Gebruikershandleiding U400 computers.toshiba-europe.
U400 Copyright © 2008 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Volgens de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
U400 Bluetooth™ is een gedeponeerd handelsmerk in eigendom van de eigenaar en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt. ConfigFree is een handelsmerk van TOSHIBA Corporation. DVD MovieFactory is een handelsmerk van Ulead Systems. Inc. BizCard is een handelsmerk van NewSoft Technology Corporation. Dolby is een gedeponeerd handelsmerk van Dolby Laboratories. ExpressCard is een handelsmerk van PCMCIA.
U400 ■ Plaats de netadapter op een positie met voldoende ventilatie, bijvoorbeeld op een bureaublad of op de vloer, wanneer u de computer op de netvoeding gebruikt of de accu oplaadt. Bedek de netadapter niet met papier of andere voorwerpen die afkoeling belemmeren, en gebruik de netadapter niet terwijl deze in een draagtas zit. ■ Gebruik uitsluitend de netadapter en accu's die zijn goedgekeurd voor gebruik met deze computer.
U400 GOST Modemwaarschuwing Verklaring van overeenstemming De apparatuur is goedgekeurd (conform raadsbesluit 98/482/EC "TBR 21") voor aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched Telephone Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle Europese landen. Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende landen/regio's biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor storingsvrije werking op elke telefoonaansluiting.
U400 De volgende informatie is alleen bedoeld voor lidstaten van de EU: Het symbool geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Zorg ervoor dat dit product op correcte wijze wordt weggegooid. Doet u dit niet, dan kan dit gevaar opleveren voor het milieu en de gezondheid van de mens. Neem voor meer informatie over de recyclage van dit product contact op met uw gemeentekantoor, uw vuilnisdienst of de winkel waar u het product hebt gekocht.
U400 Panasonic DVD Super Multi UJ-862B/862F ■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
U400 Hitachi-LG Data Storage DVD Super Multi GSA-U10N/10F ■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
U400 Internationale voorzorgsmaatregelen CAUTION: This appliance contains a laser system and is classified as a "CLASS 1 LASER PRODUCT." To use this model properly, read the instruction manual carefully and keep this manual for your future reference. In case of any trouble with this model, please contact your nearest "AUTHORIZED service station." To prevent direct exposure to the laser beam, do not try to open the enclosure.
U400 OBS! Apparaten innehåller laserkomponent som avger laserstråining överstigande gränsen för laserklass 1. VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata. Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää näkymätöntä silmilie vaarallista lasersäteilyä. CAUTION: USE OF CONTROLS OR ADJUSTMENTS OR PERFORMANCE OF PROCEDURES OTHER THAN THOSE SPECIFIED IN THE OWNER’S MANUAL MAY RESULT IN HAZARDOUS RADIATION EXPOSURE.
Algemene voorzorgsmaatregelen TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken. Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.
Letsel door verhitting van computeroppervlakken ■ Vermijd langdurig lichamelijk contact met de computer. Indien de computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan langdurig lichamelijk contact - bijvoorbeeld wanneer u de computer op uw schoot of uw handen op de polssteun laat rusten - resulteren in rode plekken op de huid. ■ De metalen plaat die de interfacepoorten ondersteunt, kan heet worden.
U400 Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding Controlelijst van apparatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1 Voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2 Speciale voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-9 TOSHIBA Value Added Package . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-11 Hulpprogramma's en toepassingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
U400 Hoofdstuk 4 Basisbeginselen Touchpad gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1 De sensor voor vingerafdrukken (optioneel) gebruiken . . . . . . . . . . 4-2 De webcamera (optioneel) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-11 De microfoon (optioneel) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-13 Het optische station gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
U400 Hoofdstuk 8 Optionele apparaten ExpressCard-sleuf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-2 Geheugenkaarten van het type SD/SDHC/MMC/ MEMORY STICK/MEMORY STICK PRO/xD. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-4 Geheugenuitbreiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-7 Extra accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-10 Extra netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . .
Voorwoord Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de U400. Deze krachtige, hoogpresterende notebook staat garant voor jarenlang betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten. In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw computer uit de U400 gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat.
In hoofdstuk 5, Het toetsenbord, worden speciale toetsenbordfuncties beschreven zoals de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen. In hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, vindt u informatie over de voedingsbronnen en energiebesparingsmodi van de computer. In hoofdstuk 7, HW Setup, wordt uitgelegd hoe u de computer configureert met het programma HW Setup. Hoofdstuk 8, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware beschikbaar is.
Gebruik van toetsen Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken (+) tussen de toetsopschriften. Zo betekent Ctrl + C dat u op C moet drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt, dient u de eerste twee toetsen ingedrukt te houden en tegelijkertijd op de derde toets te drukken.
Inleiding Hoofdstuk 1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat een controlelijst van de apparatuur en beschrijft de voorzieningen, opties en accessoires van de computer. Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd. Controlelijst van apparatuur Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik.
Inleiding ■ TOSHIBA-gezichtsherkenning* ■ TOSHIBA Acoustic Silencer ■ Ulead DVD MovieFactory® voor TOSHIBA* ■ Presto! BizCard 5* ■ Onlinehandleiding * is voorgeïnstalleerd afhankelijk van het gekochte model. Documentatie ■ ■ ■ ■ U400 Gebruikershandleiding voor de personal computer U400 Aan de slag Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort Garantie-informatie Als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u onmiddellijk contact op met uw dealer.
Inleiding Geheugen Sleuven PC2-5300 (GM965)/PC2-4200 (GL960) 512 MB, 1024 MB of 2048 MB. In de geheugensleuf kunnen geheugenmodules van maximaal 2 GB worden geïnstalleerd voor een systeemgeheugen van maximaal 4 GB (GM965) of 2 GB (GL960). Afwijzing van aansprakelijkheid met betrekking tot het hoofdgeheugen Een deel van het hoofdgeheugen van de computer kan worden gebruikt door het grafische systeem om de grafische prestaties te verbeteren.
