DU9564 Eerste editie September 2014 Notebook e-Manual
Copyright-informatie Geen enkel deel van deze handleiding, met inbegrip van de producten en de software die hierin is beschreven, mag zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van ASUSTeK COMPUTER INC. (“ASUS”) worden gereproduceerd, verzonden, getranscribeerd, opgeslagen in een retrievalsysteem of in enige taal worden vertaald in enige vorm of door enig middel, behalve documentatie die door de koper wordt gebruikt voor back-updoeleinden.
Inhoudsopgave Over deze handleiding.............................................................................................7 In deze handleiding gebruikte conventies............................................................. 8 Pictogrammen.................................................................................................................. 8 Typografie..........................................................................................................................
Hotspots.............................................................................................................................. 38 Startknop............................................................................................................................ 41 Uw Startscherm aanpassen......................................................................................... 43 Werken met Windows®-apps..................................................................................
Tips en veelgestelde vragen Nuttige tips voor uw notebook.............................................................................78 Veelgestelde vragen hardware..............................................................................79 Veelgestelde vragen software...............................................................................82 Bijlagen Naleving interne modem............................................................................................. 86 Overzicht..................
Bericht deklaag................................................................................................................. 100 CTR 21-goedkeuring (voor notebook met geïntegreerde modem)........................................................ 101 Product dat voldoet aan ENERGY STAR................................................................... 103 Eco-label Europese Unie ..............................................................................................
Over deze handleiding Deze handleiding bevat informatie over de hardware- en softwareopties van uw notebook, georganiseerd in de volgende hoofdstukken: Hoofdstuk 1: Instellen van de hardware In dit hoofdstuk worden de hardware-componenten beschreven van uw notebook. Hoofdstuk 2: Uw Notebook PC gebruiken Dit hoofdstuk beschrijft het gebruik van de verschillende delen van de notebook. Hoofdstuk 3: Werken met Windows® 8.1 Dit hoofdstuk bevat een overzicht van het gebruik van Windows 8.1 op uw notebook.
In deze handleiding gebruikte conventies Om belangrijke informatie in deze handleiding te markeren, worden berichten als volgt voorgesteld: BELANGRIJK! Dit bericht bevat essentiële informatie die moet worden opgevolgd om een taak te voltooien. OPMERKING: dit bericht bevat aanvullende informatie en tips die kunnen helpen bij het voltooien van taken.
Veiligheidsmaatregelen Uw Notebook PC gebruiken Deze notebook mag alleen worden gebruikt op plaatsen met een omgevingstemperatuur tussen 5°C (41°F) en 35°C (95°F). Zie het vermogenslabel op de onderkant van de notebook en zorg ervoor dat de voedingsadapter overeenkomt met dit vermogen. Laat uw Notebook PC niet op uw schoot of nabij een lichaamsdeel staan om ongemakken of verwondingen door blootstelling aan hitte te voorkomen.
Zorg voor uw Notebook PC Haal de wisselstroom los en verwijder de accu (indien van toepassing) voordat u uw Notebook PC reinigt. Gebruik een schone cellulosespons of zeemlap die is bevochtigd met een oplossing van niet-schurend afwasmiddel en een paar druppels warm water. Verwijder al het extra vocht van uw Notebook PC met gebruik van een droge doek. Gebruik geen sterke oplosmiddelen zoals verdunners, benzeen of andere chemicaliën op of nabij uw Notebook PC. Plaats geen objecten bovenop uw Notebook PC.
Goede verwijdering Gooi de notebook NIET bij het huisvuil. Dit product werd ontworpen om een hergebruik van de onderdelen en het recyclen mogelijk te maken. Het symbool met doorgekruiste afvalbak geeft aan dat het product (elektrische, elektronische apparatuur en kwikhoudende knoopcelbatterij) niet bij het huishoudelijk afval mag worden weggegooid. Informeer naar de plaatselijke voorschriften voor het verwijderen van elektronica. Gooi de batterij NIET bij het huisvuil.
Gebruikershandleiding notebook PC-E
Hoofdstuk 1: Instellen van de hardware Gebruikershandleiding notebook PC-E 13
Uw Notebook PC leren kennen Bovenaanzicht OPMERKING: De lay-out van het toetsenbord kan variëren per regio of land. De weergave van de notebook kan afwijken afhankelijk van het model notebook-pc.
Microfoon De ingebouwde microfoon kan worden gebruikt voor videoconferenties, gesproken verslagen of eenvoudige audioopnames. Camera-indicator De camera-indicator geeft aan wanneer de ingebouwde camera in gebruik is. Camera Met de ingebouwde camera kunt u foto’s maken of video’s op te nemen met gebruik van uw Notebook PC. Beeldschermpaneel Dit HD-weergavepaneel biedt uitstekende weergavefuncties voor foto’s, video’s en andere multimediabestanden op uw notebook.
Touchpad De touchpad maakt het gebruik mogelijk van meerdere gebaren om op het scherm te navigeren, waarbij wordt voorzien in een intuïtieve gebruikerservaring. Het simuleert tevens de functies van een normale muis. OPMERKING: Zie voor meer details de sectie Gebaren voor de touchpad in deze handleiding. Aan/uit-knop Druk op de voedingsknop om uw notebook in of uit te schakelen.
