User manual

Het is belangrijk om het afvoergaatje van het
dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig
schoon te maken om te voorkomen dat het water
overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat
druppelen.
PERIODES DAT HET APPARAAT NIET
GEBRUIKT WORDT
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het
apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel
3. Maak het apparaat en alle toebehoren schoon.
4. Laat de deur/deuren open staan om
onaangename luchtjes te voorkomen.
LET OP! Als u uw apparaat
ingeschakeld wilt laten, vraag dan
iemand om het zo nu en dan te
controleren, om te voorkomen dat het
bewaarde voedsel bederft, als de
stroom uitvalt.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
WAT MOET U DOEN ALS ...
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgescha-
keld.
Zet het apparaat aan.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch appa-
raat op het stopcontact aan. Bel
een gekwalificeerd elektricien.
Het lampje werkt niet. Het lampje staat in stand-by. Sluit en open de deur.
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'.
De compressor werkt continu. De temperatuur is fout inge-
steld.
Zie "Bediening".
Er worden veel producten te-
gelijk geplaatst.
Wacht een paar uur en contro-
leer dan nogmaals de tempera-
tuur.
De omgevingstemperatuur is
te hoog.
Zie het typeplaatje voor de kli-
maatklasse.
Het voedsel dat in het appa-
raat werd geplaatst, was te
warm.
Laat voedsel afkoelen tot kamer-
temperatuur voordat u het op-
slaat.
8