaats de schroef terug waarmee de WWAN-kaart aan het moederbord wordt bevestigd en draai deze vast. 3. Sluit de antennekabels aan op de WWAN-kaart. 4. Plaats de batterij. 5. Plaats de onderplaat. 6. Plaats de SD-kaart (Secure Digital). 7.
Toetsenbord Het toetsenbord verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de led-kap. 6. Verwijder de schroeven waarmee het toetsenbord aan de computer is bevestigd. 7. Draai het toetsenbord om en plaats het op de polssteun. 8. Til de klem omhoog om de kabel van het toetsenbord te ontgrendelen en koppel de kabel los van de computer. 9.
OPMERKING: Zie Het toetsenbord plaatsen als u het toetsenbord wilt plaatsen. Het toetsenbord plaatsen OPMERKING: Zie Het toetsenbord verwijderen als u het toetsenbord wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats het toetsenbord met de onderzijde omhoog op de polssteun. 2. Sluit de toetsenbordkabel aan op de connector op het moederbord. 3. Draai het toetsenbord om en plaats het op de polssteun. 4. Plaats de schroeven waarmee het toetsenbord aan de polssteun is bevestigd, terug en draai de schroeven aan. 5.
6. Plaats de batterij. 7. Plaats de onderplaat. 8. Plaats de SD-kaart (Secure Digital). 9. Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt.
Kaart voor het kaartleesapparaat De kaart voor het kaartleesapparaat verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de geluidskaart en vaste schijf. 6. Koppel de kabel van het kaartleesapparaat los van het moederbord. 7. Verwijder de schroeven waarmee de kaart van het leesapparaat aan de computer is bevestigd. 8.
OPMERKING: Zie De kaart van het kaartleesapparaat plaatsen als u de kaart van het kaartleesapparaat wilt terugplaatsen. De kaart voor het kaartleesapparaat plaatsen OPMERKING: Zie De kaart voor het kaartleesapparaat verwijderen als u de kaart voor het kaartleesapparaat wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats de kaart voor het kaartleesapparaat in het compartiment voor de kaart voor het kaartleesapparaat. 2. Sluit de kabel van het kaartleesapparaat aan op het moederbord. 3.
Sensor voor het sluiten van het beeldscherm De sensor voor het sluiten van het beeldscherm verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Koppel de flexibele kabel los waarmee de kaart met de sensor voor het sluiten van het beeldscherm aan het moederbord is bevestigd. 6.
De sensor voor het sluiten van het beeldscherm plaatsen OPMERKING: Zie De sensor voor het sluiten van het beeldscherm verwijderen als u de sensor voor het sluiten van het beeldscherm wilt verwijderen of vinden. 1. Sluit de flexibele kabel die bestemd is voor het aansluiten van de sensor voor het sluiten van het beeldscherm aan op het moederbord. 2. Plaats de schroeven waarmee de sensor voor het sluiten van het beeldscherm op de computer is bevestigd, terug en draai de schroeven aan. 3.
Beeldschermpaneel Het beeldschermpaneel verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de WWAN-kaart (wireless wide area network). 6. Verwijder de WLAN-kaart (wireless local area network). 7. Verwijder de led-kap. 8. Verwijder het geheugen. 9. Verwijder het toetsenbord. 10. Verwijder de thermische ventilator. 11. Verwijder het moederbord. 12.
OPMERKING: Zie Het beeldschermpaneel plaatsen als u het beeldschermpaneel wilt terugplaatsen. Het beeldschermpaneel plaatsen OPMERKING: Zie Het beeldschermpaneel verwijderen als u het beeldschermpaneel wilt verwijderen of vinden. 1. Sluit de beeldschermkabel aan op de beeldschermkap en gebruik de tape om de beeldschermkabel aan het beeldschermpaneel te bevestigen. 2. Plaats het beeldschermpaneel op de achterkap van het beeldscherm. 3.
Beeldschermscharnieren De beeldschermscharnieren verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de WLAN-kaart (wireless local area network). 6. Verwijder de WWAN-kaart (wireless wide area network). 7. Verwijder de led-kap. 8. Verwijder het geheugen. 9. Verwijder het toetsenbord. 10. Verwijder het moederbord. 11.
16. Verwijder de beeldschermscharnieren. OPMERKING: Zie De beeldschermscharnieren plaatsen als u de beeldschermscharnieren wilt terugplaatsen. De beeldschermscharnieren plaatsen OPMERKING: Zie De beeldschermscharnieren verwijderen als u de beeldschermscharnieren wilt verwijderen of vinden. 1. Plaats de beeldschermscharnieren in de juiste posities. 2. Draai de schroeven aan om de linker- en rechterscharnieren van het beeldscherm te bevestigen. 3. Steek de kabelhouders in beide beeldschermscharnieren.
Simkaart (Subscriber Identity Module) De simkaart (Subscriber Identity Module) verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u binnen de computer gaat werken. 2. Verwijder de SD-kaart (Secure Digital). 3. Verwijder de onderplaat. 4. Verwijder de batterij. 5. Verwijder de simkaart. 6. Koppel de kabel van de simkaart los van het moederbord. 7. Verwijder de schroeven waarmee de simkaart aan de computer is bevestigd. 8.
