Operation Manual

Kwaliteit en media
In dit dialoogvenster kunt u basisafdrukinstellingen opgeven in overeenstemming met de papiersoort. Voor
een normale afdruktaak volstaat het instellingen in dit dialoogvenster op te geven.
Mediumtype (Media Type)
Selecteer het mediumtype dat u wilt gebruiken.
Selecteer het mediumtype dat in de printer is geplaatst. Hierdoor kan de printer het type afdruk maken
dat geschikt is voor het afdrukmateriaal.
Papierbron (Paper Source)
De bron waarvan het papier wordt ingevoerd wordt weergegeven.
Afdrukkwaliteit (Print Quality)
Selecteer de optie die het oorspronkelijke documenttype en het doel het dichtste benadert.
Als u een van deze keuzerondjes selecteert, wordt automatisch de juiste kwaliteit ingesteld.
Hoog (High)
Hiermee krijgt afdrukkwaliteit prioriteit over afdruksnelheid.
Standaard (Standard)
Hiermee kunt u afdrukken met gemiddelde snelheid en kwaliteit.
Klad (Draft)
Deze instelling is geschikt voor testafdrukken.
Aangepast (Custom)
Selecteer dit keuzerondje om een kwaliteit op te geven.
Kwaliteit (Quality)
Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert bij Afdrukkwaliteit (Print Quality), kunt u de
schuifregelaar gebruiken om de afdrukkwaliteit aan te passen.
Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing)
Stel afdrukken in grijstinten in. Bij deze functie wordt het document in de printer geconverteerd naar
grijswaarden en in zwart-wit afgedrukt.
Wanneer u dit selectievakje inschakelt, worden zowel monochrome als kleurendocumenten in zwart-wit
afgedrukt. Wanneer u een kleurendocument in kleur wilt afdrukken, moet u het selectievakje
uitschakelen.
379