Inleiding Voeding Accu-eenheid De computer wordt van stroom voorzien door een oplaadbare lithium-ion accu-eenheid. RTC-batterij De computer bevat een interne batterij voor de interne RTC (Real Time Clock) en kalender. Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze opraken. De adapter wordt geleverd met een verwisselbaar netsnoer.
Inleiding DVD Super Multistation (met ondersteuning voor DVD±R DL) Uw computer is uitgerust met een DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen en CD's/DVD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24-speed voor CD-ROM’s.
Inleiding Toetsenbord Ingebouwd TOSHIBA Vista-toetsenbord, 85 of 86 toetsen, compatibel met IBM uitgebreid toetsenbord, geïntegreerde numerieke toetsen, vaste cursorbesturingstoetsen, en de toetsen en . Zie hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie. Aanwijsapparaat Ingebouwd touchpad Met het touchpad en de besturingsknoppen in de polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen en door de inhoud van vensters schuiven.
Inleiding Multimedia Webcamera Foto's of videobeelden opnemen/verzenden met deze geïntegreerde webcam. (Aanwezig op sommige modellen.) Geluidssysteem Het Windows® Sound System bestaat uit luidsprekers en aansluitingen voor een externe microfoon en hoofdtelefoon. Aansluiting voor hoofdtelefoon (S/P DIF) Via deze bus worden analoge audiosignalen uitgevoerd. Deze bus kan ook worden gebruikt als S/P DIF-bus en voor aansluiting van optische digitale apparatuur.
Inleiding Draadloos LAN Sommige computers in deze serie zijn uitgerust met een WLAN-functie die de standaarden A, B, G en concept-N ondersteunt. De functie is ook compatibel met andere LAN-systemen op basis van Direct Sequence Spread Spectrum/Orthogonal Frequency Division Multiplexing-radiotechnologie die voldoet aan de IEEE 802.11-standaard. ■ Automatische selectie van de verzendsnelheid in het verzendbereik 54, 48, 36, 24, 18, 12, 9 en 6 Mbit/s. (IEEE 802.
Inleiding Speciale voorzieningen De volgende functies zijn ofwel uniek voor Toshiba-computers ofwel geavanceerde functies, waardoor de computer handiger is in gebruik. Sneltoetsen Door middel van deze zogeheten hotkeys kunt u de systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een systeemconfiguratieprogramma te hoeven gebruiken. Geïntegreerde numerieke toetsen Het toetsenbord heeft tien geïntegreerde numerieke toetsen.
Inleiding Energiebesparingsmodus*1 Met deze voorziening kunt u accuenergie besparen. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer). In-/uitschakelen via LCD*1 Met deze functie wordt de stroom naar de computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD wordt geopend. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Inleiding TOSHIBA Value Added Package In dit gedeelte worden de functies van TOSHIBA Component beschreven die vooraf zijn geïnstalleerd op de computer. TOSHIBA Power Saver TOSHIBA Power Saver voorziet u van de functies voor het beheer van de stroomvoorziening. TOSHIBAMet dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen hulpprogramma Zoom op het bureaublad vergroten of verkleinen en het zoompercentage instellen voor specifieke toepassingen.
Inleiding Hulpprogramma's en toepassingen In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de onlinehandleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma voor informatie over bewerkingen. TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
Inleiding Hulpprogramma voor Afhankelijk van het aangeschafte model is vingerafdrukken er op uw computer een hulpprogramma voor vingerafdrukken geïnstalleerd waarmee vingerafdrukken kunnen worden vastgelegd en herkend. Als u de id en het wachtwoord vastlegt in het apparaat voor vingerafdrukverificatie, hoeft u het wachtwoord niet meer via het toetsenbord in te voeren.
Inleiding TOSHIBA DVD-RAM Utility TOSHIBA DVD-RAM-hulpprogramma biedt de functie Fysiek formatteren en een schrijfbeveiligingsfunctie voor DVD-RAM. Dit hulpprogramma maakt deel uit van de module TOSHIBA Disc Creator. U start TOSHIBA DVD-RAM-hupprogramma door te klikken op , Alle programma's, TOSHIBA, CD&DVD-toepassingen te selecteren en op DVD-RAM-hulpprogramma te klikken.
Inleiding Windows Mobility Center In dit gedeelte wordt Windows Mobility Center beschreven. Mobility Center is een hulpprogramma voor een snelle toegang tot verscheidene mobielepc-instellingen in één venster. Er zijn maximaal acht tegels beschikbaar voor de standaardinstelling van het besturingssysteem. Er worden echter twee aanvullende groepen toegevoegd aan het Mobiliteitscentrum. Als u het pakket "TOSHIBA Extended Tiles for Windows Mobility Center" installeert, worden de volgende functies toegevoegd.
Rondleiding Hoofdstuk 2 Rondleiding In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer beschreven. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de computer aan de slag gaat. Voorkant met gesloten beeldscherm De volgende afbeelding geeft de voorkant van de computer weer, met het beeldscherm gesloten.
Rondleiding Volumeregelaar Gebruik deze regelaar om het volume van de stereoluidsprekers of hoofdtelefoon in te stellen. Infraroodontvangstvenster Sommige modellen zijn met een infraroodontvangstvenster uitgerust. Dit is een sensorvenster dat signalen ontvangt van de afstandsbediening die bij sommige modellen is geleverd. Lampje voor draadloze activiteit Geeft aan of het draadloze LAN of Bluetooth actief is. (Aanwezig op sommige modellen.
