Operation Manual

90
Alle beelden op een geheugenkaart
De beelden worden afgedrukt op volgorde van bestandsnummer.
U kunt maximaal 998 beelden selecteren.
Als [Afdruktype] is ingesteld op [Beide], kan het aantal afdrukken
worden ingesteld. Als deze optie is ingesteld op [Index], kan het
aantal niet worden ingesteld (er word slechts één afdruk gemaakt).
- (Index)
Kies een opname en druk op de
knop FUNC./SET om deze wel
of niet te selecteren.
U kunt ook opnamen selecteren in
de indexweergave.
Als de camera is aangesloten op een
printer, brandt de knop blauw
terwijl u afbeeldingen selecteert.
Vanaf dit punt kunt u beginnen met het maken van afdrukken
door op de knop te drukken, te controleren of [Afdrukken] is
geselecteerd en te drukken op de knop
FUNC./SET
.
1
Stel het programmakeuzewiel in op (Afspelen)
Menu (Print) [Sel. alle beelden].
Zie Menu's en instellingen (p. 26).
Van elk beeld wordt één afdruk gemaakt.
Als u [Wis alle selecties] selecteert,
worden alle afdrukinstellingen voor de
beelden geannuleerd.
Als de camera is aangesloten op een
printer, brandt de knop blauw nadat
de knop
FUNC./SET
is ingedrukt. Vanaf dit punt kunt u beginnen met het
maken van afdrukken door op de knop te drukken, te controleren of
[Afdrukken] is geselecteerd en te drukken op de knop
FUNC./SET
.
2 Selecteer [OK] en druk op .
De uitvoer van sommige printers of fotozaken is niet altijd
in overeenstemming met de opgegeven afdrukinstellingen.
Voor films kunt u geen afdrukinstellingen selecteren.
Selectie van indexafdruk