Operation Manual

<Gebr. zelfde mDNS-nm als IPv4>
<Uit>
<mDNS-naam>
<Aan>
<IPv4-instellingen>/<IPv6-instellingen> (Model zwart-wit LCD)
<IPv4-instellingen>
Geef instellingen op om de machine te gebruik
en in een IPv4-netwerk.
<Instellingen IP-adres>
Congureer het IP-adres dat wordt gebruikt voor het identiceren van toestellen, zoals computers en
printers, in een TCP/IP-netwerk.
IPv4-adres instellen(P. 41)
<Automatisch verkrijgen>
<Selecteer pr
otocol>
<Uit>
<DHCP>
<Auto IP>
<Uit>
<Aan>
<Handmatig verkrijgen>
*2
<IP-adr
es>: 0.0.0.0
<Subnetmasker>: 0.0.0.0
<Gatewayadres>: 0.0.0.0
<Controleer inst.>
<Automatisch verkrijgen>
*2
<Selecteer protocol>
*2
<Auto IP>
*2
<IP-adres>
<Subnetmasker>
<Gatewayadres>
<PING-opdracht>
Selecteer de
ze optie om te controleren of de machine via een netwerk is verbonden met een computer.
De netwerkverbinding testen(P. 43)
<DNS-instellingen>
Kies de
ze optie om instellingen op te geven voor DNS (Domain Name System), een mechanisme voor het
omzetten van hostnamen in IP-adressen.
DNS congureren(P. 65)
<DNS-serverinstellingen>
<Primaire DNS-server>: 0.0.0.0
<Secundaire DNS-server>: 0.0.0.0
<Instellingen DNS-hostnaam/domeinnaam>
<Hostnaam>
<Domeinnaam>
<Instellingen DNS Dynamic Update>
<Uit>
<Aan>
Overzicht van menuopties
312