Operation Manual

De sleutel en certicaat voor netwerk
communicatie
registreren
2R20-04F
U kunt sleutel en certicaat verkrijgen, en het CA-certicaat van een certiceringsinstanti
e (CA) voor gebruik met het
apparaat. Installeer en registreer de verkregen sleutel en certicaat en het certicaatbestand in dit apparaat met
behulp van de externe UI. Controleer eerst sleutel en certicaat, en CA-certicaatcondities die vereist zijn voor het
apparaat (
Beheerfuncties(P. 495) ).
V
oor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt
via de externe UI, raadpleegt u
Menuopties instellen via de UI op afstand(P. 274) .
1
Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
De UI op
afstand starten(P. 265)
2
Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. Scherm van externe
UI(P
. 266)
3
Selecteer [Apparaatbeheer]
[Instellingen sleutel en certicaat] of [Instellingen CA-
certicaat].
Klik op [Instellingen sleutel en certicaat] voor het installer
en van sleutel en certicaat, of [Instellingen CA-
certicaat] voor het installeren van een CA-certicaat.
4
Klik op [Sleutel en certicaat r
egistreren] of [Registreer CA-certicaat].
Een geregistreerde sleutel en certicaat of CA-certicaat verwijder
en
Klik op [Verwijderen] rechts naast het sleutelpaar of CA-certicaat dat u wilt verwijderen
klik
op [OK]. De
vooraf geïnstalleerde CA-certicaten kunt u niet verwijderen.
U kunt een sleutelpaar niet verwijderen als dit momenteel in gebruik is, bijvoorbeeld wanneer "[TLS]" of
"[IEEE 802.1X]" wordt weergegeven onder [Sleutelgebruik]. In dat geval moet u de functie uitschakelen of
het sleutelpaar vervangen voordat u het sleutelpaar kunt verwijderen.
De vooraf geïnstalleerde CA-certicaten uit- of inschakelen
Klik op [Uitschakelen] naast het vooraf geïnstalleerde CA-certicaat dat u wilt uitschakelen. Als u het
certicaat weer wilt inschakelen, klikt u op [Inschakelen] naast het certicaat.
Het apparaat beheren
245