Onderkant OPMERKING: Afhankelijk van het model kan het uiterlijk van de onderkant verschillen. WAARSCHUWING! De onderkant van de notebook kan warm tot heet worden tijdens het gebruik of tijdens het opladen van de accu. Tijdens het werken op uw Notebook PC moet u deze niet plaatsen op oppervlakken die de ventilatie kunnen blokkeren. BELANGRIJK! De batterijtijd varieert met het gebruik en met de specificaties voor deze Notebook PC. De accu mag niet worden gedemonteerd.
Rechterkant USB 2.0-poort De USB-poort (Universal Serial Bus) is compatible met USB 2.0 of USB 1.
Linkerkant Gelijkstroomingang (DC) Steek de gebundelde stroomadapter in deze poort om de accu op te laden en geef uw Notebook PC stroom. WAARSCHUWING! De adapter kan warm tot heet worden tijdens gebruik. Zorg ervoor dat u de adapter niet bedekt en houd deze weg van uw lichaam terwijl het is aangesloten op een stroombron. BELANGRIJK! Gebruik alleen de gebundelde stroomadapter om de accu op te laden en uw Notebook PC van stroom te voorzien.
Micro-HDMI-poort Deze poort is voor de micro-HDMI-aansluiting (High-Definition Multimedia Interface) en is HDCP-compatibel voor HD DVD, Blu-ray en andere beschermde inhoudsweergave. Poort combinatiestekker output koptelefoon/input microfoon Met deze poort kunt u uw Notebook PC aansluiten op versterkte luidsprekers of koptelefoons. U kunt deze poort tevens gebruiken om uw Notebook PC aan te sluiten op een externe microfoon.
Voorkant Statusindicators De statusindicaties helpen bij het identificeren van de huidige hardwarestatus van uw Notebook PC. Voedingsindicator De voedingsindicator licht op wanneer de notebook wordt ingeschakeld. Indicatie met twee kleuren voor batterijspanning Het tweekleurige LED biedt een visuele aanduiding van de laadstatus van de batterij.
Kleur Toestand Constant groen De Notebook PC wordt aangesloten op een voedingsbron. De batterij wordt opgeladen en het batterijvermogen ligt tussen 95% en 100%. Constant oranje De Notebook PC wordt aangesloten op een voedingsbron. De batterij wordt opgeladen en het batterijvermogen is minder dan 95%. Knipperend oranje De Notebook PC werkt in de batterijmodus en het batterijvermogen is minder dan 10%. Lichten UIT De Notebook PC werkt in de batterijmodus en het batterijvermogen ligt tussen 10% en 100%.
Hoofdstuk 2: Uw Notebook PC gebruiken Gebruikershandleiding notebook PC-E 23
Aan de slag Uw Notebook PC opladen. A. Steek de wisselstroomadapter in een stroombron van 100V~240V. B. Steek de gelijkstroomadapter in de (gelijk-) stroominput van uw Notebook PC. Laad de Notebook PC gedurende 3 uur op voordat u deze voor de eerste keer gebruikt. OPMERKING: de voedingsadapter kan er anders uitzien, afhankelijk van de modellen en uw regio. OPMERKING: Informatie stroomadapter: 24 • Ingangsspanning: 100–240Vac • Ingangsfrequentie: 50–60Hz • Nominale uitvoerstroom: 1.75A max.
BELANGRIJK! • Zoek het vermogenslabel voor input/output op uw Notebook PC en zorg ervoor dat het overeenkomt met de vermogensinformatie op uw stroomadapter. Sommige Notebook PC-modellen kunnen een outputstroom met verschillend vermogen hebben op de beschikbare SKU. • Wij raden u sterk aan een geaard stopcontact te gebruiken wanneer u de notebook gebruikt in de voedingsadaptermodus. • Het stopcontact moet gemakkelijk toegankelijk zijn en in de buurt van uw notebook liggen.
Optillen om het weergavepaneel te openen. Druk op de startknop.
Gebaren voor het touchpad Met gebaren kunt u programma's starten en de instellingen van uw notebook openen. Zie de volgende afbeeldingen bij het gebruik van gebaren op uw touchpad. De aanwijzer verplaatsen U kunt overal op het touchpad tikken of klikken om de aanwijzer te activeren. Schuif vervolgens uw vinger over het touchpad om de aanwijzer op het scherm te verplaatsen.
Bewegingen met één vinger Tikken/dubbeltikken • Tik in het Start-scherm op een app om deze te starten. • In de Desktop mode (bureaubladmodus) dubbeltikt u op een item om het te starten. Slepen en neerzetten Dubbeltik op een item en schuif vervolgens met dezelfde vinger zonder deze van de touchpad te tillen. Om het item op zijn nieuwe locatie neer te zetten, tilt u uw vinger op van de touchpad.
Klikken met de linkermuisknop Klikken met de rechtermuisknop • Klik in het startscherm op • een app om deze te starten. • Dubbeltik in de bureaubladmodus op een applicatie om deze te starten. • Klik in het startscherm op een app om deze te selecteren en om de instellingenbalk te starten. U kunt ook op deze knop drukken om de balk All Apps (Alle apps) te openen. Klik in de Bureaubladmodus op deze knop om het snelmenu te openen.
