Operation Manual
64-bits (64 bit) 128-bits (128 bit)
Sleutelindeling (Key Format) ASCII 5 tekens 13 tekens
Hexadecimaal (Hex) 10 tekens 26 tekens
2. Sleutellengte: (Key Length:)
Selecteer 64-bits (64 bit) of 128-bits (128 bit).
3.
Sleutelindeling: (Key Format:)
Selecteer ASCII of Hex.
4.
Sleutel-id: (Key ID:)
Selecteer de sleutel-id (index) die is ingesteld op de draadloze router.
Opmerking
•
Als de printer is aangesloten op een AirPort-basisstation via een LAN:
Wanneer de printer via een LAN is aangesloten op een AirPort-basisstation, bevestigt u de
instellingen bij Draadloze beveiliging (Wireless Security) van AirPort Utility.
• Selecteer 64-bits (64 bit) als WEP - 40 bits (WEP 40 bit) is geselecteerd voor de
sleutellengte op het AirPort-basisstation.
• Selecteer 1 bij Sleutel-id: (Key ID:). Anders kan de computer niet met de printer
communiceren via de draadloze router.
5. Verificatie: (Authentication:)
Selecteer de verificatiemethode om de toegang van de printer tot de draadloze router te verifiëren.
Normaal gesproken selecteert u Automatisch (Auto). Als u de methode handmatig wilt opgeven,
selecteert u Open systeem (Open System) of Gedeelde sleutel (Shared Key), afhankelijk van
de instellingen van de draadloze router.
7.
Klik op OK.
Belangrijk
•
Als de printer niet kan communiceren met de computer nadat het coderingstype van de printer is
gewijzigd, zorgt u dat het coderingstype van de computer en de draadloze router overeenkomt
met dat van de printer.
379