Rondleiding Linkerkant De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer. Poort voor externe monitor HDMI USB-poorten Luchtopeningen i.LINK-poort (IEEE1394a) Microfoonaansluiting ExpressCard-sleuf Aansluiting voor hoofdtelefoon (S/P DIF) Linkerkant van de computer Poort voor externe monitor Op deze 15-pins poort kunt u een extern beeldscherm aansluiten. Luchtopeningen De luchtopeningen dienen om de CPU te beschermen tegen oververhitting.
Rondleiding Universal Serial Bus- Het apparaat is voorzien van Universal Serial poorten (USB 2.0) Bus-poorten die voldoen aan de USB 2.0standaard. Met de poorten met het pictogram ( ) kan in de slaapstand via USB worden geladen. Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonaansluiting kan een drie-aderige miniplug voor mono-microfooninvoer worden aangesloten. Aansluiting voor hoofdtelefoon (S/P DIF) Via deze bus worden analoge audiosignalen uitgevoerd.
Rondleiding Modemaansluiting Met de modemaansluiting kunt u de modem door middel van een modulaire kabel direct met een telefoonlijn verbinden. (Aanwezig op sommige modellen) ■ Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te verwijderen. ■ Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het modem schade oplopen. Aansluiting voor FM-antenne Hier kunt u een FM-antenne op aansluiten. (Aanwezig op sommige modellen.
Rondleiding Onderkant De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
Rondleiding Voorkant met geopend beeldscherm Deze paragraaf beschrijft de voorkant van de computer met geopend beeldscherm. Raadpleeg de desbetreffende illustratie voor details. Als u het beeldscherm wilt openen, tilt u de voorkant van het scherm omhoog. Zet het scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
Rondleiding Webcamera Maak een foto of verzend de afbeelding naar internetcontactpersonen. (Aanwezig op sommige modellen.) Ingebouwde microfoon De microfoon wordt gebruikt met de webcamera om te praten met andere webcameragebruikers en om berichten op te nemen op Windows Media. (Aanwezig op sommige modellen.) Aan/uit-knop Schakelt de computer in en uit en stelt de (zuinige) slaapstand in en uit.
Rondleiding Sensor voor vingerafdrukken Door uw vinger langs de vingerafdruksensor te bewegen, schakelt u de volgende functies in: aanmelden bij Windows en toegang tot een beveiligde webpagina via IE (Internet Explorer). Bestanden en mappen kunnen worden gecodeerd/ gedecodeerd, zodat andere gebruikers er geen toegang toe hebben. De wachtwoordbeveiliging van de schermbeveiliging uitschakelen bij terugkeer uit de energiebesparende stand (slaapstand).
Rondleiding Beschrijfbare schijven In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare CD's en DVD's beschreven. Controleer in de specificaties voor uw station welke schijftypen kunnen worden beschreven. Gebruik TOSHIBA Disc Creator voor het beschrijven van CD's. Raadpleeg hoofdstuk 4, Basisbeginselen. CD's ■ CD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
Rondleiding Netadapter De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en reduceert de spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 Volt en aan een frequentie van 50 of 60 Hertz, waardoor u de computer in praktisch elk land of gebied kunt gebruiken. Als u de accu wilt opladen, dient u de netadapter op een voedingsbron en op de computer aan te sluiten. Zie hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, voor meer informatie.
Rondleiding Afstandsbediening (optioneel) Met een afstandsbediening, die bij sommige modellen is geleverd, kunt u een aantal functies van de computer op afstand bedienen. De afstandsbediening kan worden gebruikt in combinatie met Media Center voor het afspelen van CD's, DVD's en video's, en voor het bekijken van foto's. Met de afstandsbediening kunt u het afspelen van een film via Media Center regelen. Gebruiksmogelijkheden voor de afstandsbediening: ■ Alle schermen in Media Center navigeren en bedienen.
Rondleiding Voeding Hiermee wordt het besturingssysteem gestart of afgesloten. Deze knop werkt net als de aanuitknop van uw computer. De slaapstand werkt standaard net zo als het uitschakelen van uw computer. Als u de instelling wilt wijzigen, klikt u op Start Control panel (Configuratiescherm) System and Maintenance (Systeem en onderhoud) Power Options (Energiebeheer) en Choose what the Power button does (Kies wat de aan/uit-knop doet).
Rondleiding Afspelen/pauze Hiermee speelt u het geselecteerde medium af. Deze knop fungeert tevens als pauzeknop. Snel vooruitspoelen Hiermee spoelt u het medium (video, DVD, muziek, enzovoort) vooruit. Terugspelen Hiermee springt het medium terug (zeven seconden bij video's, één muzieknummer of één DVD-hoofdstuk per keer). Stop Hiermee stopt u het medium dat op dat moment speelt. Overslaan Hiermee springt het medium vooruit (30 seconden bij video's, één muzieknummer of één DVD-hoofdstuk).
Rondleiding 30 graden 15 graden (verticaal) 30 graden Infraroodontvangstvenster 5m Afstandsbediening Gebruiksbereik van de afstandsbediening Zelfs binnen de effectieve afstand zoals hierboven beschreven, kan in de volgende gevallen de afstandsbediening niet of niet goed werken. ■ Wanneer tussen het infraroodontvangstvenster van de computer en de afstandsbediening een obstakel staat. ■ Wanneer direct zonlicht of sterk fluorescerend licht op het infraroodontvangstvenster valt.
Rondleiding Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u de batterij van de afstandsbediening gebruikt. ■ Gebruik geen andere batterijen dan de aangegeven batterijen. ■ Plaats de batterijen met de positieve (+) en negatieve pool (-) in de juiste richting. ■ De batterij niet herladen, verhitten, uit elkaar halen of kortsluiten, of aan vuur blootstellen. ■ Gebruik geen batterijen waarvan de houdbaarheidsdatum is verstreken of die geheel leeg zijn.
