Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Belangrijke veiligheidsinstructies
- Instellen
- Hoofdfuncties
- Verplichte voorbereidingen vóór gebruik
- Onbevoegde toegang voorkomen
- Instellen met behulp van de installatiehandleiding
- De datum en tijd instellen
- De netwerkomgeving instellen
- Stuurprogramma´s installeren
- Basishandelingen
- Onderdelen en de bijbehorende functies
- Het apparaat AAN zetten
- Het bedieningspaneel gebruiken
- Aanmelden bij het apparaat
- Papier laden
- Papier in de papierlade plaatsen
- Papier in de multifunctionele lade plaatsen
- Enveloppen plaatsen
- Voorbedrukt papier plaatsen
- Het type en formaat papier opgeven
- Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst
- Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven
- Standaard papierinstellingen voor de multifunctionele lade registreren
- Een aangepast papierformaat registreren
- De papierformaten die worden weergegeven, beperken
- Automatisch een juiste papierbron voor iedere functie selecteren
- Het display aanpassen
- De standaard instellingen voor functies wijzigen
- Instelgeluiden
- De slaapstand instellen
- Afdrukken
- Aan mobiele apparaten koppelen
- Het apparaat beheren
- Toegangsmachtigingen instellen
- De netwerkinstellingen configureren
- De functies van de machine beperken
- Het apparaat vanaf een computer beheren (externe UI)
- De Firmware updaten
- Initialiseer instellingen
- Overzicht van menuopties
- Onderhoud
- Problemen oplossen
- Bijlage
- SIL OPEN FONT LICENSE
AirPrint gebruiken
258A-03R
Dit gedeelte beschrijft de instellingen die nodig zijn om AirPrint te gebruiken en de te verrichten pr
ocedures bij
gebruik van Apple toestellen.
AirPrint-instellingen
AirPrint-instellingen congurer
en(P. 208)
Het scherm voor AirPrint weergeven(P. 211)
Functies van AirPrint
Afdrukken met AirPrint(P. 213)
Problemen oplossen
Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is(P. 216)
AirPrint-instellingen congureren
U kunt gegevens registreren die worden gebruikt voor het identiceren van de machine, zoals de naam van de
machine en de installatielocatie. U kunt ook het afdrukken via AirPrint uitschakelen op de machine. U gebruikt de UI
op afstand om deze instellingen te wijzigen.
● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt
via de e
xterne UI, raadpleegt u
Menuopties instellen via de UI op afstand(P. 284) .
1
Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
De UI op
afstand starten(P
. 276)
2
Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina.
Scherm van externe
UI(P.
277)
● Als u een mobiel apparaat gebruikt, zoals een iPad, iPhone of iPod touch, moet u 'klikken
' hieronder lezen als
'tikken'.
3
Selecteer [Netwerkinstellingen]
[AirPrint-instellingen].
4
Klik op [Bewerken].
Aan mobiele apparaten koppelen
208