Operation Manual
<Gebruikersbeheer>
257W-095
Alle instellingen voor het gebruikersbeheer van het appar
aat verschijnen in een lijst met korte toelichting.
Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool (
).
<Instellingen Systeembeheerderinformatie>(P. 579)
<Afdelings-ID beheer>(P. 579)
<Instellingen Systeembeheerderinformatie>
Geef de id of pincode uitsluitend in voor beheerders die toegangsmachtigingen hebben voor <Netwerk> en
<Beheerinstellingen>. Id is <Systeembeheer
der-ID> en pincode is <Pincode systeembeheerder>. U kunt ook de naam
van een beheerder registreren.
De systeembeheerders-ID en pincode instellen(P. 358)
<Systeembeheerder-ID en pincode>
Typ de id en pincode voor de systeembeheerder in.
<Systeembeheerder-ID>
<Pincode systeembeheerder>
<Naam systeembeheerder>
Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de beheerder.
<Afdelings-ID beheer>
Kies deze optie om in te stellen of u Afdelings-ID beheer wilt gebruik
en, een functie waarmee u id's kunt gebruiken als
gebruikersaccounts om toegangsbevoegdheden op te geven en informatie te registreren over het gebruik van de
machine.
Afdeling-ID beheer conī“gurer
en(P. 360)
<Uit>
<Aan>
<Menu> <Beheerinstellingen> <Gebruikersbeheer> <Afdelings-ID beheer> Selecteer <Uit>
of <Aan>
Overzicht van menuopties
579