User manual

Gebruiksaanwijzing
12
Waterontharder instellen
Waterontharder volgens de tabel op de hardheid van het water van uw
woongebied instellen:
0 De afwasautomaat moet zijn uitge-
schakeld.
Mechanische instelling:
1. Open de deur van de afwasautomaat.
2. Neem de onderste korf uit de
afwasautomaat.
3. Draai de hardheidsschakelaar op 0 of
1 (zie tabel).
4. Plaats de onderste korf weer terug.
Elektronische instelling:
1. Druk de AAN/UIT-toets in.
De LED van de AAN/UIT-toets licht op.
3
Als er meerdere indicaties oplichten, dan is een afwasprogramma geac-
tiveerd. Het afwasprogramma moet worden afgebroken (RESET).
Functietoetsen 2 en 3 ca. 2 seconden gelijktijdig indrukken.
Alle andere indicaties gaan uit.
2. Druk de functietoetsen 2 en 3 gelijktijdig in en houd ze ingedrukt.
De LED-indicaties van de functietoetsen 1 tot 3 knipperen.
3. Druk de functietoets 1 in.
De LED-indicatie van de functietoets 1 knippert.
Het multidisplay toont de ingestelde hardheidsstand.
4. Door indrukken van functietoets 1 wordt de hardheidsstand met 1
verhoogd.
(uitzondering: na hardheidsstand 10 volgt hardheidsstand 1).
5. Als de hardheidsstand juist is ingesteld, de AAN/UIT-toets indrukken.
De hardheidsstand wordt dan opgeslagen.
1) (°d) Duitse graad, meeteenheid voor de waterhardheid
2) (mmol/l) millimol per liter, internationale eenheid voor waterhardheid
3) Bij deze instelling kan de looptijd van het programma in geringe mate langer worden.
*) fabrieksinstelling