User Documentation

76
1 Over deze documentatie
Op het instrument en in de bedieningshandlei-
ding worden de volgende symbolen gebruikt:
Waarschuwing voor een gevaarlijke
plaats. Bedieningshandleiding in acht
nemen
Waarschuwing voor gevaarlijke span-
ning. Gevaar voor een elektrische
schok
Doorlopende dubbele of verstevigde
isolatie (categorie II conform
DIN EN 61140)
Geschikt voor werken onder spanning
Symbool van elektrische en elektroni-
sche apparaten (AEEA-richtlijn)
Voldoet aan de relevante EU-richt-
lijnen
Instructies voor correcte en e󰀨ectieve
werkzaamheden
► Handelingsinstructies
– Optelling
Deze handleiding bevat informatie en waarschu-
wingsvoorschriften voor veilig werken met het
instrument.
► Lees de handleiding voor gebruik van het
instrument volledig door en let op de veilig-
heidsvoorschriften.
► Let erop dat de handleiding altijd beschikbaar
is voor elke gebruiker.
2 Veiligheid
2.1 Algemene veiligheidsvoorschriften
– Het instrument mag alleen door geschoolde
personen gebruikt worden.
– Het instrument mag alleen in gebruik worden
genomen als het in een defectvrije toestand
verkeert.
– Wanneer de veiligheid van de gebruiker niet
meer kan worden gegarandeerd, moet het
instrument buiten werking worden gesteld en
tegen ongewenst gebruik worden beveiligd. In
de volgende gevallen is deveiligheid niet
meer gegarandeerd:
– duidelijke beschadigingen
– te lange of verkeerde opslag
– lekkende batterijen
– aanpassing of ombouw
– Het instrument mag niet in een explosiege-
vaarlijk gebied worden gebruikt.
– Het instrument mag niet in de regen of bij
neerslag worden gebruikt.
– Het instrument mag alleen in de opgegeven
meetbereiken, alleen in laagspanningsinstal-
laties tot 690 V (VT Digi Pro tot 1000 V) en
alleen in de opgegeven overspanningscate-
gorie worden gebruikt.
– Om een elektrische schok te vermijden, moe-
ten voorzorgsmaatregelen worden getroffen
wanneer met spanningen boven zeer lage
spanning (ZLS) wordt gewerkt. Dat zijn span-
ningen groter dan 120 VDC of 50 Veff. AC.
Voor sectoren met beperkingen, bijv. agrari-
sche sectoren, gelden 60 VDC en 25 VAC als
grenswaarden.