Rondleiding 2. Plaats de batterijen met de polariteiten in de juiste positie. Druk de batterij naar beneden tot het klemmetje en duw de batterij naar voren, zodat deze in de batterijhouder past. Klemmetje Accu De batterijen plaatsen 3. Sluit de batterijklep Sluit de klep goed tot het klikt. De batterijklep sluiten De batterijen vervangen Wanneer de batterijen in de afstandsbediening bijna leeg zijn, is het mogelijk dat de afstandsbediening niet goed of alleen op korte afstand van de computer werkt.
Rondleiding De slanke afstandsbediening plaatsen Een slanke afstandsbediening in het apparaat plaatsen Volg de onderstaande stappen als u de slanke afstandsbediening wilt plaatsen. 1. Zorg ervoor dat de ExpressCard-sleuf leeg is. 2. Zorg dat de voorkant naar boven wijst en plaats de slanke afstandsbediening. Slanke afstandsbediening De slanke afstandsbediening in het apparaat plaatsen 3. Duw de kaart voorzichtig aan tot deze vastzit.
Aan de slag Hoofdstuk 3 Aan de slag Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld: Lees ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort. In deze gids wordt productaansprakelijkheid toegelicht.
Aan de slag 3. Plaats de accu-eenheid. De accu-ontgrendelingsschuif klikt op zijn plaats. 4. Zet de vergrendeling van de accu-eenheid vast om ervoor te zorgen dat de accu op zijn plaats wordt vastgezet. Als u de accu later wilt verwijderen, moet u eerst deze vergrendeling opheffen.
Aan de slag ■ Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd, of een soortgelijke, compatibele netadapter. Gebruik van een incompatibele adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter. ■ Wanneer u de netadapter op de computer aansluit, dient u de stappen exact in de hier beschreven volgorde uit te voeren.
Aan de slag Het beeldscherm openen Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal kijkgemak. 1. Kantel het scherm omhoog en zet het in de stand waar u er het beste zicht op hebt. Wees voorzichtig wanneer u het beeldscherm opent en sluit. Als u het te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.
Aan de slag De computer inschakelen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt. Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg de paragraaf Windows Vista™ installeren. Houd de Aan/uit-knop van de computer twee tot drie seconden ingedrukt.
Aan de slag Controleer of de lampjes van de schijf en het optische station uit zijn. Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt, loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raakt. 3. Klik op en vervolgens op de pijl op de knop voor energiebeheer . Selecteer Shut Down (Afsluiten) in het menu. 4. Schakel eventuele randapparaten uit. Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Aan de slag De slaapstand inschakelen U kunt de slaapstand op een van de volgende drie manieren activeren: ■ Klik op Start en vervolgens op de aan/uit-knop ( ) bij de knoppen voor energiebeheer ( ). Let erop dat deze functie moet worden ingeschakeld via Energiebeheer (klik hiervoor op Control Panel (Configuratiescherm) System and Maintenance (Systeem en onderhoud) Power Options (Energiebeheer)).
Aan de slag Zuinige slaapstand De zuinige slaapstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende keer dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld. De status van randapparaten wordt bij het inschakelen van de zuinige slaapstand niet opgeslagen. ■ Sla uw gegevens op. Wanneer de zuinige slaapstand wordt geactiveerd, wordt de inhoud van het geheugen op de vaste schijf opgeslagen.
Aan de slag Automatische slaapstand Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het beeldscherm sluit, wordt de computer automatisch in de zuinige slaapstand gezet. Eerst dient u echter de juiste instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren. 1. Open het Configuratiescherm. 2. Open System and Maintenance (Systeem en onderhoud) en vervolgens Power Options (Energiebeheer). 3. Selecteer Kies wat de aan/uit-knop doet. 4.
Aan de slag Opties voor systeemherstel en de vooraf geïnstalleerde software herstellen Opties voor systeemherstel Een verborgen partitie van circa 1,5 GB op de vaste schijf is toegewezen voor de opties voor systeemherstel. Deze partitie herstelt bestanden die kunnen worden gebruikt om het systeem te herstellen in geval van problemen. De opties voor systeemherstel worden onbruikbaar zodra deze partitie is verwijderd.
Aan de slag Optische herstelschijven maken In dit gedeelte wordt beschreven hoe u herstelschijven maakt. ■ Vergeet niet de netadapter aan te sluiten wanneer u herstelschijven maakt. ■ Sluit alle softwareprogramma's behalve de Herstelschijf maken. ■ Voer geen programma's uit die de processor zwaar belasten, zoals een schermbeveiliging. ■ Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt. ■ Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
Aan de slag De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte herstelschijven Als de vooraf geïnstalleerde bestanden zijn beschadigd, kunt u de gemaakte herstelschijven gebruiken om de fabrieksinstellingen van de computer te herstellen. Volg de onderstaande stappen als u deze herstelbewerking wilt uitvoeren: Als u het geluid hebt gedempt door op Fn + ESC te drukken, schakel het geluid dan in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces start.
Aan de slag 1. Schakel de computer uit. 2. Schakel de computer in en druk op de toets F8 als het TOSHIBAscherm herhaaldelijk wordt weergegeven. 3. Het menu Advanced Boot Options (Geavanceerde opstartopties) wordt weergegeven. Selecteer Uw computer repareren met behulp van de pijltoetsen en druk op ENTER. 4. Selecteer de gewenste toetsenbordindeling en druk vervolgens op Next (Volgende). 5. Voor de herstelprocedure dient u zich aan te melden als bevoegd gebruiker met voldoende rechten. 6.
Basisbeginselen Hoofdstuk 4 Basisbeginselen In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik toegelicht, zoals het gebruik van het TouchPad, de optionele vingerafdruksensor, de optionele webcamera, optionele interne microfoon, optische mediastations, geluidssysteem, modem, het draadloze LAN en LAN. Verder worden tips gegeven voor het onderhoud van de computer.
