Operation Manual

129
U kunt de helderheid van het LCD-scherm aanpassen, zodat het
gemakkelijker te lezen is.
1
Selecteer [LCD helderheid].
Selecteer op het tabblad [6] de optie
[LCD helderheid] en druk vervolgens
op <0>.
2
Pas de helderheid aan.
Kijk naar het grijze diagram en draai
aan het instelwiel <5>. Druk
vervolgens op <0>.
U kunt instellen hoe lang de afbeelding direct na de opname op het LCD-scherm
wordt getoond. Als u wilt dat de camera de opname blijft weergeven, stelt u
[
Vastzetten
] in. Als u de opname niet wilt laten weergeven, stelt u [
Uit
] in.
1
Selecteer [Kijktijd].
Selecteer op het tabblad [
2
] de optie
[
Kijktijd
] en druk vervolgens op <
0
>.
2
Stel de gewenste kijktijd in.
Draai aan het instelwiel <5> om de
gewenste tijd te selecteren en druk
vervolgens op <0>.
De instellingen voor opnameweergave wijzigen
3 De helderheid van het LCD-scherm instellen
3 De kijktijd instellen
Als u de belichting van de opname wilt controleren, kijkt u naar het histogram (pag. 118).
Als [
Vastzetten
] is ingesteld, wordt de opname weergegeven totdat de camera wordt
uitgeschakeld omdat de ingestelde tijd voor automatische uitschakeling is verstreken.