GEBRUIKSAANWIJZING MODE D’EMPLOI W A SAU TO M AT E N L AVE-LINGE F LS 1012 C F LS 1022 F LS 1042 124977782
i UW NIEUWE WASAUTOMAAT Deze nieuwe wasmachine voldoet aan alle eisen voor een moderne behandeling van uw wasgoed, met besparing van water, stroom en wasmiddel. ■ ■ De temperatuurregelaar staat een nauwkeurige temperatuurkeuze toe, afhankelijk van het type en de vuilgraad van het wasgoed. De automatische sopafkoeling op 60°C in het kookwas-programma voor het afpompen voorkomt dat kunststof afvoerbuizen vervormen. Milieubescherming ■ Alle met dit symbool gemerkte materialen zijn “milieu-vriendelijk”.
INHOUD . . . . . . . . . . . . . . . . . .4 Beschrijving van de machine . . . . . .5 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 ■ Machine ontkalken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 ■ De buitenkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 ■ Transportbeveiliging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 ■ De wasmiddelhouder . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 ■ Plaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
WAARSCHUWINGEN Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken. Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid.
BESCHRIJVING VAN DE MACHINE 1 01 Wasmiddelhouder 02 Programmakaart 03 Toets “verlaagd centrifugeertoerental” 04 AAN/UIT-toets 05 Temperatuurregelaar 06 Controlelampje “lichtnet” 07 Programmakeuzeknop 08 Deurhandgreep 09 Afvoerfilter 10 Verstelbare voetjes 34 KOOK- EN BONTWAS SYNTHETICA - FIJNWAS - WOL A B 60°- 95° A B 40°- 60° C 30°- 40° D 30°- 40° F G H J 40°- 60° K 30°- 40° L 30°- 40° M N P Kookwas Bontwas lichtbont Bontwas donkerbont Kort programma Spoelen Lang centrifugeren 5 6 7 NEDERLANDS i
INSTALLATIE Transportbeveiliging Het is beslist noodzakelijk dat u de transportbeveiligingen verwijdert voor u de machine in gebruik neemt. Wij adviseren u de verwijderde delen te bewaren; in geval van verhuizing moeten ze wederom aangebracht worden. U gaat als volgt te werk: 1. Schroef met een sleutel de rechter schroef aan de achterkant van de machine los. 2. Leg de machine voorzichtig op z’n achterkant; zodanig dat de slangen niet kunnen beschadigen. P0255 3.
NEDERLANDS Wij gaan er van uit dat de waterkraan, de afvoermogelijkheid en de elektriciteitsvoorziening zich binnen het bereik van de machineslangen en het aansluitsnoer bevinden. Als dat niet zo is, dan adviseren wij u uw installateur de kraan en/of de afvoer en/of het stopcontact te laten verplaatsen. Stel de machine waterpas op. Dat doet u door middel van het in- of uitdraaien van een of twee van de verstelbare voetjes.
In een aftakking van de wasbakafvoer. Die aftakking moet boven de siphon (stankafsluiter) zitten en zodanig dat de bocht van de slang zich op tenminste 60 cm van de vloer bevindt. In een afvoerpijp. Wij adviseren een standpijp van 65 cm hoogte; in ieder geval niet lager dan 60 cm en niet hoger dan 90 cm. Het eind van de afvoerslang moet altijd belucht zijn, dat wil zeggen dat de binnendiameter van de pijp groter moet zijn dan de buitendiameter van het slangeind.
i Afmetingen hoogte breedte diepte 85 cm 60 cm 54 cm Maximum vulgewicht Katoen Synthetica Fijne was Wol 4,5 kg 2 kg 2 kg 1 kg Centrifugeertoerental maximum 1000/min.
GEBRUIK Bedieningspaneel WITTE EN BONTE WAS SYNTHETICA - FIJNE WAS - WOL A B 60°- 95° B 40°- 60° C 30°- 40° D F G H J 40°- 60° K 30°- 40° L M N Witte was Lichte kleuren Donkere kleuren Kort programma Spoelen Synthetica Fijne was Wol Spoelen Kort centrifugeren 1 2 3 01 02 03 04 05 06 10 Programmakaart Toets “verlaagd centrifugeertoerental” Toets “AAN/UIT” Draaiknop voor temperatuurkeuze Controlelampje “lichtnet” Draaiknop voor programmakeuze 4 5 6
Beschrijving van de bedieningselementen NEDERLANDS 1 Programmakaart De programmakaart in Nederlandse taal bevindt zich op het front van de wasmiddelhouder. 2 Toets “verlaagd centrifugeertoerental” Door deze toets in te drukken verlaagt u het centrifugeertoerental als volgt: ■ voor katoen en linnen: - van 1000/min tot 600/min ■ voor synthetica, fijne was en wol (prog. N): - van 550/min tot 400/min. 3 Toets “AAN/UIT” Door het indrukken van deze toets schakelt u de machine AAN en UIT.
i Adviezen en tips voor het wassen. Was niet te lang opsparen In de eerste plaats adviseren wij u wasgoed niet al te lang op te sparen, in ieder geval niet als het vochtig is want het gaat dan schimmelen en veroorzaakt een muffe geur. Men zegt ook wel dat «het weer er in gekomen is»; weervlekken krijgt u er niet meer uit. Sorteren Neemt u vooral even de tijd om de in dit boekje afgedrukte kaart voor de behandelingssymbolen aandachtig te lezen.
