Operation Manual

<Menu> ( ) <Aanpassing/onderhoud> <Speciale verwerking> <Selecteer lijndikte>
Selecteer de lijndikte
<Fixeereenheid reinigen>
Reinig de xeer
eenheid nadat de tonercartridge of drumcartridge is vervangen of als afdrukken zwarte strepen
bevatten.
De x
eereenheid r
einigen(P. 448)
<Modus Vochtverwijdering>
*
Blokkeer afdrukk
en en faxen als condens moet worden verwijderd dat zich gevormd heeft als gevolg van
atmosferische veranderingen.
<Uit>
<Aan>
<Gebruik faxgeheugenslot>
<Gebr. faxgeh.slot+afdr. opdr. nt toest.>
<Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Modus Vochtverwijdering> <Aan> <OK> Selecteer
<Gebruik faxgeheugenslot> of <Gebr. faxgeh.slot+afdr. opdr. nt toest.> <Ja>
Wanneer condens wordt verwijderd, kunnen vage afbeeldingen worden geprint en kan de
printdichtheid afnemen.
W
anneer het apparaat bezig is condensatie te verwijderen, gaat het niet over in de slaapstand.
Als <Modus Vochtverwijdering> is ingesteld op <Aan> wordt de tijd uitgeschakeld die met
<Automatische uitschakeltijd> is ingeschakeld, en zal het apparaat niet automatisch uitschakelen.
Overzicht van menuopties
427