User manual
1
2
3
4
2-32
Inleiding
Document
scannen
Problemen
oplossen
Appendix
Inhoudsopgave
Index
Start
Terug Vorige Volgende
● Drempel
In dit dialoogvenster kunt u de drempel aanpassen. Door de
drempel aan te passen kunt u tekens in een tekstdocument
scherper weergeven en ervoor zorgen dat de tekst niet
doorschijnt (zoals in kranten).
● Vervolgkeuzelijst Tintcurve/Drempel
In deze vervolgkeuzelijst kunt u een set kleurinstellingen
opslaan die zijn gemaakt voor het gemarkeerde bijsnijdkader.
Als er geen bijsnijdkaders zijn, worden de instellingen voor het
gehele voorbeeldgedeelte opgeslagen.
U kunt de opgeslagen instellingen ook selecteren en toepassen
op de geselecteerde kaders of op het gehele voorbeeldgebied.
[Drempelniveau] U kunt de drempel aanpassen met de
schuifregelaar of door een waarde op te
geven (van 0 tot 255).
[Standaardwaarden]
Hiermee zet u de huidige instellingen terug
naar de standaardwaarden.
OPMERKING
De helderheid van afbeeldingen in kleur en in grijswaarden wordt
uitgedrukt in een waarde tussen 0 and 255. De helderheid van
zwartwitafbeeldingen wordt echter uitgedrukt in zwart of wit, ook
die delen van een afbeelding die tussen deze twee kleuren in
liggen. De grens tussen zwart en wit heet de drempel.
[Aanpassen] Als deze optie is geselecteerd, kunt u een
waarde opgeven voor elke kleurinstelling.
Zelfs als de geregistreerde instellingen
worden toegepast, wordt [Aanpassen]
automatisch weer toegepast als er
instellingen worden gewijzigd of als het
geselecteerde bijsnijdkader wordt gewijzigd.
[Toevoegen/verwijderen]
Hiermee wordt het dialoogvenster
[Tintcurve-instellingen toevoegen/
verwijderen] geopend (dialoogvenster
[Drempelinstellingen toevoegen/verwijderen]
als [Zwart-wit] is geselecteerd in
[Kleurenmodus]). In dit dialoogvenster kunt
u een set kleureninstellingen registeren en
een naam geven.