Gebruiksaanwijzing Voor de gebruiker Gebruiksaanwijzing ecoCRAFT exclusiv HR-gasketel BENL
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 Aanwijzingen bij de documentatie ........................... 3 Documenten bewaren ..................................................... 3 Gebruikte symbolen ........................................................ 3 Geldigheid van de handleiding...................................... 3 Typeplaatje ........................................................................ 3 CE-markering ....................................................................
Aanwijzingen bij de documentatie 1 Aanwijzingen bij de documentatie De volgende aanwijzingen vormen een wegwijzer door de volledige documentatie. In combinatie met deze Gebruiksaanwijzing zijn nog andere documenten van toepassing. Voor schade die ontstaat door het niet naleven van deze handleidingen, kunnen wij niet aansprakelijk gesteld worden.
a a 2 Veiligheid 2 Veiligheid 2.1 2.2 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Neem bij de bediening goed nota van de algemene veiligheidsaanwijzingen en de waarschuwingen die vóór elke handeling staan vermeld. 2.1.1 Classificatie van de waarschuwingen bij handelingen De waarschuwingen bij handelingen zijn als volgt door waarschuwingstekens en signaalwoorden aangaande de ernst van het potentiële gevaar ingedeeld: Waarschuwingsteken a e a b 2.1.
a Veiligheid 2 > Bedien geen elektrische schakelaars, geen stekkers, geen deurbellen, geen telefoons en andere communicatiesystemen in huis. > Sluit de gasteller-afsluitkraan of de hoofdkraan. > Sluit, indien mogelijk, de gaskraan op het toestel. > Waarschuw andere huisbewoners door te roepen of aan te kloppen. > Verlaat het gebouw. > Verlaat bij hoorbaar uitstromen van gas onmiddellijk het gebouw en voorkom dat derden het gebouw betreden. > Waarschuw brandweer en politie buiten het gebouw.
3 Aanwijzingen voor het gebruik 3 3.1 Aanwijzingen voor het gebruik Eisen aan de opstellingsplaats De Vaillant HR-gasketels ecoCRAFT moeten in een stookplaats geïnstalleerd worden. Vraag uw installateur welke geldende nationale voorschriften in acht genomen moeten worden. De opstellingsplaats moet permanent vorstvrij zijn. Als u dit niet kunt garanderen, neem dan de in ¬ hfdst. 2 vermelde vorstbeveiligingsmaatregelen in acht. i Een afstand van het toestel tot onderdelen van brandbaar materiaal resp.
Aanwijzingen voor het gebruik 3 tussen verwarmde en niet of beperkt verwarmde ruimtes open blijven). Thermostaatkranen en weersafhankelijke thermostaten of kamerthermostaten gebruiken Thermostaatkranen op alle radiatoren houden de ingestelde kamertemperatuur exact aan. Met behulp van thermostaatkranen in combinatie met een weersafhankelijke thermostaat of een kamerthermostaat kunt u de kamertemperatuur aanpassen aan uw individuele behoeften en bent u zeker van een efficiënt gebruik van uw CV-installatie.
4 Bediening 4 Bediening 4.
Bediening 4 4.2 Digitaal Informatie- en Analysesysteem (DIA) 11 11 Weergave van de actuele CV-aanvoertemperatuur, de waterdruk van de CV-installatie of weergave van een status- of foutcode 12 Weergave met gewone tekst Bovendien geven de weergegeven symbolen de volgende informatie: Storing in het verbrandingslucht-/rookgastraject Storing in het verbrandingslucht-/rookgastraject 12 4.
4 Bediening 4.3 Ingebruikneming voorbereiden 4.3.1 Afsluitinrichtingen openen i i De afsluitinrichtingen zijn niet in de leveringsomvang van uw toestel inbegrepen. Ze worden apart door uw installateur geïnstalleerd. Vraag hem om informatie over positie en bediening van deze onderdelen. 4.3.2 Systeemdruk controleren Om het bedrijf van de installatie met een te lage hoeveelheid water te vermijden en daardoor mogelijke verdere schade te vermijden, beschikt uw toestel over een druksensor.
