Operation Manual

638
INDESIGN CS4 GEBRUIKEN
Afdrukken
Geen Verwijdert tijdelijk alle afbeeldingen bij het afdrukken en vervangt deze door afbeeldingskaders met een kruis
erin, waardoor het afdrukken sneller verloopt. Afbeeldingskaders hebben dezelfde afmetingen als de geïmporteerde
afbeeldingen en de knippaden worden behouden zodat u nog steeds de grootte en positie kunt controleren.
Geïmporteerde afbeeldingen drukt u niet af wanneer u bijvoorbeeld tekstproefafdrukken wilt maken voor editors of
proeflezers. Afdrukken zonder afbeeldingen is ook nuttig wanneer u de oorzaak van een afdrukprobleem probeert vast
te stellen.
Opties voor het downloaden van lettertypen naar een printer
Printerlettertypen zijn lettertypen die zijn opgeslagen in het geheugen van de printer of op een vaste schijf die op de
printer is aangesloten. Type 1- en TrueType-lettertypen kunnen op de printer of op de computer worden opgeslagen.
Bitmaplettertypen worden alleen op de computer opgeslagen. InDesign downloadt lettertypen wanneer dat nodig is,
mits deze op de vaste schijf van de computer zijn geïnstalleerd.
Kies in het gedeelte Grafisch van het dialoogvenster Afdrukken uit de volgende opties om te bepalen hoe lettertypen
naar de printer worden gedownload.
Geen Neemt in het PostScript-bestand een verwijzing naar het lettertype op, waardoor de RIP of een postprocessor
weet waar het lettertype moet worden opgenomen. Selecteer deze optie als de lettertypen zich in de printer bevinden.
De naam van TrueType-lettertypen is gebaseerd op de PostScript-naam in het lettertype. Deze naam kan echter niet
door alle toepassingen worden geïnterpreteerd. Gebruik een van de andere opties voor het downloaden van lettertypen
om te zorgen dat TrueType-lettertypen correct worden geïnterpreteerd.
Volledig Downloadt aan het begin van de afdruktaak alle lettertypen die nodig zijn voor het document. Alle glyphs en
tekens in het lettertype worden opgenomen, ook als zij niet in het document worden gebruikt. InDesign vervangt
automatisch lettertypen waarin meer dan het maximumaantal glyphs (tekens) is opgenomen dan in het dialoogvenster
Voorkeuren is opgegeven.
Subset Downloadt alleen de in het document gebruikte tekens (glyphs). Glyphs worden één keer per pagina
gedownload. Met deze optie wordt doorgaans sneller afgedrukt en zijn PostScript-bestanden kleiner bij documenten
van één pagina of bij korte documenten met weinig tekst.
PPD-lettertypen downloaden Downloadt alle lettertypen die in het document worden gebruikt, ook als deze in de
printer zijn geïnstalleerd. Gebruik deze optie om te zorgen dat InDesign de lettertypecontouren op de computer
gebruikt voor het afdrukken van veelgebruikte lettertypen, zoals Helvetica en Times. Met deze optie kunt u
versieproblemen met lettertypen oplossen, zoals niet-overeenkomende tekensets op de computer en de printer, of
contourvariaties bij overvulling. U hoeft deze optie echter niet te gebruiken voor het afdrukken van concepten, tenzij
u regelmatig uitgebreide tekensets gebruikt.
Zie ook
Over voorkeuren en standaardinstellingen” op pagina 37
De afdrukopties van PostScript
Kies in het deelvenster Grafisch van het dialoogvenster Afdrukken uit de volgende opties om te bepalen hoe
PostScript-informatie naar de printer moet worden verzonden.
PostScript Definieert het niveau van compatibiliteit met de interpreters in PostScript-uitvoerapparatuur.
Gegevensindeling Geeft aan hoe InDesign de afbeeldingsgegevens van de computer naar een printer verzendt. ASCII
wordt als ASCII-tekst verzonden, die compatibel is met oudere netwerken en parallelle printers, en doorgaans de beste
keuze is voor afbeeldingen die op meerdere platforms worden gebruikt. Met Binair exporteert u als binaire code, die
compacter is dan ASCII maar niet met alle systemen compatibel is.