User manual
(1) [Device Status]:
Hiermee geeft u berichten weer over de printerstatus.
Bovendien verandert afhankelijk van de printerstatus de kleur van de indicator als volgt.
(groen): Normaal
(De printer is klaar voor gebruik.)
(geel): Enige aandacht is nodig maar deze status heeft geen invloed op de afdruktaak.
(Er wordt een waarschuwingsbericht weergegeven.)
(rood): Afdrukken is om een bepaalde reden niet mogelijk.
(Er wordt een foutbericht weergegeven.)
(knipperend rood):
Er heeft zich een probleem voorgedaan in de printer en de printer werkt niet naar
behoren.
(Er wordt een servicebericht weergegeven.)
(2) [Error Information]:
Wanneer hier op wordt geklikt, wordt er informatie weergegeven (uitleg van de situatie, oplossingen,
enzovoort) over de fout die in de printer is opgetreden.
(3) [Paper Information]:
Hiermee wordt informatie weergegeven over de papierbronnen.
(A): De naam van elk van de papierbronnen
(B): De pictogrammen die aangeven hoeveel papier aanwezig is in elk van de papierbronnen
(C): Het papierformaat in elk van de papierbronnen
(4) [Consumables]:
Hiermee wordt voor elk van de kleuren de status weergegeven van de tonercassettes. De inhoud en
oplossingen van de berichten zijn als volgt.
㻞㻝㻡㻌㻛㻌㻣㻞㻣