Operation Manual
De sleutel en certicaat voor TLS congureren
257W-077
Met TLS (Transport Layer Security) kunt u de communicatie versleutelen die plaatsvindt tussen het apparaat en een
webbrowser op de computer. TLS is een techniek voor het versleutelen van gegevens die via het netwerk worden
verzonden of ontvangen. TLS moet zijn ingeschakeld wanneer u de UI op afstand gebruikt voor het opgeven van
instellingen voor IPSec (Methode gedeelde sleutel), IEEE 802.1X-vericatie (TTLS/PEAP) of SNMPv3. Als u communicatie
met TLS-versleuteling wilt gebruiken voor de externe UI, moet u een 'sleutel en certicaat' (servercerticaat) opgeven
die u wilt gebruiken voordat u TLS inschakelt. Genereer of installeer de sleutel en certicaat voor TLS voordat u TLS
inschakelt (
Beheerfuncties(P. 728) ).
● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt
via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de UI op afstand(P. 434) .
1
Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De UI op
afstand starten(P. 426)
2
Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. Scherm van externe
UI(P. 427)
3
Selecteer [Netwerkinstellingen] [TLS-instellingen].
4
Klik op [Sleutel en certicaat].
5
Klik rechts naast sleutel en certicaat die u wilt gebruiken, op [Registreer
standaardsleutel].
Details bekijken van een certicaat
● U kunt de details van het certicaat controleren of het certicaat veriëren door op de gewenste
tekstkoppeling onder [Sleutelnaam] te klikken of op het pictogram van het certicaat.
6
Selecteer [Licentie/overig] [Instellingen externe UI].
Het apparaat beheren
386