Vegen bovenrand • Veeg op het Start-scherm vanaf de bovenste rand om de balk All apps (Alle apps) te starten. • Veeg in een actieve app vanaf de bovenrand om het menu weer te geven. Vegen linkerrand Vegen rechterrand Veeg vanaf de linkerrand om uw actieve apps te schakelen. Veeg naar de rechterrand om de Charms bar (Emoticonbalk) te openen.
Bewegingen met twee vingers Tikken Draaien Tik met twee vingers op het touchpad om rechtsklikken te simuleren. Om in de fotoviewer van Windows® 8 een afbeelding te draaien, plaatst u twee vingers op de touchpad en draait u vervolgens met één vinger rechtsom of linksom terwijl u de andere vinger stil houdt. Scrollen met twee vingers (omhoog/omlaag) Scrollen met twee vingers (links/ rechts) Schuif twee vingers om omhoog of omlaag te scrollen. Schuif twee vingers om naar links of rechts te scrollen.
Uitzoomen Inzoomen Breng uw twee vingers samen op de touchpad. Spreid uw twee vingers open op de touchpad. Slepen en neerzetten Selecteer een item en houd vervolgens de linkerknop ingedrukt. Schuif met uw vinger omlaag op het touchpad om het item naar een nieuwe locatie te slepen en neer te zetten.
Het toetsenbord gebruiken Functietoetsen De functietoetsen op het toetsenbord van uw notebook kunnen de volgende opdrachten activeren: Zet de notebook in de Sleep mode (Slaapmodus) Schakelt Airplane mode (Vliegtuigmodus) in of uit OPMERKING: indien ingeschakeld, schakelt de Airplane mode (Vliegtuigmodus) alle draadloze verbindingen uit.
Schakelt de touchpad in of uit. Schakelt de luidspreker in of uit. Zet het luidsprekervolume lager. Zet het luidsprekervolume hoger. Windows® 8.1-toetsen Het toetsenbord van uw notebook bevat twee speciale Windows®toetsen die gebruikt worden als hieronder beschreven: Druk op deze toets om terug te keren naar het Startscherm. Als u al in het Start-scherm bent, drukt u op deze toets om terug te keren naar de laatste app die u hebt geopend. Druk op deze toets om de rechtklikfuncties te simuleren.
Hoofdstuk 3: Werken met Windows® 8.
De eerste keer starten Als u de computer voor het eerst start, verschijnt een reeks schermen die u helpen bij het instellen van de basisinstellingen van Windows® 8.1. Uw notebook de eerste keer starten: 1. Druk op de voedingsknop op uw notebook. Wacht een paar minuten totdat het opstartscherm verschijnt. 2. Kies in het instelscherm een taal om op uw notebook te gebruiken. 3. Lees de licentievoorwaarden. Selecteer I accept (Ik ga akkoord). 4.
Windows®-UI Windows® 8.1 is uitgerust met een gebruikersinterface (UI) met tegels, waarmee u Windows®-toepassingen gemakkelijk kunt ordenen en openen vanaf het startscherm. Het omvat ook de volgende functies die u kunt gebruiken terwijl u werkt op uw notebook. Startscherm Het startscherm verschijnt na het aanmelden bij uw gebruikersaccount. Dit helpt u bij het organiseren van alle programma's en toepassingen die u nodig hebt op één plaats.
Hotspots Via hotspots op het scherm kunt u programma's starten en de instellingen van uw notebook openen. De functies in deze hotspots kunnen worden geactiveerd via de aanraaktoetsen.
Hotspot Actie linkerbovenhoek Beweeg uw muisaanwijzer over de linkerbovenhoek en klik vervolgens op de miniatuur van de recente app om terug te keren naar die app. Als u meer dan één app hebt gestart, schuift u omlaag om alle gestarte apps weer te geven. linkerbenedenhoek Vanuit het scherm van een actieve app: Beweeg uw muisaanwijzer over de linkerbenedenhoek en tik vervolgens op om terug te keren naar het startscherm.
Hotspot Actie bovenzijde Beweeg uw muisaanwijzer over de bovenrand tot deze verandert in een handpictogram. Sleep de app naar een nieuwe locatie. OPMERKING: Deze hotspotfunctie werkt alleen bij een actieve app of als u de Snapfunctie wilt gebruiken. Zie voor meer details Snap-functie onder Met Windows® apps werken. rechterhoek boven en Beweeg de muisaanwijzer over de rechter onder boven- of benedenhoek om de Charms bar (emoticonbalk) te starten.
Startknop Windows 8.1 beschikt over de Start-knop waarmee u kunt schakelen tussen de twee recentste apps die u hebt geopend.De startknop is toegankelijk vanaf het startscherm terwijl u in de bureaubladmodus bent, en op elke app die momenteel open is op het scherm. Startknop op het startscherm OPMERKING: de werkelijke kleur van uw startknop verschilt afhankelijk van de beeldscherminstellingen die u kiest voor uw startscherm.
Startknop op de bureaubladmodus Contextmenu Het contextmenu verschijnt als een vak met snelle toegang tot sommige programma's binnen Windows® 8.1 wanneer u op de Startknop tikt en deze ingedrukt houdt. Het contextmenu omvat de volgende uitschakelopties voor uw notebook: afmelden, slaapstand, uitschakelen, opnieuw starten.
