Operation Manual

Tik op <Toepassen>.
Er wordt automatisch een code van drie cijfers toegewezen aan bestemming. Deze code kunt u achteraf aanpassen als u dat wilt.
De inhoud van opgeslagen bestemmingen wijzigen
Na het registreren van bestemmingen kunt u een ander type kiezen zodat een nummer dat is geregistreerd voor fax kan worden
gebruikt voor e-mail, kunt u automatisch ingestelde nummers voor verkort kiezen wijzigen en ook namen, typen en nummers voor
verkort kiezen wijzigen.
Druk op en tik op <Adresboek>.
Tik op <Details/Bew.>.
Selecteer het tabblad met de bestemming die u wilt bewerken, en selecteer de bestemming.
Tik op <Bewerken>.
Als u wordt gevraagd een pincode in te voeren, gebruikt u de numerieke toetsen om de juiste pincode in te voeren en tikt u op
<Toepassen>.
Een pincode instellen voor het adresboek
Selecteer het item dat u wilt wijzigen, breng de wijziging aan en tik op <Toepassen>.
<ECM TX>
Als deze instelling <Aan> is en er tijdens verzending een fout in een afbeelding optreedt, wordt de fout gecontroleerd
en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden.
<TX-snelheid>
Als het even duurt voordat een verzending begint, bijvoorbeeld vanwege een slechte telefoonverbinding, kunt u de
transmissiestartsnelheid stapsgewijs verlagen vanaf 33600 bps.
<Interlokaal>
Geef bij het opslaan van buitenlandse faxnummers <Internationaal (1)> t/m <Internationaal (3)> op, al naar gelang
de verzendomstandigheden.
U kunt <ECM TX> en <TX-snelheid> opgeven vanuit <Menu> <Faxinstellingen>. De instellingen vanuit
<Adresboek> worden echter ingeschakeld voor de gedetailleerde instellingen van bestemmingen die zijn
geregistreerd in het Adresboek.
8
1
2
3
4
5
㻣㻠㻌㻛㻌㻣㻠㻜