Operation Manual

6. Trek het verlengstuk van de uitvoerlade uit en open de papieruitvoersteun.
7. Tik op Ja (Yes).
Het uitlijningsraster voor de printkop wordt afgedrukt.
8. Controleer of het raster correct is afgedrukt, en tik als dat geval is, op Ja (Yes) nadat 'Zijn
de controlerasters correct afgedrukt? (Did the patterns print correctly?)' is
weergegeven.
9.
Controleer het bericht en tik op Volgende (Next).
Het invoerscherm voor de waarden voor het uitlijnen van de printkoppositie wordt weergegeven.
10.
Controleer de eerste controlerasters en tik op A. Zoek in kolom A het raster met de minst
waarneembare verticale strepen, en tik vervolgens op het nummer van dat raster.
218