Basisbeginselen De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde wijze gebruikt als de knoppen op een muis. Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software. Druk niet te hard op het touchpad en gebruik geen spitse voorwerpen zoals ballpoints. Hierdoor kan het touchpad beschadigd raken.
Basisbeginselen Uw vinger laten lezen Als u de volgende stappen uitvoert wanneer u uw vingers over de sensor haalt voor vingerafdrukregistratie of -verificatie om zo fouten te voorkomen: 1. Plaats het eerste vingerkootje op dezelfde hoogte als het midden van de sensor Raak de sensor zachtjes aan en beweeg uw vinger horizontaal naar u toe. 2. Terwijl u de sensor zachtjes aanraakt, beweegt u uw vinger naar u toe tot het sensoroppervlak zichtbaar wordt. 3.
Basisbeginselen Aandachtspunten met betrekking tot de sensor voor vingerafdrukken Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kant dit leiden tot (1) beschadiging of storing van de sensor, of (2) problemen met de vingerafdrukherkenning of een lager herkenningspercentage. ■ Kras of duw niet met uw nagels of andere harde of scherpe voorwerpen op de sensor. ■ Drukt niet hard op de sensor. ■ Raak de sensor niet aan met een natte vinger of natte voorwerpen. Houd het sensoroppervlak droog en vrij van waterdamp.
Basisbeginselen ■ Vingerafdrukgegevens kunnen maximaal 30-34 keer worden opgeslagen. ■ De vingerafdrukgegevens worden opgeslagen in het niet-vluchtige geheugen van de sensor voor vingerafdrukken. Het wordt aangeraden om vingerafdrukgegevens te verwijderen met behulp van het menu Delete (Verwijderen) in Fingerprint Software Management (Vingerafdrukbeheer) voordat u de computer weggooit.
Basisbeginselen ■ Raadpleeg tevens het Help-bestand in het hulpprogramma voor vingerafdrukken voor meer informatie. Dit kunt u op de volgende manier starten: ■ Klik op Start, wijs All Programs (Alle programma's) aan en vervolgens TrueSuite Access Manager en klik op Document. ■ Klik op Start, wijs All Programs (Alle programma's) aan en vervolgens TrueSuite Access Manager en klik hierop. Het hoofdscherm wordt weergegeven. Klik in de rechterbovenhoek van het scherm op Help.
Basisbeginselen Aanmelden bij Windows via vingerafdrukverificatie In plaats van de gebruikelijke Windows-aanmelding met een id en een wachtwoord, kunt u zich ook bij Windows aanmelden via vingerafdrukverificatie. Dit is met name handig als de pc door veel gebruikers wordt gebruikt, aangezien hierbij de gebruikersselectie kan worden overgeslagen. Procedure voor vingerafdrukverificatie 1. Start de computer op. 2. Het venster Logon Authorization (Aanmeldingsverificatie) wordt weergegeven.
Basisbeginselen De instellingen voor vingerafdrukverificatie tijdens het opstarten inschakelen U moet uw vingerafdruk vastleggen met TrueSuite Access Manager voordat u opstartbeveiliging via vingerafdrukken kunt inschakelen en configureren. Controleer of uw vingerafdruk is vastgelegd voordat u de instellingen configureert. 1. Haal uw vinger over de sensor voor vingerafdrukken. U kunt ook uw Windows-wachtwoord invoeren en op Next (Volgende) klikken. 2. Klik op Settings (Instellingen). 3.
Basisbeginselen De functie voor enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken inschakelen U moet uw vingerafdruk vastleggen met het programma TrueSuite Access Manager voordat u enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken kunt inschakelen en configureren. Controleer of de vingerafdruk is geregistreerd voordat u de instellingen configureert. 1. Haal uw vinger over de sensor voor vingerafdrukken. U kunt ook uw Windows-wachtwoord invoeren en op Next (Volgende) klikken. 2. Klik op Settings (Instellingen). 3.
Basisbeginselen ■ De functie "Laden via USB in slaapstand" werkt alleen voor compatibele poorten. Deze functie is standaard uitgeschakeld. U schakelt de functie in door in HW Setup [Disabled] (Uitgeschakeld) te veranderen in [Enabled] (Ingeschakeld). ■ Als de functie "Laden via USB in slaapstand" in HW Setup is ingesteld op [Enabled] (Ingeschakeld), krijgen compatibele USB-poorten stroom (5 V gelijkstroom), zelfs als de computer is uitgeschakeld.
Basisbeginselen De webcamera (optioneel) gebruiken In deze paragraaf wordt het hulpprogramma voor webcams beschreven. Hiermee kunnen foto's en videobeelden worden vastgelegd. De webcamera wordt automatisch ingeschakeld als Windows wordt opgestart. Verwijder het plastic beschermfolie voordat u de webcamera gaat gebruiken.
Basisbeginselen De software gebruiken De software voor de webcamera is vooraf geconfigureerd om te worden gestart als u Windows Vista inschakelt; als u de software opnieuw moet starten, gaat u naar Start All Programs (Alle programma's) Camera Assistant Software (Software camerahulp) Camera Assistant Software (Software camerahulp).
Basisbeginselen Instellingen Kies het tabblad Options (Opties) om de positie van het hulpprogramma te wijzigen; kies het tabblad Picture (Afbeelding) om de opties voor afbeeldingsuitvoer zoals grootte, exportbestand en opslagpad te selecteren; kies het tabblad Video voor video-uitvoerinstellingen zoals framesnelheid, grootte, compressie en framesnelheid, grootte, opnamecompressor en opslagpad te kiezen; kies het tabblad Audio om audioapparaat, audiocompressor, volume en opslagpad te wijzigen.
