User manual

Druk tijdens het opgeven van instellingen op deze toets om naar het volgende scherm te gaan.
Druk tijdens het invoeren van tekst op deze toets om de cursor naar rechts te verplaatsen.
Druk op de toets om de waarde voor een instelling te verhogen, zoals de dichtheid voor scannen, kopiëren, enzovoort.
[ ]-toets
Druk tijdens het opgeven van instellingen op deze toets om het item onder het geselecteerde item te kiezen.
Druk tijdens het wijzigen van de waarde voor een instelling op deze toets om de waarde te verlagen.
[Wissen]-toets
Druk hierop om de ingevoerde cijfers en tekst te wissen.
[Terug]-toets
Druk op deze toets om terug te keren naar het vorige scherm. Als u deze toets bijvoorbeeld indrukt tijdens het opgeven van
instellingen, worden de instellingen niet opgeslagen en keert u terug naar het vorige scherm.
[OK]-toets
Druk hierop om de gekozen instellingen of opgegeven gegevens te bevestigen.
[Statusmonitor]-toets
Druk op deze toets om de status van een afdruk- of kopieerbewerking te controleren, of om de gebruiksgeschiedenis te bekijken.
Met deze toets kunt u ook de status van het apparaat controleren, zoals de resterende hoeveelheid papier en toner, en kijken of
er fouten zijn opgetreden.
Display
[Papierinstellingen]-toets
Druk op deze toets om het papier te selecteren dat u wilt gebruiken, of om het formaat en het type papier in te stellen dat in de
papierbron is geladen.
Het type en formaat papier opgeven
Numerieke toetsen (toetsen [0]-[9])
Druk hierop om cijfers en tekst in te voeren.
Tekst invoeren
[Stop]-toets
Druk op deze toets om het kopiëren, scannen en andere bewerkingen te annuleren.
[Energiebesparing]-toets
Druk hierop om de machine in de slaapstand te plaatsen. De toets brandt groen wanneer de slaapstand actief is. Druk nogmaals
op de toets om de slaapstand te verlaten.
De slaapstand instellen
Toetsen [Scan -> PC1]/[Scan -> PC2]
Druk hierop om de gescande documenten te versturen naar de computer die voor elke toets is geregistreerd.
Scannen met de
toets [Scan -> PC]
[Stille modus]-toets
Druk hierop om de machine in de stille modus te zetten. Wanneer de stille modus actief is, brandt deze toets groen. Druk
nogmaals op de toets om de stille modus uit te schakelen.
De stille modus inschakelen
[Fout]-lampje
Dit lampje knippert of brandt als er sprake is van een fout, zoals een papierstoring.
Wi-Fi-lampje
Dit lampje brandt wanneer de machine is verbonden met een draadloos LAN.
[Verwerken/gegevens]-lampje
Dit lampje knippert tijdens bewerkingen zoals het verzenden van gegevens of afdrukken. Het lampje brandt continu als er
documenten wachten op verwerking.
[Start]-toets
Druk hierop om documenten te scannen of kopiëren.
[#]-toets
Druk op deze toets om symbolen in te voeren, zoals "@" of "/".
[*]-toets
Druk op deze toets om te schakelen tussen het type tekst dat wordt ingevoerd.
㻞㻠㻌㻛㻌㻟㻟㻤