Uw Startscherm aanpassen Met Windows® 8.1 kunt u uw Start-scherm ook aanpassen zodat u direct kunt opstarten in de bureaubladmodus en de schikking van uw apps op het scherm aanpassen. De instellingen van uw Startscherm aanpassen: 1. Start het bureaublad. 2. Klik met de rechtermuisknop in de taakbalk, behalve op de startknop om het pop-upvenster te openen. 3.
Werken met Windows®-apps Gebruik de aanraaktoetsen of het toetsenbord van uw notebook om uw apps te starten en aan te passen. Apps starten Position your mouse pointer over the app then left-click or tap once to launch it. Druk tweemaal op en gebruik vervolgens de pijltoetsen om door de apps te bladeren. Druk op om een app te starten. Apps aanpassen U kunt apps verplaatsen, hun grootte aanpassen of loskoppelen via het startscherm met de volgende stappen.
Apps loskoppelen Klik met de rechtermuisknop op de app om de balk Customize (Aanpassen) te activeren en tik vervolgens op . Apps sluiten 1. Beweeg uw muisaanwijzer bovenaan in de gestarte app en wacht vervolgens tot de aanwijzer verandert in een handpictogram. 2. Sleep de app naar de onderkant van het scherm om de toepassing te sluiten. Druk op het scherm met gestarte apps op Gebruikershandleiding notebook PC-E .
Het scherm Apps openen Behalve de apps die reeds op uw Startscherm zijn vastgezet, kunt u ook andere applicaties openen via het scherm Apps. OPMERKING: de eigenlijke apps die op het scherm worden weergegeven, kunnen verschillen afhankelijk van het model. De volgende schermopname is uitsluitend bedoeld als referentie. Het scherm Apps starten Behalve de apps die reeds op uw Startscherm zijn vastgezet, kunt u ook andere applicaties openen via het scherm Apps.
Apps toevoegen aan het startscherm U kunt met het touchpad meer apps op het startscherm vastzetten. 1. Start het scherm All Apps (Alle apps) 2. Klik met de rechtermuisknop op de apps die u wilt toevoegen aan het startscherm. 3. Tik/klik op het pictogram om de geselecteerde apps vast te maken aan het startscherm.
Charms bar (Emoticonbalk) De Charms bar (Emoticonbalk) is een werkbalk die aan de rechterzijde van uw scherm kan worden geactiveerd. Deze balk bestaat uit verschillende hulpmiddelen waarmee u toepassingen kunt delen en snelle toegang kunt krijgen om de instellingen van uw notebook aan te passen.
De Charms bar (Emoticonbalk) starten OPMERKING: wanneer de Charms bar (Emoticonbalk) wordt opgeroepen, verschijnt deze aanvankelijk als een set witte pictogrammen. De bovenstaande afbeelding toont u hoe de emoticonbalk eruitziet nadat deze is geactiveerd. Gebruik de aanraaktoetsen of het toetsenbord van uw notebook om de emoticonbalk te starten. Beweeg uw muisaanwijzer over de hoek rechts- of linksboven van het scherm.
In de Charms bar (Emoticonbalk) Search (Zoeken) Met dit hulpmiddel kunt u bestanden, toepassingen of programma's zoeken in uw notebook. Share (Delen) Met dit hulpmiddel kunt u toepassingen delen via sociale netwerksites of e-mail. Start Met dit hulpmiddel keert het scherm terug naar het startscherm. U kunt dit ook gebruiken vanaf het startscherm om terug te keren naar een recent geopende app.
Snap-functie De functie Snap (Uitlijnen) toont twee apps naast elkaar, zodat u kunt werken met of schakelen tussen apps. BELANGRIJK! Zorg er voor dat de schermresolutie van uw notebook is ingesteld op 1366 x 768 pixels of hoger voordat u de Snap-functie gebruikt.
Snap (Uitlijnen) gebruiken Gebruik de aanraaktoetsen of het toetsenbord van uw notebook om Snap te activeren. 1. Start de app die u wilt uitlijnen. 2. Beweeg de muisaanwijzer bovenaan op het scherm. 3. Zodra de aanwijzer verandert in een handpictogram, sleept u de app naar links of rechts van het weergavevenster. 4. Start de andere app. 1. Start de app die u wilt uitlijnen. 2. Druk op en op de pijl naar links of rechts om de app vast te klikken aan het linker- of rechterpaneel. 3.
Andere sneltoetsen Met het toetsenbord kunt u ook de volgende sneltoetsen gebruiken bij het starten van applicaties en het navigeren door Windows® 8.1. \ Wisselt tussen het startscherm en de laatste actieve app.
Start het deelvenster Project Opent de optie Everywhere (Overal) vanaf het emoticon Search (Zoeken) Opent het venster Uitvoeren Opent het Toegankelijkheidscentrum Opent de optie Settings (Instellingen) onder het emoticon Search (Zoeken) Opent het contextmenu van de startknop Start het vergrootglas en zoomt in op het scherm Zoomt uit op het scherm Opent de Verteller-instellingen 54 Gebruikershandleiding notebook PC-E
Verbinding maken met draadloze netwerken Wi-Fi Via de Wifi-verbinding van uw notebook kunt u e-mails openen, op internet surfen en toepassingen delen via sociale netwerksites. BELANGRIJK! Zorg er voor dat de Airplane mode (vliegtuigmodus) is uitgeschakeld om de Wi-Fi functie van uw notebook te activeren. Zie voor meer details de sectie Vliegtuigmodus in deze handleiding. Wifi inschakelen Volg de onderstaande stappen om wifi te activeren op uw notebook: 1. Activeer de Charms bar (Emoticonbalk). 2.