Basisbeginselen Schijven laden Voer de volgende stappen uit en raadpleeg de bijbehorende afbeeldingen om een schijf te laden. 1. a. Zorg dat de computer is ingeschakeld en druk op de uitwerpknop om de lade een stukje te openen. Ejectknop De uitwerpknop indrukken b. U kunt de lade niet met de ejectknop openen als het station geen stroom krijgt.
Basisbeginselen 2. Trek de lade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend. De lade opentrekken 3. Leg de schijf met het label omhoog in de lade.
Basisbeginselen Wanneer de lade volledig is uitgeschoven, steekt de rand van de computer iets uit over de lade. Wanneer u de schijf in de lade plaatst, moet u de schijf daarom schuin houden. Zorg na het plaatsen van de schijf echter dat deze plat ligt (zie de vorige afbeelding). ■ Raak de laserlens niet aan. Hierdoor kunt u de uitlijning van de toetsen verstoren. ■ Zorg dat er geen stof, vuil of voorwerpen in het station terechtkomen.
Basisbeginselen Schijven verwijderen Voer de volgende stappen uit om de schijf te verwijderen. Druk niet op de uitwerpknop terwijl de computer toegang heeft tot het schijfstation. Wacht tot het lampje van het optische stations uitgaat voor u de lade opent. Neem de schijf pas uit de lade nadat deze is opgehouden met draaien. 1. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade voorzichtig open.
Basisbeginselen CD's/DVD's schrijven met het DVD Super Multi-station met ondersteuning voor DVD±R DL Op sommige modellen in deze serie kunt u CD's/DVD's schrijven met het DVD Super Multi-station (met ondersteuning voor DVD±R DL). Met het DVD Super Multi-station kunt u gegevens schrijven naar CD-R-/CD-RW-schijven en naar DVD-R/-RW/+R/+RW/-RAMschijven. De volgende toepassingen voor schrijven zijn voorgeïnstalleerd: TOSHIBA Disc Creator en Ulead DVD MovieFactory for TOSHIBA.
Basisbeginselen DVD-RW: DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven voor versie 1.1 of versie 1.2 Victor Company of Japan, Ltd. (JVC) MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD. DVD+RW: MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD. DVD-RAM: DVD-specificaties voor DVD-RAM-schijven voor versie 2.0, versie 2.1 of versie 2.2 Hitachi Maxell Ltd. Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
Basisbeginselen ■ De schijf functioneert volgens de DVD-norm en wordt mogelijk opgevuld met dummygegevens als er gegevens naar worden geschreven die minder dan 1 GB in beslag nemen. Zelfs als u een kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf met dummygegevens te vullen. ■ Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows® 2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
Basisbeginselen ■ ■ ■ ■ ■ ■ Het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten zoals: PC-kaart, USB-apparaten, extern beeldscherm, optische digitale apparaten. ■ Gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te reproduceren. ■ Het DVD Super Multi-station openen. Gebruik tijdens het schrijven of herschrijven niet de afsluit-/ afmeldprocedure en (zuinige) slaapstand. Zorg ervoor dat het schrijven of herschrijven is voltooid voordat u overschakelt naar de (zuinige) slaapstand.
Basisbeginselen TOSHIBA Disc Creator Opmerking: let op de volgende beperkingen wanneer u TOSHIBA Disc Creator gebruikt: ■ TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het maken van DVD-video. ■ TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het maken van DVD-audio. ■ De functie Audio CD van TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het opnemen van muziek op DVD-R/-RW of DVD+R/ +RW.
Basisbeginselen Gegevensverificatie Om te controleren of het schrijf-/herschrijfproces correct verloopt, voert u de volgende stappen uit voordat u gegevens naar een data-CD of -DVD schrijft. 1. Geef het dialoogvenster Instellingen op een van de volgende twee manieren weer: ■ Klik op de instelknop ( ) voor het schrijven op de belangrijkste werkbalk in de modus Data Disc (Gegevensschijf).
Basisbeginselen 3. Klik op Video Disc (Videoschijf) Burn Video to Disc (Video op schijf branden) om het dialoogvenster Direct Recording (Direct opnemen) te starten, selecteer DVD-Video/+VR om de pagina Straight Capture to Disc (Rechtstreeks vastleggen op schijf) te openen. 4. Selecteer DVD-Video (DVD-video-indeling). 5. Controleer of de bron DV is. 6. Druk op de knop Capture (Opnemen). Eenvoudige stappen voor het maken van een DVD-video door een videobron toe te voegen. 1.
Basisbeginselen ■ Gebruik DVD MovieFactory niet direct nadat u de computer hebt ingeschakeld. Wacht tot alle schijfactiviteit is geëindigd. ■ Als u opneemt naar een DV-camera, laat de camera dan gedurende enkele seconden opnemen voor u de daadwerkelijke gegevens opneemt om ervoor te zorgen dat alle gegevens worden vastgelegd. ■ Deze versie ondersteunt geen CD-recorder-, JPEG-, DVD-audio-, mini-DVD- en video-CD-functies. ■ Sluit alle andere programma’s terwijl u video opneemt op DVD.
Basisbeginselen Behandeling van schijven Dit gedeelte bevat tips voor het beschermen van de gegevens die u op CD's of DVD's hebt opgeslagen. Ga voorzichtig om met schijven en diskettes. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in acht te nemen kunt u de levensduur van uw media verlengen en de erop opgeslagen gegevens beschermen: CD’s/DVD’s 1. Bewaar uw CD's/DVD's in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden. 2. Buig een CD/DVD niet. 3.