Het gebruik van verdampende middelen, zoals terpentine, wasbenzine, spiritus, thinner, aceton en dergelijke is gevaarlijk; niet roken en geen open vuur gebruiken. Doe het karweitje buiten en laat het kledingstuk eerst uitdampen voor u het in de wasautomaat of de droogautomaat doet. De fabrikant van uw was- of droogautomaat is niet aansprakelijk voor schade of letsel ontstaan door het gebruik van gevaarlijke stoffen.
Geconcentreerde poeder-wasmiddelen (ULTRA’s, MICRO’s en dergelijke). Geconcentreerde wasmiddelen kunt u op dezelfde manier als vloeibare wasmiddelen doseren. Uiteraard past u de hoeveelheid aan, omdat u van deze wasmiddelen minder nodig hebt. Uw nieuwe machine is van een sopcirculatiesysteem voorzien, waardoor het wasmiddel uitstekend en zonder verspilling verdeeld wordt. Wasverzachter Tijdens de laatste spoelgang doseert de machine automatisch een hoeveelheid vloeibare wasverzachter.
Volgorde van handelingen 1. Doe het wasgoed in de trommel NEDERLANDS Open de vuldeur . Doe de stukken wasgoed één voor één in de trommel. Haal opgevouwen wasgoed eerst uit elkaar. Sluit de vuldeur; druk hem goed in het slot. P0004 2. Doe wasmiddel in het vakje Trek de wasmiddelhouder uit het bedieningspaneel tot hij stuit. Meet de gewenste hoeveelheid wasmiddel in een maatbekertje af en giet het in het vakje voor het hoofdwasmiddel .
7. De machine is klaar De machine stopt automatisch. Het lichtnetcontrolelampje gaat uit. Heeft u de machine een programma met spoelstop laten doen, dan moet het laatste spoelwater door het kiezen van het programma N of P afgepompt worden. Wacht één tot twee minuten alvorens de vuldeur te openen; die tijd heeft de elektrische deurvergrendeling nodig om te ontgrendelen. Schakel de machine UIT door de AAN/UIT-toets in te drukken.
i TEXTIELBEHANDELINGSSYMBOLEN 95 95 60 60 40 40 40 Gewoon programma Anti-kreukprogramma Gewoon programma Anti-kreukprogramma Gewoon programma Anti-kreukprogramma Wolwasprogramma Niet mogelijk Warm strijken Niet strijken STRIJKEN Lauw strijken De punten verwijzen naar de punten op de regelknop van het strijkijzer.
Wasprogramma’s voor katoen en linnen Maximum belading: 4,5 kg Programmaknop op Temp.
Wasprogramma’s voor synthetica, fijne was en wol Maximum belading: 2 kg, wol 1 kg Temp.
ONDERHOUD 1. Machine ontkalken Bij een juiste dosering van het wasmiddel zal het in het algemeen niet nodig zijn om de machine te ontkalken. Als u toch wilt ontkalken, houdt u dan aan de gegevens van de fabrikant op de verpakking. 2. De buitenkant De buitenkant van de machine kunt u, naar behoefte, reinigen met een vochtige doek en een neutraal huishoudschoonmaakmiddel. Moderne schoonmaakmiddelen drogen doorgaans streeploos op. Nalappen met schoon water en daarna droogzemen.
Het afvoerfilter is bedoeld voor het opvangen van grove pluis en rafels. Raakt het filter verstopt, dan zal onherroepelijk programmastoring optreden. Controleer regelmatig of het filter schoon is. Open het klepje. Plaats een schaaltje onder het filter en schroef het filter linksom los. P0011 P0132 P0133 P0040 NEDERLANDS 5. Het afvoerfilter Trek het filter uit het filterhuis. Reinig het filter onder de stromende kraan. 6.
EENVOUDIGE STORINGEN Het is de moeite waard om vóór u de servicedienst belt even de volgende punten te controleren: ■ Storingen ■ De machine start niet Mogelijke oorzaaken ■ ■ ■ ■ De machine neemt geen water op: ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ Het uitstroomeind van de afvoerslang bevindt zich op een te laag punt, ten opzichte van de vloer waarop de machine staat. Raadpleeg het betreffende hoofdstuk.
Het centrifugeren begint traag of helemaal niet ■ Het elektronische stabilisatiecontrolesysteem is in werking getreden. Het wasgoed wordt, doordat de draairichting van de trommel gewijzigd wordt, losgemaakt, beter verdeeld en er wordt opnieuw met centrifugeren begonnen. Dit kan herhaaldelijk het geval zijn, totdat de onbalans opgeheven is en het centrifugeren definitief afgewerkt kan worden. Indien het wasgoed na 6 minuten niet losgemaakt is, wordt het niet gecentrifugeerd.