User manual

3 De flitser instellenN
182
Sluiter sync.
Stel deze optie normaliter in op [1e-gordijn] zodat er direct na de
belichting wordt geflitst.
Als [
2e-gordijn
] wordt ingesteld, wordt er vlak voor het einde van de
belichting geflitst. Wanneer dit wordt gecombineerd met een lange
synchronisatietijd, kunt u een lichtspoor maken. Denk hierbij
bijvoorbeeld aan de koplampen van een auto 's avonds. Bij 2e-
gordijnsynchronisatie wordt er voorgeflitst wanneer u de ontspanknop
helemaal indrukt. Hiermee wordt de belichting bepaald. Net voor het
einde van de belichting wordt de echte flits afgevuurd. Er wordt dus
twee keer geflitst. Met kortere sluitertijden dan 1/30 seconde wordt
echter automatisch 1e-gordijnsynchronisatie gebruikt.
Als er een externe Speedlite is bevestigd, kunt u ook [Hi-speed]
(e) instellen. Raadpleeg de instructiehandleiding van de Speedlite
voor meer informatie.
Draadloze flitser
Zie 'Draadloze flitsfotografie' op pagina 189.
Flitsbelichtingscorrectie
Zie 'y Flitsbelichtingscorrectie' op pagina 104.
Flitsmodus
U kunt de flitsmodus selecteren die geschikt is voor het maken van
opnamen met de flitser.
[E-TTL II] is de standaardmodus voor
het maken van opnamen met de
automatische flitser met Speedlites
uit de EX-serie.
[Manual flash] is voor geavanceerde
gebruikers die de [Flits output]
(1/1 tot 1/128) zelf willen kunnen
instellen.
Raadpleeg de instructiehandleiding
van de Speedlite voor meer
informatie over andere flitsmodi.