OPMERKING: Zie De simkaart (Subscriber Identity Module) plaatsen om de simkaart terug te plaatsen. De simkaart (Subscriber Identity Module) plaatsen OPMERKING: Zie De simkaart (Subscriber Identity Module) verwijderen om de simkaart te verwijderen of vinden. 1. Plaats de simkaart in de sleuf. 2. Draai de schroeven aan waarmee de simkaart aan de computer is bevestigd. 3. Sluit de simkaartkabel aan op het moederbord. 4. Bevestig de flexibele kabel aan de metalen bracket. 5. Plaats de batterij. 6.
Systeeminstellingen Overzicht Met System Setup (Systeem-setup) kunt u: • de systeemconfiguratie wijzigen nadat u hardware hebt toegevoegd, gewijzigd of verwijderd • het instellen of wijzigen van een door de gebruiker te selecteren optie, zoals een wachtwoord • de huidige hoeveelheid geheugen lezen of het geïnstalleerde type vaste schijf instellen. Voordat u System Setup gebruikt, is het verstandig de informatie op het System Setup-scherm te noteren zodat u deze later ter referentie kunt gebruiken.
OPMERKING: Niet alle instellingen die in het optieveld worden weergegeven, kunnen worden gewijzigd. Key Functions (Toetsfuncties): dit veld wordt weergegeven onder het Options Field (Optieveld) en bevat de toetsen en hun functies in het actieve veld van het systeemsetupprogramma. Gebruik de onderstaande toetsen om door de System Setup-schermen te bladeren: Toetsaanslag Actie < F2 > Geeft informatie weer over een willekeurig geselecteerd item in System Setup.
L3 Cache Size Hier wordt de capaciteit van het L3-cachegeheugen van de processor weergegeven. System Memory Hier wordt de totale geheugencapaciteit van de computer weergegeven. Memory Speed Hier wordt de geheugensnelheid weergegeven. Memory Channel Mode Toont de kanaalmodus (single of dual channel). Internal HDD Hiermee wordt het modelnummer van de vaste schijf weergegeven. Video Controller Toont het modelnummer van de videokaart die in uw computer is geïnstalleerd.
System Configuration (Systeemconfiguratie) Intel SpeedStep Technology Hiermee wordt Intel SpeedStep ingeschakeld. Standaard: Enabled (Ingeschakeld) Execute Disable Bit Hiermee wordt de beveiliging tegen bufferoverloopaanvallen verhoogd. Standaard: Enabled (Ingeschakeld) Intel Virtualization Technology Hiermee kunnen er meerdere besturingssystemen op één platform en toepassingen in afzonderlijke partities worden uitgevoerd, waardoor één computer kan als meerdere virtuele computers kan worden gebruikt.
System Password Status Hiermee wordt aangegeven of een systeemwachtwoord is toegekend. System Password Hiermee kunt u een systeemwachtwoord instellen. Password on Boot Hiermee kunt in- of uitschakelen of u elke keer bij het opstarten het wachtwoord wilt verifiëren. Password Bypass Hiermee kunt u de wachtwoorden van het systeem en de vaste schijf overslaan wanneer u de computer opnieuw opstart. U moet echter wel de wachtwoorden invoeren als u de computer inschakelt als deze uit stond.
Diagnostiek Statuslampjes van apparaat Gaat branden wanneer u de computer inschakelt en knippert wanneer de computer zich in de energiebeheermodus bevindt. Gaat branden wanneer de computer gegevens leest of schrijft. Gaat branden of knippert om de batterijstatus aan te geven. Gaat branden wanneer het draadloze netwerk is ingeschakeld. Gaat branden wanneer een kaart met draadloze Bluetooth-technologie ingeschakeld is.
Statuslampjes van toetsenbord De groene lampjes boven het toetsenbord geven het volgende aan: Gaat branden als het numerieke toetsenblok wordt geactiveerd. Gaat branden als de functie Caps Lock wordt geactiveerd. Gaat branden als de functie Scroll Lock wordt geactiveerd. Foutcodes voor ledlampjes Onderstaande tabel geeft de ledcodes weer die kunnen verschijnen wanneer uw computer geen inschakelzelftest kan uitvoeren. Eigenschap 68 Beschrijving Volgende stap Er zijn geen SODIMM's geïnstalleerd 1.
Eigenschap Beschrijving Volgende stap 3. Plaats het geheugen terug. 4. Plaats het moederbord terug. Het geheugen is gedetecteerd, maar heeft fouten. 1. Plaats het geheugen terug. 2. Als er twee modules zijn geïnstalleerd, verwijdert u er een en test u deze. Plaats de andere module in dezelfde sleuf en test deze. Test ook de andere sleuf door beide modules te plaatsen. 3. Plaats het geheugen terug. 4. Plaats het moederbord terug. Modemfout 1. Plaats de modem terug. 2. Vervang de modem. 3.
Contact opnemen met Dell Contact opnemen met Dell U neemt als volgt contact op met Dell voor zaken op het gebied van verkoop, ondersteuning of klantenservice: 1. Ga naar support.dell.com. 2. Zoek naar uw land of regio in het vervolgkeuzemenu Choose a Country/Region (Kies een land/regio) onderaan de pagina. 3. Klik vervolgens aan de linkerzijde van de pagina op Contact opnemen. 4. Selecteer de gewenste service- of ondersteuningslink. 5. Selecteer de gewenste methode om contact met Dell op te nemen.