Operation Manual

Nadat de instelling is gewijzigd
Door het instellen van <Uit> of <Modus 1>, krijgt u mogelijk afdrukken met strepen. Door het instellen van
<Modus 3> of <Modus 4>, kan dit resulteren in vage contouren, of afbeeldingen die er wat korrelig uitzien. De
afdrukdichtheid wordt lichter naarmate de instelling verandert van <Uit> naar <Modus 4>.
Na het afdrukken vanaf een smartphone of tablet
Als er strepen op afdrukken zichtbaar zijn, wijzigt u de instelling met <Speciale afdrukmodus Z>
<Kopiƫren>.
Speciale afdrukmodus B
Wijzig deze instelling als uw afdrukken strepen vertonen nadat u de tonercartridge hebt vervangen of wanneer
u voor het eerst na lange tijd afdrukt.
Uit
Modus 1
Modus 2
Modus 3
<Menu> <Aanpassing/onderhoud> <Speciale verwerking> <Speciale afdrukmodus B>
selecteer de modus
Nadat de instelling is geactiveerd
De afdruksnelheid is lager.
Speciale afdrukmodus C
Wijzig deze instelling als uw afdrukken strepen vertonen wanneer u ontvangen faxen afdrukt.
Uit
Aan
Overzicht van menuopties
542