Operation Manual

Het programma van toepassing is op
het type lading en de mate van bevui-
ling.
De juiste hoeveelheid afwasmiddel is
gebruikt.
Er regenereerzout en glansmiddel is
toegevoegd (tenzij u gecombineerde
afwastabletten gebruikt).
De dop van het zoutreservoir goed
dicht zit.
9. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit en trek
de stekker uit het stopcontact
voordat u onderhoudshandelin-
gen verricht.
Vuile filters en verstopte sproei-
armen verminderen de wasresul-
taten.
Controleer regelmatig de filters
en reinig deze zo nodig.
9.1 De filters reinigen
B
A
1.
Draai het filter (A) linksom en
verwijder het.
2.
Verwijder het filter (B).
3.
Reinig de filters met water.
4.
Zorg er voordat u het filter (B)
terugplaatst voor dat er geen
etensresten of vuil in en rond
de rand van de opvangbak
zit.
5.
Zet de filter (A) op z'n plek in
filter (B). Rechtsom draaien
tot het vastzit.
Een onjuiste plaatsing van
de filters kan leiden tot
slechte wasresultaten en
het apparaat beschadi-
gen.
9.2 De sproeiarm schoonmaken
1.
Draai de moer linksom.
2.
Verwijder de sproeiarm
3.
Maak de openingen schoon.
Als etensresten de openingen in de
sproeiarm hebben verstopt, verwijder
deze dan met een smal en puntig voor-
werp.
9.3 Buitenkant reinigen
Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaak-
middelen. Gebruik geen schuurmidde-
len, schuursponsjes of oplosmiddelen.
NEDERLANDS 13