User manual

Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag
kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit en even-
min in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet wor-
den weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het
isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat
moet weggegooid worden conform de van toepassing
zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt
verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid,
vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De mate-
rialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die voorzien
zijn van het symbool
zijn recyclebaar.
Bedieningspaneel
MODE
1 2 3 4
1
AAN/UIT-schakelaar
2
Display
3
Functietoets
4
Temperatuurknop
Display-
1 2 3 4
1
Alarmlampje deur open
2
Indicatie voor positieve of negatieve temperatuur
3
Temperatuurweergave
4
Shopping-indicatielampje
Inschakelen
Nadat u de stekker in het stopcontact heeft gestoken drukt
u, als het display niet verlicht is, op de AAN/UIT-schake-
laar, het apparaat wordt ingeschakeld.
Zodra het apparaat is ingeschakeld, verschijnen de vol-
gende signalen op het bedieningspaneel:
Indicatie positieve of negatieve temperatuur is positief,
wat aangeeft dat de temperatuur positief is.
Plaats de thermostaatknop in een middenstand en het ap-
paraat is ingesteld om de volgende temperatuur te geven:
ruwweg +5°C in de koelkast.
Functiemenu
Elke keer als de functietoets wordt ingedrukt, worden de
volgende functies met de klok mee geactiveerd
Shopping-functie
geen symbool: normale werking.
Uitschakelen
Het apparaat wordt uitgeschakeld door de AAN/UIT scha-
kelaar langer dan 1 seconde ingedrukt te houden.
Daarna wordt het aftellen van de temperatuur van -3 -2 -1
weergegeven.
Wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld, gaat het dis-
play ook uit.
Temperatuurregeling
De temperatuur in het apparaat wordt gecontroleerd door
de thermostaatknop die bovenop de kast zit.
Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen:
draai de knop met de klok mee om de maximale koude
te verkrijgen
draai de knop tegen de klok in om de minimale koude
te verkrijgen.
De middelste stand is gewoonlijk de meest geschikte.
De exacte instelling moet echter gekozen worden rekening
houdend met het feit dat de temperatuur in het apparaat
afhankelijk is van:
de omgevingstemperatuur
hoe vaak de deur geopend wordt
de hoeveelheid voedsel die bewaard wordt
de plaats van het apparaat.
14