Basisbeginselen Als in het hulpprogramma voor de modem van het Configuratiescherm een functie voor regio-/landselectie beschikbaar is, dient u deze niet te gebruiken. Als u het land/de regio in het Configuratiescherm wijzigt, wordt deze wijziging mogelijk niet doorgevoerd. 2. Het pictogram Regioselectie wordt weergegeven in de taakbalk. Klik met de primaire knop op het pictogram om een lijst van ondersteunde regio's weer te geven. U ziet tevens een submenu met telefoonlocatieinformatie.
Basisbeginselen Modemselectie Als de computer de interne modem niet herkent, wordt er een dialoogvenster weergegeven. Selecteer de COM-poort die u voor de modem wilt gebruiken. Kiesopties Als u Dialing Properties selecteert, worden de kiesopties weergegeven. Als u de computer in Japan gebruikt, bent u wettelijk verplicht Japan als regio te selecteren. Het is niet toegestaan de modem in Japan met een andere selectie te gebruiken. Aansluiten Voer de volgende stappen uit om de modemkabel aan te sluiten.
Basisbeginselen Als u gebruik maakt van een opslagapparaat (bijvoorbeeld een optisch station of een vaste schijf) dat aan een 16-bits PC-kaart is gekoppeld, kunt u te maken krijgen met de volgende modemproblemen: ■ de modemsnelheid is laag of de communicatie wordt onderbroken; ■ geluidsstoringen. Loskoppelen Voer de volgende stappen uit om de kabel van de interne modem te los te koppelen. 1. Knijp het palletje op de connector in de telefoonaansluiting in en trek de connector eruit. 2.
Basisbeginselen Lampje voor draadloze communicatie De functie voor draadloze communicatie van de computer ondersteunt zowel Wireless LAN- als Bluetooth-apparaten. Alleen sommige modellen zijn voorzien van functies voor draadloos LAN en Bluetooth. ■ Gebruik de draadloos LAN (Wi-Fi)- of Bluetooth-functies niet in de buurt van een magnetron of in gebieden met radiostoring of magnetische velden. Storing van een magnetron of andere bron kan tot onderbreking van de draadloos Wi-Fi- of Bluetooth-functie leiden.
Basisbeginselen Beveiliging ■ Schakel de coderingsfunctie in om te voorkomen dat anderen zich via het draadloos LAN onrechtmatig toegang tot uw computer verschaffen, wat kan leiden tot wederrechtelijke toe-eigening, afluisterpraktijken en verlies of vernietiging van opgeslagen gegevens. TOSHIBA raadt u daarom met klem aan de coderingsfunctie in te schakelen. ■ TOSHIBA is niet verantwoordelijk voor onrechtmatige toegang tot gegevens via het draadloos LAN of voor beschadiging van die gegevens.
Basisbeginselen Schakelaar voor draadloze communicatie U kunt de functie voor draadloos LAN in- of uitschakelen met de schakelaar voor draadloze communicatie. Als de schakelaar op uit staat, kunnen geen gegevens worden verzonden of ontvangen. Verschuif de schakelaar om de functie in en uit te schakelen. Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer het lampje. Het lampje brandt niet wanneer de functie voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.
Basisbeginselen De LAN-kabel aansluiten Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel aan te sluiten. 1. Schakel de computer en alle erop aangesloten externe apparaten uit. 2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-aansluiting. Duw voorzichtig tot de vergrendeling vastklikt. De LAN-kabel aansluiten 3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel op een hub aansluit.
Basisbeginselen De computer reinigen Om een lange levensduur en storingsvrij gebruik te waarborgen dient u de computer stofvrij te houden en voorzichtig te zijn met vloeistoffen in de buurt van de computer. ■ Mors geen vloeistoffen in de computer. Als de computer toch nat wordt, schakelt u onmiddellijk de stroom uit; laat de computer volledig drogen voordat u hem weer aanzet. ■ Reinig de computer met een licht (met water) bevochtigde doek. Voor het beeldscherm kunt u een glasreinigingsmiddel gebruiken.
Basisbeginselen ■ Gebruik een draagtas wanneer u de computer vervoert. ■ Houd de computer goed vast tijdens het dragen, zodat deze niet kan vallen of iets kan raken. ■ Til de computer niet op aan uitstekende delen. De vasteschijfbeveiliging gebruiken Deze computer bevat een functie die de kans op beschadiging van de vaste schijf verkleint.
Basisbeginselen Detectieniveau Deze functie kan worden ingesteld op vier niveaus. De gevoeligheid waarmee trillingen, schokken en dergelijke worden gedetecteerd kan worden ingesteld op UIT, 1, 2 en 3. Niveau 3 wordt aanbevolen voor de beste bescherming van de computer. Als de computer echter in een mobiele omgeving of in andere onstabiele omstandigheden wordt gebruikt, wordt de TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging mogelijk zeer vaak uitgevoerd als u detectieniveau 3 instelt.
Het toetsenbord Hoofdstuk 5 Het toetsenbord Het toetsenbord van de computer is compatibel met een uitgebreid toetsenbord met 101/102 toetsen. Door bepaalde toetsen tegelijkertijd in te drukken, kunt u alle functies uitvoeren die op een toetsenbord met 101/102 toetsen beschikbaar zijn. Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd. Er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Het toetsenbord Functietoetsen F1 ... F12 De functietoetsen, niet te verwarren met de Fn-toets, zijn de 12 toetsen bovenaan op het toetsenbord. Deze toetsen werken anders dan de overige toetsen. F1 tot en met F12 worden aangeduid als functietoetsen, omdat u hiermee geprogrammeerde functies kunt uitvoeren. Als u pictogramtoetsen in combinatie met de Fn-toets gebruikt, worden specifieke functies op de computer uitgevoerd. Raadpleeg de paragraaf Softkeys: Fntoetscombinaties in dit hoofdstuk.
