User manual

90
Met deze functie vermindert u de ruis die in een opname ontstaat.
Hoewel ruisreductie wordt toegepast bij alle ISO-snelheden,
is de functie vooral effectief bij hoge ISO-snelheden. Bij lage
ISO-snelheden wordt de ruis in de donkere gedeelten van de
opname (de schaduwpartijen) verder gereduceerd.
1
Selecteer [Hoge ISO-ruisreductie].
Selecteer op het tabblad [z4] [Hoge
ISO-ruisreductie] en druk
vervolgens op <0>.
2
Stel het niveau in.
Selecteer het gewenste
ruisreductieniveau en druk op <0>.
Het scherm met de instellingen wordt
afgesloten en het menu wordt
opnieuw weergegeven.
[M: Ruisond. bij meerd. opn.]
Bij deze instelling wordt ruisreductie met hogere beeldkwaliteit
toegepast dan bij de instelling [Sterk]. Voor elke foto worden vier
opnamen snel achter elkaar gemaakt en automatisch
samengevoegd tot een JPEG-afbeelding.
3
Maak de opname.
De opname wordt met toegepaste
ruisreductie opgeslagen.
3 Instellingen voor ruisreductieN
Hoge ISO-ruisreductie