User manual
107
i: De ISO-snelheid instellenN
Indien [z4: Lichte tonen prioriteit] is ingesteld op [Inschakelen],
kunt u 'L' (equivalent aan ISO 50), ISO 100/125/160, 'H1' (equivalent
aan ISO 51200), en 'H2' (equivalent aan ISO 102400) (pag. 130)
niet selecteren.
Opnamen bij hoge temperaturen kunnen er korreliger uitzien. Lange
belichtingstijden kunnen ook afwijkende kleuren in de opname
tot gevolg hebben.
Wanneer u opnamen maakt bij hoge ISO-snelheden, kan er ruis
(zoals lichte puntjes en strepen) op de opname zichtbaar zijn.
Wanneer u met omstandigheden werkt die een extreme hoeveelheid ruis
veroorzaken, zoals een combinatie van een hoge ISO-snelheid, hoge
temperatuur en lange belichtingstijd, kan het zijn dat opnamen niet goed
worden opgeslagen.
Omdat H1 (gelijk aan ISO 51200) en H2 (gelijk aan 102400) verhoogde
ISO-snelheidsinstellingen zijn, zijn ruis (lichte puntjes, strepen
enzovoort) en onregelmatige kleuren beter zichtbaar en is de resolutie
lager dan normaal.
Indien u een hoge ISO-snelheid gebruikt en een flitser om een onderwerp
dat dichtbij staat op te nemen, kan dit leiden tot overbelichting.
Als u filmopnamen maakt terwijl [Maximum: 25600] is ingesteld voor
[ISO-snelh.bereik] en de ISO-snelheid is ingesteld op ISO 16000/
20000/25600, wordt de ISO-snelheid veranderd in ISO12800 (tijdens
filmopnamen met handmatige belichting). Zelfs wanneer u overschakelt
op fotograferen, wordt de oorspronkelijke instelling voor de ISO-snelheid
niet hersteld.
Als u filmopnamen maakt terwijl 1. L (ISO 50) of 2. H1 (51200)/H2
(102400) is ingesteld, wordt de ISO-snelheid veranderd in respectievelijk
1. ISO 100 of 2. H (ISO 25600) (tijdens filmopnamen met handmatige
belichting). Zelfs wanneer u overschakelt op fotograferen, wordt de
In [z3: ISO-snelheidsinst] kunt u de optie [ISO-snelh.bereik]
gebruiken om het instelbare ISO-snelheidsbereik van ISO 50 (L) te
verhogen naar ISO 102400 (H2) (pag. 109).
<h> kan in de zoeker worden weergegeven wanneer u een verhoogde
ISO-snelheid (L, H1 of H2) instelt (pag. 313).