Bluetooth Gebruik Bluetooth om draadloze gegevensoverdracht met andere Bluetooth-apparaten mogelijk te maken. BELANGRIJK! Zorg er voor dat de Airplane mode (vliegtuigmodus) is uitgeschakeld om de Bluetooth-functie van uw notebook te activeren. Zie voor meer details de sectie Vliegtuigmodus in deze handleiding. Koppelen met andere Bluetooth-apparaten U moet uw notebook koppelen met andere Bluetooth-apparaten om gegevensoverdracht mogelijk te maken. Gebruik uw touchpad hiervoor als volgt: 1.
Airplane mode (Vliegtuigmodus) De Airplane mode (vliegtuigmodus) schakelt draadloze communicatie uit zodat u uw notebook veilig in een vliegtuig kunt gebruiken. Vliegtuigmodus inschakelen 1. Activeer de Charms bar (Emoticonbalk). 2. Tik op 3. Verplaats de schuif naar rechts om de vliegtuigmodus in te schakelen. en tik op . Druk op Vliegtuigmodus uitschakelen 1. Activeer de Charms bar (Emoticonbalk). 2. Tik o 3. Verplaats de schuif naar links om de vliegtuigmodus uit te schakelen.
Uw notebook uitschakelen U kunt uw notebook uitschakelen met een van de volgende werkwijzen: • Tik op in de Charms bar (Emoticonbalk) en tik vervolgens op > Shut down (Uitschakelen) om normaal uit te schakelen. > Shut • Tik in het aanmeldingsscherm op • U kunt uw notebook ook uitschakelen via de bureaubladmodus. Start hiervoor het bureaublad en druk vervolgens op alt + f4 om het venster Uitschakelen te openen. Selecteer Shut Down (Uitschakelen) in de vervolgkeuzelijst en selecteer vervolgens OK.
Windows® 8.1-vergrendelingsscherm Het Windows® 8.1-vergrendelingsscherm verschijnt wanneer u uw notebook activeert uit de slaapmodus of uit stand-bymodus. Het verschijnt ook wanneer u Windows® 8.1 vergrendelt of ontgrendelt. Het vergrendelingsscherm kan worden aangepast om de toegang tot uw besturingssysteem te regelen. U kunt het achtergrondscherm wijzigen en sommige apps openen terwijl uw notebook nog steeds is vergrendeld. Doorgaan vanaf het vergrendelingsscherm 1.
Uw vergrendelingsscherm aanpassen U kunt uw vergrendelingsscherm aanpassen om uw voorkeursfoto of een diavoorstelling van foto’s te tonen, apps bij te werken en snel toegang te krijgen tot de camera van uw notebook. Om de instellingen van uw vergrendelingsscherm te wijzigen, kunt u de volgende informatie raadplegen. Een foto selecteren 1. Start de Charms-balk > Settings (Instellingen). 2. Selecteer Change PC Settings > Lock screen (PCinstellingen wijzigen > Vergrendelingsscherm). 3.
App-updates toevoegen 1. Start de Charms-balk > Settings (Instellingen). 2. Selecteer Change PC Settings > Lock screen (PC-instellingen wijzigen > Vergrendelingsscherm). 3. Schuif omlaag tot u de optie Lock screen apps (Apps vergrendelingsscherm) ziet. 4.
Gebruikershandleiding notebook PC-E
Hoofdstuk 4: POST (Power-On Self Test = zelftest bij inschakelen) Gebruikershandleiding notebook PC-E 63
POST (Power-On Self Test = zelftest bij inschakelen) De POST is een reeks door software bestuurde diagnostische tests die worden uitgevoerd als u de notebook inschakelt of herstart. De software die de POST bestuurt, is als vast onderdeel van de architectuur van de notebook geïnstalleerd. POST gebruiken om naar het BIOS te gaan en om problemen op te lossen Tijdens POST kunt u de BIOS-instellingen bereiken of opties voor probleemoplossing uitvoeren met de functietoetsen van de notebook.
Instellingen van systeem-BIOS WAARSCHUWING: De afbeelding van de BIOS-vensters in dit gedeelte zijn slechts informatief bedoeld. De werkelijke schermen verschillen afhankelijk van het model en de regio. Boot (Opstarten) In dit menu kunt u de prioriteiten voor opstarten instellen. Zie de volgende procedures bij het instellen van de opstartprioriteit. 1. Selecteer Boot Option #1 (Opstartoptie 1) op het scherm Boot (Opstarten). Main Aptio Setup Utility - Copyright (C) 2013 American Megatrends, Inc.
en selecteer een apparaat als Boot Option #1 2. Druk op (Opstartoptie 1). Main Aptio Setup Utility - Copyright (C) 2013 American Megatrends, Inc. Advanced Boot Security Save & Exit Boot Option Priorities Boot Option #1 [Windows Boot Manager] Sets the system boot order Boot Option #1 Windows Boot Manager Disabled F1 : General Help F9 : Optimized Defaults F10 : Save & Exit ESC/Right Click : Exit Version 2.16.1243. Copyright (C) 2013 American Megatrends, Inc.
