User manual

209
Wi-Fi-verbinding en instellingen
3 Voer in het veld [Wachtwoord] het wachtwoord
(de versleutelingscode) in. Raak [OK] aan en raak vervolgens
[Volgende] aan.
Als u [OPENEN ZONDER] hebt geselecteerd bij stap 2 is deze
stap niet nodig,
4 Raak [Auto] of [Handmatig] aan om te selecteren hoe het
IP-adres moet worden verkregen.
Als u [Auto] selecteert, gaat u verder met stap 9.
5 Om het [IP-adres] in te voeren, raakt u [0.0.0.0] aan. Raak het
eerste veld aan en raak [Í]/[Î] aan om de waarde te
wijzigen. Wijzig de rest van de velden op dezelfde wijze en
raak [OK] aan.
6 Voer de waarde voor [Subnetmasker] op dezelfde wijze in en
raak vervolgens [Volgende] aan.
7 Voer de waarde voor [Standaard-gateway] op dezelfde wijze
in en raak vervolgens [Volgende] aan.
8 Voer de waarden voor [Primaire DNS-server] en [Secundaire
DNS-server] op dezelfde wijze in en raak vervolgens
[Volgende] aan.
9 Raak [OK] aan om de configuratie op te slaan.
Als u reeds bezig bent om een andere procedure uit te voeren,
maakt de camcorder automatisch verbinding met het
toegangspunt. Ga terug naar de procedure van de functie die
u eerder gebruikte:
Stap 6 bij Streamen via Wi-Fi en internet (Bewaking bij
afwezigheid) (A 181)
Stap 2 bij Uw opnamen delen met webservices (A 198)
Stap 2 bij Draadloos afspelen op een computer (A 202)