Operation Manual

[Gebruik SNMPv3]
Schakel dit selectievakje in om SNMPv3 in te schakelen. De overige instellingen voor SNMPv3 kunt u alleen
opgeven als dit selectievakje is ingeschakeld.
[Gebruiker inschakelen]
Schakel dit selectievakje in om [Gebruikersinstellingen 1]/[Gebruikersinstellingen 2]/[Gebruikersinstellingen
3] in te schakelen. Schakel een selectievakje uit om de desbetreffende gebruikersinstellingen uit te schakelen.
[Gebruikersnaam]
Gebruik alfanumerieke tekens voor de gebruikersnaam.
[MIB-toegangspermissie]
Selecteer [Lezen/schrijven] of [Alleen lezen] om de toegangsrechten voor MIB-objecten te bepalen.
[Lezen/schrijven]
Hiermee kunnen de waarden van MIB-objecten worden weergegeven en worden
gewijzigd.
[Alleen lezen] Hiermee kunnen de waarden van MIB-objecten alleen worden weergegeven.
[Beveiligingsinstellingen]
Selecteer [Authenticatie aan/encryptie aan], [Authenticatie aan/encryptie uit] of [Authenticatie uit/encryptie
uit] om de gewenste combinatie van vericatie- en coderingsinstellingen te kiezen.
[Authenticatie-algoritme]
Klik op de [Authenticatie aan/encryptie aan] of [Authenticatie aan/encryptie uit] voor
[Beveiligingsinstellingen] voor het algoritme dat overeenkomt met uw omgeving.
[Encryptie-algoritme]
Klik op de [Authenticatie aan/encryptie aan] voor [Beveiligingsinstellingen] voor het algoritme dat
overeenkomt met uw omgeving.
[Wachtwoord instellen/wijzigen]
Als u het wachtwoord wilt instellen of wijzigen, schakelt u het selectievakje in en voert u alfanumerieke
tekens in voor het wachtwoord in het tekstvak [Authenticatie wachtwoord] of [Encryptiewachtwoord]. Voer
het wachtwoord ter bevestiging in in het tekstvak [Bevestigen]. U kunt afzonderlijke wachtwoorden instellen
voor authenticatie en voor versleutelingsalgoritmen.
Instellen
72