Operation Manual

408
INDESIGN CS4 GEBRUIKEN
Kaders en objecten
Opmerking: Het groeperen van objecten kan de stapelvolgorde van objecten wijzigen ten opzichte van niet-gegroepeerde
objecten.
1 Selecteer het object dat u voor- of achteruit wilt verplaatsen in een stapel.
2 Ga als volgt te werk:
Als u een geselecteerd object voor- of achter aan een stapel wilt plaatsen, kiest u Object > Schikken > Naar
voorgrond of Object > Schikken > Naar achtergrond.
Als u een geselecteerd object voor- of achteruit en voorbij het volgende object in een stapel wilt plaatsen, kiest u
Object > Schikken > Naar voren of Object > Schikken > Naar achteren.
Objecten transformeren
Overzicht van het deelvenster Transformeren
Met het deelvenster Transformeren kunt u geometrische gegevens van een geselecteerd object bekijken of opgeven,
zoals waarden voor positie, grootte, rotatie en schuintrekken. De opdrachten in het menu van dit deelvenster bieden
extra opties en snelle werkwijzen voor het roteren of spiegelen van objecten.
Opmerking: De knoppen en menuopdrachten in het deelvenster Transformeren zijn ook beschikbaar in het regelpaneel.
Venster Transformeren
A. Indicator voor het referentiepunt B. Pictogram Verhoudingen behouden C. Deelvenstermenu
Het deelvenster Transformeren weergeven
Kies Venster > Object en layout > Transformeren.
Geometrische gegevens van objecten bekijken
Als u een object selecteert, kunt u de geometrische gegevens ervan in het deelvenster Transformeren en het regelpaneel
bekijken. Als u meerdere objecten selecteert, hebben de gegevens betrekking op alle geselecteerde objecten als eenheid.
Selecteer een of meerdere objecten en open het deelvenster Transformeren (Venster > Object en layout >
Transformeren).
De positiegegevens zijn relatief ten opzichte van de oorsprong van de liniaal en het referentiepunt van het object.
Hoekgegevens zijn relatief aan het plakbord, waar een horizontale lijn een hoek van 0° heeft.
Transformatie-instellingen wijzigen
Het deelvenster Transformeren bevat meerdere opties die bepalen hoe objecten worden getransformeerd en hoe
transformaties worden weergegeven in het regelpaneel en in het deelvenster Transformeren.
A
B
C