Quick Start Guide

Ver-/ontgrendelknop
programmakeuzewiel
Zoekerinformatie
LCD-paneel
Maximumaantal opnamen
Opnamekwaliteit
ISO-snelheid
AEB
Meetmethode
Indicator
belichtingsniveau
Flitsbelichtingscompensatie
ISO-snelheid
AF-modus
Transportmodus
Witbalans
Sluitertijd
Raster
(tabblad [
52
])
Gebied
AF-kader
Focus-
bevestigings-
lampje
Diafragma
Indicator AF-status
AE-vergrendeling
Batterijniveau
Flitser gereed
Indicator belichtingsniveau
Sluitertijd
Flitsbelichtingscompensatie
Monochroomopnamen
Maximale opnamereeks
Diafragma
Batterijniveau
Namen van onderdelen
Vol Leeg
Focusinstellingsknop
<
o
> Knop voor AF-modusselectie/
transportmodusselectie
<
n
> Knop voor lichtmeetmethode/
witbalansselectie
Programmakeuzewiel
<
m
>
Knop voor ISO-snelheid/
flitsbelichtingscompensatie
<
B
>
AF-gebiedselectiemodus/
multifunctieknop
<6>
Hoofdinstelwiel
Ontspanknop
Aan-uitschakelaar
Lees-/schrijfindicatorMultifunctievergrendeling
<A/k> Schakelaar voor
Live view-/filmopnamen
<0> Start-/
stopknop
<9>
Multifunctionele
knop
<0>
Instelknop
<5>
Snelinstelwiel
<S>
Knop voor
AF-puntselectie
<A> Knop voor
AE-vergrendeling
<p>
AF-startknop
Opname
Alle opname-instellingen worden
automatisch ingesteld. U hoeft
alleen de ontspanknop in te
drukken; de camera doet de rest.
Richt het midden van het AF-kader op
het onderwerp.
Druk de ontspanknop half in om
scherp te stellen.
Controleer het scherm.
Bepaal de compositie en druk de
ontspanknop helemaal in.
A-modus
Stel het programmakeuzewiel in op <d>.
De camera stelt de sluitertijd en diafragmawaarde
automatisch hetzelfde in als in de modus <A>.
U kunt de camera-instellingen naar
wens aanpassen om verschillende
opnamen te maken.
d/s/f/a-modi
d
: AE-programma
* Zet de <R>-schakelaar naar links
(Multifunctievergrendeling ontgrendeld).
Automatisch/scène
Stel het programmakeuzewiel in op <
s
>.
Stel het instelwiel <6> in op de
gewenste sluitertijd en stel scherp
op het onderwerp.
Het diafragma wordt automatisch ingesteld.
Als de diafragmawaarde op het scherm knippert, draait u
aan het instelwiel <
6
> totdat het knipperen stopt.
Stel het programmakeuzewiel in op <
f
>.
Draai het instelwiel <6> naar
de gewenste diafragmawaarde
en stel scherp op het onderwerp.
De sluitertijd wordt automatisch ingesteld.
Als de sluitertijd op het scherm knippert, draait u aan
het instelwiel <
6
> totdat het knipperen stopt.
f
: AE met diafragmavoork.
a
:
Handmatige belichting
Stel het programmakeuzewiel in
op <a>.
Draai aan het instelwiel <
6
> om de
gewenste sluitertijd in te stellen.
Draai aan het instelwiel <
5
> om het
gewenste diafragma in te stellen.
Druk de ontspanknop half in en
controleer de indicator voor het
belichtingsniveau.
s
: AE met sluitervoork.
Druk op de knop <m> en
draai vervolgens aan het
instelwiel <6>.
De ISO-snelheid kan worden
ingesteld op 100 tot 25600, in
tussenstappen van 1/3 stop.
Wanneer '
A
' is geselecteerd, wordt de
ISO-snelheid automatisch ingesteld. Wanneer
u de ontspanknop half indrukt, wordt de
huidige ISO-snelheid weergegeven.
Druk op de knop <o>
en draai vervolgens aan het
instelwiel <
5>.
u: Enkelbeeld
o: Continue opnamen met
hoge snelheid
i: Continue opnamen met
lage snelheid
B: Stille enkele opname
M: Stille continue opname
Q: Zelfontspanner: 10 sec./
Afstandsbediening
k: Zelfontspanner: 2 sec./
Afstandsbediening
i
Transportmodus
i: ISO-snelheidN
Druk op de knop <S> en kijk
door de zoeker.
De AF-puntselectie verschuift in
de richting waarin u <9> duwt.
Als u <9> helemaal naar
beneden drukt, wordt het
middelste AF-punt (of de
middelste zone) geselecteerd.
Met het instelwiel <6> beweegt
u horizontaal in de AF-punten en
met het instelwiel <5> verticaal
(schakelt tussen zones in
Zone-AF).
S AF-puntselectieN
Stel de focusinstellingsknop op
het objectief in op <f>.
Druk op de knop <
o
> en draai
vervolgens aan het instelwiel <
6
>.
X (1-beeld AF):
voor niet-bewegende onderwerpen
9 (AI Focus AF):
de AF-modus wisselt automatisch
Z (AI Servo AF):
voor bewegende onderwerpen
f: AF-modusN
Druk op de knop <S>.
Kijk door de zoeker en druk op de
knop <B>.
Elke keer dat u op de knop <
B
>
drukt, wordt de AF-gebiedsselectiemodus
gewijzigd.
AF-gebiedselectiemodus
Zet de schakelaar op <
A
>.
Druk op de knop <0> om
de Live view-opname op het
LCD-scherm weer te geven.
Druk de ontspanknop half in om scherp
te stellen en druk de ontspanknop
volledig in om de opname te maken.
Druk op de knop <
0
> om de Live
view-opname te stoppen.
De instellingen voor Live view-opnamen staan in de
<A>-modus op het menutabblad [z2] en in de modi
d/s/f/a/F op het menutabblad [z4].
A
Live view-opnamen
Gebruiksduur batterij bij Live view-opnamen
Temperatuur Bij 23 °C Bij 0 °C
Maximumaantal opnamen
Circa 200 opnamen Circa 180 opnamen
Zet de schakelaar op <k>.
Het beeld wordt op het
LCD-scherm weergegeven.
Druk de ontspanknop half in om
scherp te stellen.
Druk op de knop <0> om een
filmopname te starten. Om de
filmopname te stoppen, drukt u
nogmaals op <0>.
Druk de ontspanknop helemaal
in om foto's te maken.
k Filmopnamen
Filmmodi
A/d/F : opnamen maken met automatische belichting
s : opname met AE met sluiterprioriteit
s : opname met AE met diafragmaprioriteit
a : opname met handmatige belichting
De instellingen voor filmopname staan in de <A>-modus
op de menutabbladen [z2] en [z3] en in de modi
d/s/f/a/F op de menutabbladen [z4] en [z5].