Operation Manual
De netwerkomgeving instellen
3JE5-006
Wanneer u de verbinding tot stand br
engt van het apparaat met een bekabeld of draadloos lokaal netwerk (LAN),
moet u een IP-adres instellen dat uniek is voor het geselecteerde netwerk. Kies voor "bekabeld" of "draadloos",
afhankelijk van de communicatieomgeving en netwerkapparatuur. Als u specieke vragen hebt over de instellingen
van het IP-adres van de machine, neemt u contact op met uw internetprovider of de netwerkbeheerder.
● Als het apparaat is verbonden met een onbe
veiligd netwerk, kunnen uw persoonlijke gegevens in handen
komen van derden.
● U kunt het apparaat niet tegelijk
ertijd verbinden met een bekabeld LAN en een draadloos LAN.
● Er wordt geen LAN-kabel of router bij het apparaat geleverd. U moet zelf zorgen voor deze onderdelen.
● Meer informatie over uw netwerkapparatuur kunt u lezen in de handleidingen of opvragen bij de fabrikant.
◼ Voordat u begint
V
oer deze stappen uit om de machine te verbinden met een netwerk.
Controleer de instellingen op de computer.
● Zorg ervoor dat de computer op de juiste manier is verbonden met het netwerk.
Raadpleeg voor meer informatie de handleidingen van de netwerkapparatuur of
neem contact op met de fabrikant.
● Zorg ervoor dat de netwerkinstellingen juist zijn gecongureerd op de computer. Als
het netwerk niet goed is gecongureerd, kunt u het apparaat niet gebruiken in het
netwerk, zelfs niet als u de rest van de procedure hieronder uitvoert.
● Afhankelijk van het netwerk, moet u misschien instellingen wijzigen voor de
communicatiemethode of het type Ethernet ( Ethernet-instellingen
congureren(P. 53) ). Neem voor meer informatie contact op met uw
internetprovider of de netwerkbeheerder.
● Het MAC-adres van het apparaat controleren.
Het MAC-adres weergeven voor Bedraad LAN(P. 38)
Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN(P. 39)
Instellen
14