Operation Manual

De papierinstellingen wijzigen
Dit apparaat drukt ontvangen faxen af op papier dat vooraf in het apparaat is geplaatst. Met het
bedieningspaneel kunt u de papierinstellingen voor het afdrukken van faxen wijzigen. Zorg dat de
instellingen geschikt zijn voor het geplaatste papier.
Belangrijk
Als het formaat van het geladen papier verschilt van hetgeen is opgegeven in de
papierformaatinstelling, worden de ontvangen faxen opgeslagen in het apparaatgeheugen en wordt
FAX-uitvoerfout (FAX output error) Controleer het papierformaat en selecteer . (Check the
page size and select .) weergegeven op het LCD-scherm. In dat geval laadt u hetzelfde
papierformaat dat is opgegeven in de papierformaatinstelling en drukt u vervolgens op de knop OK.
U kunt ook op de knop Stoppen (Stop) drukken om het bericht te sluiten en de documenten die in het
apparaatgeheugen zijn opgeslagen, later af te drukken.
Een document in het apparaatgeheugen afdrukken
Is er geen papier geladen in de cassette (onderste) of is het papier opgeraakt tijdens het afdrukken,
dan worden de ontvangen faxen opgeslagen in het apparaatgeheugen en wordt FAX-uitvoerfout
(FAX output error) Het papier in de cassette (onderste) is op. Controleer het volgende en druk
op wanneer u klaar bent. (There is no paper in the cassette (lower). Check the following and
press when finished.) wordt weergegeven op het LCD-scherm. In dat geval plaatst u papier in de
cassette (onderste) en drukt u op de knop OK.
U kunt ook op de knop Stoppen (Stop) drukken om het bericht te sluiten en de documenten die in het
apparaatgeheugen zijn opgeslagen, later af te drukken.
Een document in het apparaatgeheugen afdrukken
Opmerking
Als de afzender een document verzendt dat groter is dan het formaat Letter of Legal, zoals 11 x 17
inch, kan het faxapparaat van de verzender het document automatisch verkleinen of opdelen of
slechts een deel van het origineel verzenden.
1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Controleer of de printer is ingeschakeld
2. Druk op de knop FAXEN (FAX).
Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven.
3. Druk op de linker Functie (Function)-knop.
Het scherm FAX-menu wordt weergegeven.
4.
Selecteer Instellingen voor faxpapier (FAX paper settings) en druk
daarna op de knop OK.
Het scherm Instellingen voor faxpapier (FAX paper settings) wordt weergegeven.
5.
Geef de instellingen op.
Selecteer de gewenste instelling met de knoppen en wijzig de instelling met de knoppen .