Security (Beveiliging) Met dit menu kunt u het beheerders- en gebruikerswachtwoord voor uw notebook instellen. Hiermee beheert u ook de toegang tot de harde schijf van de notebook, de invoer/uitvoer (I/O) interface, en de USB-interface. OPMERKING: Main • Als u een User Password (gebruikerswachtwoord) instelt, wordt u hiernaar gevraagd voordat u naar het besturingssysteem van uw notebook gaat.
Het wachtwoord instellen: 1. Selecteer in het scherm Security (Beveiliging) de optie Setup Administrator Password (Beheerderswachtwoord instellen) of User Password (Gebruikerswachtwoord). 2. Geef een wachtwoord op en druk op 3. Typ het wachtwoord opnieuw en druk op . . Het wachtwoord wissen: 1. Selecteer in het scherm Security (Beveiliging) de optie Setup Administrator Password (Beheerderswachtwoord instellen) of User Password (Gebruikerswachtwoord). 2.
Save & Exit (Opslaan en eindigen) Selecteer voor het bewaren van de configuratie-instellingen Save Changes and Exit (Wijzigingen opslaan en afsluiten) voordat u het BIOS verlaat. Main Aptio Setup Utility - Copyright (C) 2013 American Megatrends, Inc. Advanced Boot Security Save & Exit Save Changes and Exit Discard Changes and Exit Exit system setup after saving the changes.
Het BIOS opwaarderen: 1. Controleer het model van de notebook en download het nieuwste BIOS-bestand voor uw model van de website van ASUS. 2. Sla een kopie van het gedownloade BIOS-bestand op een USBstick op. 3. Steek de USB-stick in uw notebook. 4. Herstart uw notebook en druk op 5. Klik in de BIOS Setup op Advanced > Start Easy Flash (Geavanceerd > Easy Flash starten) en druk vervolgens op tijdens POST. . Aptio Setup Utility - Copyright (C) 2013 American Megatrends, Inc.
6. Zoek het gedownloade BIOS-bestand op de USB-stick op en druk . op ASUSTek Easy Flash Utility FLASH TYPE: MXIC 25L Series New BIOS Current BIOS Platform: X205 Platform: Unknown Build Date: Oct 26 2012 Build Date: Unknown Version: 101 Build Time: 11:51:05 FSO FS1 Version: Unknown Build Time: Unknown 0 EFI
FS2 FS3 FS4 [←→]: Switch [↑↓]: Choose [q]: Exit [Enter]: Enter/Execute 7.Uw systeem herstellen Door het gebruik van herstelopties op uw notebook kunt u het systeem herstellen naar zijn originele status of kunt u de instellingen gewoon vernieuwen om de prestaties te helpen verbeteren. BELANGRIJK! • Maak een back-up van al uw gegevensbestanden voordat u enige hersteloptie uitvoer op uw notebook. • Noteer belangrijke aangepaste instellingen, zoals netwerkinstellingen, gebruikersnamen en wachtwoorden om gegevensverlies te voorkomen.
• Advanced startup (Geavanceerde opstartopties) - Met deze optie kunt u andere geavanceerde herstelopties uitvoeren op uw notebook, zoals: - Het gebruik van een USB-station, netwerkverbinding of Windows herstel-dvd voor het opstarten van uw notebook. - Met Troubleshoot (Probleem oplossen) kunt u elk van deze geavanceerde herstelopties inschakelen: Systeemherstel, Herstellen met systeeminstallatiekopie, Opstartherstel, Opdrachtprompt, Instellingen van UEFIfirmware, Opstartinstellingen.
Een hersteloptie inschakelen Raadpleeg de volgende stappen als u een van de beschikbare herstelopties wilt openen en gebruiken voor uw notebook. 1. Start de Charms-balk en selecteer Settings (Instellingen). 2. Selecteer Change PC Settings (Pc-instellingen wijzigen).
3. Selecteer onder PC Settings (Pc-instellingen) de optie Update and recovery (Bijwerken en herstellen). 4. Selecteer onder Update and recovery (Bijwerken en herstellen) de optie Recovery (Herstel) en selecteer dan de hersteloptie die u wilt uitvoeren.
Gebruikershandleiding notebook PC-E
Tips en veelgestelde vragen Gebruikershandleiding notebook PC-E 77
Nuttige tips voor uw notebook Om u te helpen optimaal gebruik te maken van uw notebook, de systeemprestaties te onderhouden, en ervoor te zorgen dat al uw gegevens veilig worden bewaard, vindt u hier enkele nuttige tips die u kunt volgen: • Voer periodiek een update uit van Windows® om zeker te zijn dat uw toepassingen de nieuwste beveiligingsinstellingen hebben. • Gebruik ASUS Live Update voor het bijwerken van ASUSexclusieve toepassingen, stuurprogramma's en hulpprogramma's op uw notebook.
Veelgestelde vragen hardware 1. Wanneer ik de notebook inschakel, verschijnt een zwart punt of soms een gekleurd punt op het scherm. Wat moet ik doen? Hoewel deze punten normaal op het scherm verschijnen, zullen ze uw systeem niet beïnvloeden. Als het incident zich blijft voordoen en hierdoor uw systeemprestaties beïnvloedt, moet u een erkend ASUS-servicecentrum raadplegen. 2. Mijn beeldscherm heeft een ongelijke kleur en helderheid.
