Operation Manual

136
NAAISTEKEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Opgeslagen patroon wissen
Opgeslagen patronen kunnen worden gewist.
a
Druk op (ophalentoets).
b
Selecteer de zak waar het patroon is
opgeslagen dat u wilt wissen.
geeft aan in welke zakken reeds patronen
zijn opgeslagen.
X De geselecteerde zak wordt gemarkeerd.
Het opgeslagen patroon wordt weergegeven.
c
Controleer de inhoud en druk vervolgens op
.
X De bevestigingsboodschap verschijnt.
d
Druk op .
X Het opgeslagen patroon en de zak worden
gewist.
Patroon opnieuw uitlijnen
Het patroon wordt mogelijk niet goed genaaid,
afhankelijk van de soort stof en de naaisnelheid. Pas
het patroon in dat geval aan door het op een lapje
van dezelfde stof te naaien.
a
Bevestig monogramvoet “N”.
Zie “Persvoet verwisselen” (pagina 44) voor
meer informatie.
b
Druk op (naaistekentoets) op het
bedieningspaneel en selecteer
(decoratieve steek).
X Er wordt een scherm weergegeven met de
verschillende soorten decoratieve steken.
c
Selecteer .
X De steek voor patroonuitlijning wordt
geselecteerd.