User manual

Instructies voor plaatsing en aansluiting
46
Elektrische aansluiting
Informatie omtrent de netspan-
ning, de stroomsoort en de vereiste
stroomveiligheden dient u van het
typeplaatje af te lezen. Het type-
plaatje bevindt zich bovenaan ach-
ter de deur.
;
Dit apparaat voldoet aan de
volgende EG-richtlijnen:
de ”Laagspanningsrichtlijn" 73/23/EWG met wijzigingen
de ”EMV-richtlijn" 89/336/EWG met wijzigingen
De wateraansluiting
3
De wasmachine is met veiligheidsvoorzieningen uitgerust die een te-
rugkerende vervuiling van het drinkwater voorkomen en aan de regle-
mentaire voorschriften van de waterinstanties beantwoorden (voor
Duitsland b.v.: de DVGW-richtlijnen). Overige veiligheidsmaatregelen
tijdens de installatie zijn daarom niet nodig.
Opgelet!
Toestellen bedoeld voor aansluiting aan koud water mogen niet aan
warm water aangesloten worden!
Voor de aansluiting mag enkel een nieuwe set slangen gebruikt
worden!
Toegelaten waterdruk
De waterdruk moet minstens 1bar (= 10N/cm
2
= 0,1MPa) en mag
maximaal 10bar (= 100N/cm
2
= 1MPa) bedragen.
Bij meer dan 10bar: De drukverminderingsklep voorschakelen.
Bij minder dan 1bar: De toevoerslang aan de kant van de wasmachine
aan de magneetinlaatklep losschroeven en de regelaar voor de door-
stromingshoeveelheid verwijderen (daartoe de zeef met een punttang
verwijderen en de zich daarachter bevindende rubberschijf verwijde-
ren). De zeef terugplaatsen.