4. 5. 6. De LED-indicator van de batterij licht niet op. Wat is er verkeerd? • Controleer of de voedingsadapter of de batterijdoos correct is vastgemaakt. U kunt ook de voedingsadapter of batterijdoos loskoppelen, een minuut wachten en deze vervolgens opnieuw aansluiten op het stopcontact en de notebook. • Als het probleem zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met uw lokaal ASUS-servicecentrum voor hulp. Waarom werkt mijn touchpad niet? om uw touchpad in te schakelen.
8. Waarom komt er nog steeds geluid uit de luidsprekers van mijn notebook, zelfs als ik mijn hoofdtelefoon al op de juiste aansluiting heb aangesloten? Ga naar Control Panel (Configuratiescherm) > Hardware and Sound (Hardware en geluiden) en open vervolgens Audio Manager (Audiobeheer) voor het configureren van de instellingen. 9. Mijn notebook kan geen correcte toetsaanslagen doen omdat mijn cursor blijft bewegen.
Veelgestelde vragen software 1. Wanneer ik mijn notebook inschakel, licht de voedingsindicator, maar niet de indicator van de schijfactiviteit op. Ook het systeem wordt niet opgestart. Wat kan ik doen om dit op te lossen? U kunt elk van de volgende suggesties proberen: 2. • Forceer het uitschakelen van de notebook door de voedingsknop langer dan tien (10) seconden ingedrukt te houden. Controleer of de voedingsadapter en de batterijdoos correct zijn geplaatst en schakel vervolgens uw notebook in.
4. Mijn notebook start niet op. Hoe kan ik dit oplossen? U kunt elk van de volgende suggesties proberen: 5. • Verwijder alle op uw notebook apparaten en start uw systeem opnieuw op. • Druk tijdens het opstarten op F9 . Wanneer uw notebook naar Troubleshooting (Probleemoplossing) gaat, selecteert u Refresh (Vernieuwen) of Reset your PC (Uw pc opnieuw instellen). • Als het probleem zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met uw lokaal ASUS-servicecentrum voor hulp.
Gebruikershandleiding notebook PC-E
Bijlagen Gebruikershandleiding notebook PC-E 85
Naleving interne modem De notebook met interne modem voldoet aan JATE (Japan), FCC (VS, Canada, Korea, Taiwan) en CTR21.
Verklaring van netwerkcompatibiliteit Verklaring die door de fabrikant moet worden gegeven aan de aangemelde instantie (Notified Body) en de verkoper: “Deze verklaring zal de netwerken aangeven waarvoor deze apparatuur werd ontwikkeld en alle gemelde netwerken waarmee de apparatuur bij de onderlinge werking problemen kan ondervinden." aangeven waarvoor deze apparatuur werd ontwikkeld en alle gemelde netwerken waarmee de apparatuur bij de onderlinge werking problemen kan ondervinden.
Deze tabel toont de landen die momenteel onder de CTR21-standaard vallen.
Deze informatie werd gekopieerd van CETECOM wordt geleverd zonder enige verantwoordelijkheid. Updates van deze tabel kunt u vinden op http://www. cetecom.de/technologies/ctr_21.html. 1 De nationale vereisten zullen alleen van toepassing zijn als het apparaat pulskiezen mag gebruiken (fabrikanten kunnen in de gebruiksaanwijzing vermelden dat het apparaat allee bedoeld is om DTMF-signalen te ondersteunen, zodat alle extra tests overbodig worden).
• Sluit het apparaat aan op een stopcontact op een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten. • Raadpleeg de leverancier of een ervaren radio/Tv-technicus voor hulp. WAARSCHUWING! Het gebruik van een voedingskabel van het beschermde type is vereist om te voldoen aan de FCC-emissiebeperkingen en om storingen in nabijgelegen radio- en tv-ontvangst te voorkomen. Het is van essentieel belang dat alleen de meegeleverde voedingskabel wordt gebruikt.
Waarschuwing van FCC voor blootstelling aan radiofrequenties (RF) WAARSCHUWING! Aanpassingen en wijzigingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de partij die verantwoordelijk is voor de naleving kunnen de bevoegdheid van de gebruiker om dit apparaat te gebruiken, vernietigen. “De fabrikant verklaart dat het apparaat is beperkt tot de kanalen 1 tot en met 11 in het frequentiebereik van 2,4 GHz door de firmware die onder beheer staat van de Verenigde Staten.
CE-markering CE-markering voor apparaten zonder draadloos LAN/Bluetooth De bijgeleverde versie van dit apparaat voldoet aan de vereisten van de EEGrichtlijnen 2004/108/EG “Elektromagnetische compatibiliteit” en 2006/95/EG “Laagspanningsrichtlijn”.
Informatie over RF-blootstelling (SAR) - CE Dit apparaat voldoet aan de EU-vereisten (1999/519/EG) op de beperking van blootstelling van het grote publiek aan elektromagnetische velden voor de bescherming van de gezondheid. De beperkingen maken deel uit van uitgebreide aanbevelingen voor de bescherming van het grote publiek. Deze aanbevelingen zijn ontwikkeld en gecontroleerd door onafhankelijke wetenschappelijke organisaties via regelmatige en grondige evaluaties van wetenschappelijke studies.
