Operation Manual

4
1.4. Montage instructies
Om de boiler aan de muur te bevestigen, gebruik hiervoor 2 pluggen en schroeven die
geschikt zijn om het gewicht van de boiler te dragen als deze gevuld is met water. ( Zie
daarvoor de specificatie bij de Algemene kenmerken. )
1.5. Installatie op het drinkwater
systeem
Sluit de boiler nog niet aan op netspanning!!! U kunt het apparaat pas aansluiten als het
gevuld is met water!!!
Bij het installeren van leidingwerk, houdt u rekening met de basis regels voor roest
preventie: “Gebruik geen koper of messing voor ijzer of staal in de water circulatie
richting”. Gebruik op de wateraansluitingen altijd Teflon tape indien u de leidingen
monteert.
Bevestig de isolerende mantel van de koud water ingang ( blauw ) van de boiler op de
hydraulische beveiliging met een afwaterventiel ( meegeleverd bij de boiler ). Installeer
eventueel een afsluitkraan ( niet meegeleverd ).
Sluit de warmwater leiding aan op de het warmwater punt op de boiler.
De hydraulische beveiliging ( bijgeleverd bij deze boiler ), bevat een terugslagklep en een
overdruk ventiel. Het ventiel opent zich bij een druk van 8 bar. Indien de waterdruk hoger is
dan 5 bar dient u een reduceerventiel te installeren.
Het gebruik van terugslagkleppen kan een sterke drukverhoging tot gevolg hebben bij het
verwarmingsproces. Het is daarom aan te bevelen om een afvoerslang aan de
ontsnappingsventiel te bevestigen, deze slang dient vrij te hangen en onder een dalende
hoek naar beneden gevoerd te worden.
Het legen met behulp van de hendel kan worden uitgevoerd met behulp van het
bijbehorende ventiel.
Controleer altijd alle aansluitingen op waterdichtheid.
1.6. Beschrijving van de
veiligheidsklep
1. Hendel voor het afvoeren van water Richting van het koude
water
2. Uitgang van het ventiel
1
2