Operation Manual

42
Als de kaart nieuw is of eerder is geformatteerd met een andere camera of
computer, moet u de kaart met de camera formatteren.
Wanneer de geheugenkaart wordt geformatteerd, worden alle
opnamen en gegevens op de kaart verwijderd. Zelfs beveiligde
opnamen worden verwijderd; controleer dus of er geen opnamen op
de kaart staan die u wilt bewaren. Breng de opnamen indien nodig
over naar een computer of een ander opslagmedium voordat u de
kaart formatteert.
1
Selecteer [Kaart formatteren].
Selecteer op het tabblad [51] de optie
[Kaart formatteren] en druk vervolgens
op <Q/0>.
2
Formatteer de kaart.
Selecteer [OK] en druk vervolgens op
<Q/0>.
Wanneer de kaart is geformatteerd, keert
u terug naar het menu.
Druk voor low-levelformattering op de
knop <B> om [Low level format] van
een <X> te voorzien en selecteer [OK].
3 De kaart formatteren