User manual
9.9 Braden
• Gebruik hittebestendig servies om te
braden (lees de instructies van de
fabrikant).
• Grote braadstukken kunt u direct in
de diepe braadpan braden (indien
aanwezig) of op een rooster boven de
braadpan.
• Braad mager vlees in een braadpan
met deksel. Op die manier blijft het
vlees sappiger.
• Alle soorten vlees die een korst
moeten krijgen, kunt u in de
braadschaal zonder deksel braden.
• Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg
in het apparaat te bereiden.
• Giet een beetje vloeistof in de
braadpan om het aanbranden van
vleessap of vet te voorkomen.
• Indien nodig het braadstuk (na 1/2 -
2/3 van de gaartijd) keren.
• Besprenkel grote braadstukken en
gevogelte diverse keren tijdens het
braden met het eigen vleessap.
Hiermee bereikt u een beter
braadresultaat.
• U kunt het apparaat ongeveer 10
minuten voor het einde van de
bereidingstijd uitschakelen om de
restwarmte te gebruiken.
9.10 Roostertabel
Rundvlees
Gerecht Gewicht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stoofvlees 1 – 1,5 kg Boven-/
onderwarm-
te
230 120 - 150 1
Rosbief of osse-
haas: rood
per cm dikte Circulatiegrill
190 - 200
1)
5 - 6 1
Rosbief of osse-
haas: medium
per cm dikte Circulatiegrill
180 - 190
1)
6 - 8 1
Rosbief of osse-
haas: gaar
per cm dikte Circulatiegrill
170 - 180
1)
8 - 10 1
1)
Oven voorverwarmen.
Varkensvlees
Gerecht Gewicht (kg) Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Schouderstuk /
nekstuk / ham-
lap
1 - 1.5 Circulatie-
grill
160 - 180 90 - 120 1
Kotelet / ribbe-
tje
1 - 1.5 Circulatie-
grill
170 - 180 60 - 90 1
Gehaktbrood 0.75 - 1 Circulatie-
grill
160 - 170 50 - 60 1
Varkensschen-
kel (voorge-
kookt)
0.75 - 1 Circulatie-
grill
150 - 170 90 - 120 1
NEDERLANDS 21