User manual

De wasdroger moet op een schone plaats worden
geïnstalleerd, waar geen vuilophoping kan plaats-
vinden.
Lucht moet vrij kunnen circuleren rond het hele ap-
paraat. Belemmer het voorste luchtrooster en het
achterste luchtrooster niet.
Om trillingen en geluid tot een minimum te beperken
wanneer de droger in gebruik is, moet deze op een
stabiel horizontaal vlak geplaatst worden.
Zodra het apparaat op zijn definitieve plaats staat,
dient gecontroleerd te worden of de droger wel he-
lemaal horizontaal staat met behulp van een lucht-
belwaterpas. Is dit niet het geval, stel dan de stel-
pootjes af totdat dit wel het geval is.
De pootjes mogen nooit verwijderd worden. Belem-
mer de speling tussen het apparaat en de vloer niet
met hoogpolig tapijt, houten strips of dergelijke.
Hierdoor kan er hitte worden opgebouwd die storing
kan veroorzaken bij de bediening van dit apparaat.
Belangrijk! De hete lucht die door de wasdroger wordt
uitgestoten kan temperaturen bereiken tot 60 °C. Het
apparaat mag daarom niet geïnstalleerd worden op
vloeren die niet bestendig zijn tegen hoge
temperaturen.
Bij het bedienen van de trommeldroger mag de
kamertemperatuur niet lager liggen dan +5°C en niet
hoger dan +35°C, omdat dit de prestaties van het
apparaat in de weg kan staan.
Waarschuwing! Als het apparaat verplaatst
moet worden moet dit verticaal gebeuren.
Waarschuwing! Het apparaat mag niet worden
geplaatst achter een afsluitbare deur, een
schuifdeur of een deur met scharnieren aan de
tegenovergestelde zijde als die van het apparaat.
Het aansluiten van de ventilatieslang
Om de installatie te vereenvoudigen kunt u kiezen uit
ventilatie-uitgangen: een uitgang bevindt zich aan de
achterkant, de andere aan de linker- en rechterkant.
Sluit de slang aan op de uitgang die het handigst is
door de ringmoer (A) uit de ventilatie-uitgang aan de
achterkant te trekken en deze op de slang te schroeven
en hem stevig op zijn plaats te duwen. De ongebruikte
ventilatie-uitgangen moeten nu worden afgesloten met
de speciale bijgeleverde afdekkingen.
A
A
Als de ventilatieslang een-
maal op de droger is aan-
gesloten, laat hem dan tot
aan het gewenste uitlaat-
punt lopen, en zorg ervoor
dat de totale lengte minder
is dan 2 meter, en dat hij
niet meer dan twee bochten bevat. Wat betreft de uit-
laat zelf, als u heeft gekozen voor een vast rooster aan
de wand of het raam, kan een goede plaatselijke doe-
het-zelfzaak u de benodigde fittingen en installatiead-
vies verschaffen.
Waarschuwing!
Het is belangrijk om de
ventilatieslang niet te
bevestigen aan
bijvoorbeeld een
afzuigkap, een
schoorsteen of een
brandstofleiding die is
ontworpen om
afvalbrandstof van een
apparaat dat brandstof verbruikt af te voeren.
Merk op dat om condensatieproblemen te vermijden
het van belang is dat de droger is uitgerust met de
flexibele slang om zijn 'afval' ten minste tot voorbij keu-
kenonderdelen af te voeren; bij voorkeur buiten de
keuken. Om te voorkomen dat het apparaat oververhit
raakt, is het van belang dat de stoomafvoer niet wordt
gehinderd. Daarom moet in het geval van een perma-
nente slang die aan een buitenmuur of plafond is be-
vestigd een afvoercapaciteit van ten minste 150 m3/
uur worden gegarandeerd. Als de droger is geïnstal-
leerd nabij keukenonderdelen, zorg er dan voor dat de
ventilatieslang niet wordt platgedrukt. Als de slang ge-
deeltelijk wordt platgedrukt, zal de droogefficiëntie wor-
B
12