IC-waarschuwing Het apparaat kan de transmissie automatisch beëindigen in geval van het ontbreken van informatie om te verzenden, of bij operationele storing. Merk op dat dit niet bedoeld is als verbod van de overdracht van besturings- of signaalinformatie of voor het gebruik van repetitieve codes waar de technologie dit vereist.
Draadloos gebruikskanaal voor verschillende domeinen N. Amerika 2.412-2.462 GHz Kanalen 01 tot 11 Japan 2.412-2.484 GHz Kanalen 01 tot 14 Europa (ETSI) 2.412-2.472 GHz Kanalen 01 tot 13 Beperkte draadloze frequentiebanden Frankrijk Sommige gebieden in Frankrijk hebben een beperkte frequentieband.
Departementen waar het gebruik van de 2400–2483,5 MHz-band is toegelaten met een EIRP van minder dan 100mW binnenshuis en minder dan 10mW buitenshuis: 01 Ain 02 Aisne 03 Allier 05 Hautes Alpes 08 Ardennes 09 Ariège 11 Aude 12 Aveyron 16 Charente 24 Dordogne 25 Doubs 26 Drôme 32 Gers 36 Indre 37 Indre et Loire 41 Loir et Cher 45 Loiret 50 Manche 55 Meuse 58 Nièvre 59 Nord 60 Oise 61 Orne 63 Puy du Dôme 64 Pyrénées Atlantique 66 Pyrénées Orientales 67 Bas Rhin 68 Haut Rhin 70 Haute
UL-veiligheidsrichtlijnen Vereist voor UL 1459-dekkende telecommunicatieapparatuur (telefoon) die bedoeld is voor elektrische aansluiting op een telecommunicatienetwerk dat een werkspanning voor de aarding heeft die de 200V-piek, 300V piek-naar-piek en 105V rms niet overschrijdt, en in overeenstemming met de Nationale Elektrische Code (NFPA 70) wordt geïnstalleerd of gebruikt.
Vereiste spanningsveiligheid Product met een elektrisch stroombereik tot 6A en een gewicht van meer dan 3 kg moeten goedgekeurde voedingskabels gebruiken die groter zijn dan of gelijk aan: H05VV-F, 3G, 0.75mm2 of H05VV-F, 2G, 0.75mm2. Mededelingen tv-tuner Opmerking voor de installateur van het kabeltv-systeem - Het kabeldistributiesysteem moet geaard zijn in overeenstemming met ANSI/NFPA 70, de NEC (National Electrical Code = nationale elektrische code), in het bijzonder met Sectie 820.
Lithium-waarschuwingen voor Noord-Europa (voor lithium-ionbatterijen) CAUTION! Danger of explosion if battery is incorrectly replaced. Replace only with the same or equivalent type recommended by the manufacturer. Dispose of used batteries according to the manufacturer’s instructions. (English) ATTENZIONE! Rischio di esplosione della batteria se sostituita in modo errato. Sostituire la batteria con un una di tipo uguale o equivalente consigliata dalla fabbrica. Non disperdere le batterie nell’ambiente.
Veiligheidsinformatie optisch station Informatie laserveiligheid Veiligheidswaarschuwing CD-ROM-drive LASERPRODUCT VAN KLASSE 1 WAARSCHUWING! Om blootstelling aan de laser van de optische drive te voorkomen, moet u niet proberen om de optische drive zelf te demonteren of te repareren. Neem voor uw veiligheid contact op met een professionele technicus voor hulp. Onderhoudswaarschuwingslabel WAARSCHUWING! ONZICHTBARE LASERSTRALING WANNEER GEOPEND.
CTR 21-goedkeuring (voor notebook met geïntegreerde modem) Danish Dutch English Finnish French Gebruikershandleiding notebook PC-E 101
German Greek Italian Portuguese Spanish Swedish 102 Gebruikershandleiding notebook PC-E
Product dat voldoet aan ENERGY STAR ENERGY STAR is een gezamenlijk programma van het the U.S. Environmental Protection Agency en het U.S. Department of Energy dat ons allen helpt bij het besparen van geld en het beschermen van het milieu door energie-efficiënte producten en praktijken. Alle producten van ASUS met het ENERGY STAR-logo voldoen aan de ENERGY STAR-standaard en de optie voor energiebeheer is standaard ingeschakeld.
Naleving en verklaring van wereldwijde milieuvoorschriften ASUS volgt het concept voor groen design om haar producten te ontwerpen en te vervaardigen en zorgt ervoor dat elke fase van de levenscyclus van ASUSproducten voldoet aan de wereldwijde milieuvoorschriften. Daarnaast onthult ASUS de relevante informatie op basis van de vereisten voor de voorschriften. Raadpleeg http://csr.asus.com/english/Compliance.
EC Declaration of Conformity We, the undersigned, Manufacturer: ASUSTeK COMPUTER INC. Address: 4F, No. 150, LI-TE Rd., PEITOU, TAIPEI 112, TAIWAN Authorized representative in Europe: ASUS COMPUTER GmbH Address, City: HARKORT STR.
Gebruikershandleiding notebook PC-E