Bediening 4 b Opgelet! Materiële schade door vorst! Vorstbeveiligings- en bewakingsinrichtingen zijn alleen actief als er geen scheiding van het stroomnet is. > Koppel het toestel nooit los van het stroomnet. > Zet de hoofdschakelaar van het toestel op de stand "I". Om ervoor te zorgen dat de beveiligingen actief blijven, moet u uw ketel met de thermostaat in- en uitschakelen (informatie daarover vindt u in de betreffende gebruiksaanwijzing).
4 Bediening 4.5.2 Boilerbedrijf uitschakelen Bij toestellen met aangesloten boiler kunt u de warmwaterbereiding resp. de boilerlading uitschakelen, het CV-bedrijf echter verder laten functioneren. > Draai de draaiknop voor het instellen van de warmwatertemperatuur helemaal naar links tot de aanslag. Alleen een vorstbeveiligingsfunctie voor de boiler blijft actief. i Bij gebruik van een VRC 470 laat u de draaiknop helemaal rechts bij de aanslag staan en schakelt u in de VRC 470 het boilercircuit op "uit".
Bediening 4 4.6.3 CV-bedrijf uitschakelen (zomermodus) 4.7 Statusindicaties 1 Heizbetrieb - Bren 1 2 4.8 CV-bedrijf uitschakelen (zomermodus) 4.10 Statusindicaties In de zomer kunt u het CV-bedrijf uitschakelen, maar de warmwaterbereiding verder blijven gebruiken. > Draai hiervoor de draaiknop (1) voor het instellen van de CV-aanvoertemperatuur helemaal naar links. 4.6.
4 Bediening 4.8 Storingen herkennen en verhelpen Als tijdens de werking van de HR-gasketel problemen optreden kunt u de volgende punten zelf controleren: Storing Oorzaak Toestel treedt niet in werking: geen warm water, CV blijft koud. De door de installateur bij u geïnstalleerde gaskraan Open de beide gasafsluitkranen (¬ hfdst. 4.3.1). in de aanvoerleiding en/of de gaskraan op het toestel is gesloten. De stroomvoorziening bij u in het gebouw is onderbroken.
Bediening 4 4.8.1 Watertekort verhelpen Zodra de systeemdruk onder een grenswaarde daalt, verschijnt op het display de servicemelding "Waterdruk controleren". Voor zover de installateur voldoende water heeft bijgevuld, verdwijnt de weergave na ca. 20 seconden vanzelf/automatisch. Bij daling van de druk onder de 30 kPa (0,3 bar) schakelt de brander uit. Op het display verschijnt de foutmelding "F.22".
4 Bediening 4.9 Toestel buiten bedrijf stellen b Opgelet! Materiële schade door vorst! Vorstbeveiligings- en bewakingsinrichtingen zijn alleen actief als er geen scheiding van het stroomnet is. > Koppel het toestel nooit los van het stroomnet. > Zet de hoofdschakelaar van het toestel op "I".
Bediening 4 4.10.3 Installateursmeting i De in dit hoofdstuk beschreven meet- en controlewerkzaamheden worden alleen door uw installateur uitgevoerd. 7 6 4.13 Installateurbedrijf inschakelen Voor het uitvoeren van metingen gaat u als volgt te werk: > Activeer de installateurmodus door tegelijk op de toetsen "+" (6) en "-" (7) van het DIA-systeem te drukken. Weergave in display: S.Fh = installateurmodus CV S.
5 Onderhoud 5 Onderhoud a Gevaar! Letsel en materiële schade als gevolg van ondeskundig onderhoud en reparatie! Niet of ondeskundig uitgevoerd onderhoud kan de bedrijfszekerheid van de toestellen verminderen. > Probeer nooit zelf onderhoudswerkzaamheden of reparaties aan de HR-gasketel uit te voeren. > Geef daartoe opdracht aan een erkend installateur. We raden u aan om een onderhoudscontract af te sluiten.
Garantie en serviceteam 6 6 6.1 Garantie en serviceteam Klantendienst Om alle functies van het Vaillant toestel op termijn vast te stellen en om de toegelaten toestand niet te veranderen, mogen bij onderhoud en herstellingen enkel nog originele Vaillant onderdelen gebruikt worden. N.V. Vaillant S.A. Golden Hopestraat 15 B-1620 Drogenbos Tel: 02 / 334 93 52 6.
Fabrikant 0020148335_00 BENL 052012 – Wijzigingen voorbehouden Leverancier