Het toetsenbord Druk op Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen te activeren. Als deze functie is geactiveerd, veranderen toetsen met een grijze markering op de onderrand in numerieke toetsen. Raadpleeg de paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in dit hoofdstuk voor meer informatie over het gebruik van deze toetsen. Standaard zijn beide functies bij het opstarten van de computer uitgeschakeld. Druk op Fn + F12 om de cursor op een bepaalde regel te vergrendelen.
Het toetsenbord + Brightness (decrease) (Helderheid (verlagen)): hiermee verlaagt u de helderheid van de monitor. + Brightness (increase) (Helderheid (verhogen)): hiermee verhoogt u de helderheid van de monitor. + Wireless (Draadloos): hiermee schakelt u tussen de actieve draadloze apparaten als de schakelaar voor draadloze communicatie is ingeschakeld. + Touchpad: hiermee kunt u het touchpad in- of uitschakelen.
Het toetsenbord + TOSHIBA Zooming Utility (enlarge): hiermee vergroot u de grootte van het pictogram op het bureaublad of de lettergrootte in een van de ondersteunde toepassingen. Voordat u Fn + 1 en Fn + 2 gebruikt, dient u het TOSHIBA-hulpprogramma Zooming te installeren. Dit hulpprogramma ondersteunt uitsluitend de volgende toepassingen: Microsoft Internet Explorer, Microsoft Office, Windows Media Player, Adobe Reader en de pictogrammen op het bureaublad.
Het toetsenbord De geïntegreerde numerieke toetsen inschakelen U kunt de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken voor het invoeren van cijfers. Numerieke modus Om de numerieke modus te activeren drukt u op Fn + F11. Nu kunt u cijfers invoeren met de toetsen die in de volgende afbeelding worden geïllustreerd. Druk nogmaals op Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen.
Het toetsenbord ASCII-tekens genereren Niet alle ASCII-tekens kunnen via het gewone toetsenbord worden gegenereerd. U kunt deze tekens echter door middel van hun ASCII-codes genereren. Voer de volgende stappen uit met de geïntegreerde numerieke toetsen ingeschakeld: 1. Houd Alt ingedrukt. 2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen. 3. Laat Alt los; het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Stroomvoorziening en spaarstanden Hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden De computer kan via de netadapter of via de interne accu’s van stroom worden voorzien. In dit hoofdstuk leest u hoe u deze energiebronnen optimaal gebruikt en hoe u de accu oplaadt en vervangt. Verder worden tips gegeven voor het besparen van accu-energie en krijgt u informatie over spaarstanden.
Stroomvoorziening en spaarstanden Voedingslampjes Zoals in de vorige tabel wordt aangegeven, maken het Accu- en Aan/uit-lampje op het lampjespaneel u attent op de bedrijfscapaciteit en de accuspanningsstatus van de computer. Accu-lampje Aan de hand van het Accu-lampje kunt u de status van de accu controleren. De accustatus wordt als volgt aangeduid: Knipperend oranje licht De accu is bijna leeg. De netadapter moet worden aangesloten om de accu op te laden.
Stroomvoorziening en spaarstanden Accutypen De computer bevat de volgende accu's en batterijen: ■ Accu-eenheid (3 cellen, 6 cellen of 9 cellen, afhankelijk van het model.) ■ RTC-batterij (batterij voor de realtime klok) ■ De accu-eenheid bestaat uit een lithium-ion-batterij. Indien de batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Stroomvoorziening en spaarstanden Om de maximale capaciteit van de accu-eenheid te handhaven, dient u de computer ten minste eenmaal per maand op accu-energie te gebruiken tot de accu totaal leeg is. Raadpleeg Gebruiksduur van de accu verlengenin dit hoofdstuk voor procedures. Als de computer geruime tijd (langer dan een maand) continu via de netadapter op netstroom wordt gebruikt, bestaat het risico dat de accucapaciteit wordt aangetast.
Stroomvoorziening en spaarstanden Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid De accu-eenheid is een essentieel onderdeel van de draagbare computer. Door de eenheid naar behoren te gebruiken en te onderhouden zorgt u ervoor dat deze langer stroom levert en langer meegaat. Volg de aanwijzingen in dit gedeelte zorgvuldig ter waarborging van veilig gebruik en maximale prestaties. Voorzorgsmaatregelen Verkeerde behandeling van accu's kan resulteren in ernstig of dodelijk letsel of materiële schade.
Stroomvoorziening en spaarstanden 6. Gebruik alleen de accu-eenheid die bij de computer of andere hardware is geleverd, of een accu-eenheid die is goedgekeurd door de computerof hardwarefabrikant. Voltage en polariteit variëren per accu-eenheid. Gebruik van een incorrecte accu kan resulteren in beschadiging van de accu-eenheid of in rookontwikkeling of brand. 7. Stel een accu-eenheid nooit bloot aan warmte door deze bijvoorbeeld in de buurt van een radiator op te bergen.
Stroomvoorziening en spaarstanden Let op 1. Wanneer de oplaadcapaciteit van de accu-eenheid is aangetast of u via een waarschuwingsbericht wordt meegedeeld dat de accu-eenheid leeg is, dient u het gebruik van de eenheid te staken. Als u een lege of aangetaste accu-eenheid blijft gebruiken, kan gegevensverlies optreden. 2. Gooi accu-eenheden nooit samen met het gewone afval weg. Retourneer ze aan uw TOSHIBA-dealer of een ander recyclingbedrijf voor hergebruik en om schade aan het milieu te voorkomen.
Stroomvoorziening en spaarstanden Procedures Om een accu-eenheid op te laden terwijl deze in de computer is geïnstalleerd, steekt u het ene uiteinde van de netadapter in de gelijkstroomingang (DC IN 19V) en het andere uiteinde in een functionerend stopcontact. Tijdens het opladen van de accu brandt het Accu-lampje oranje. Laad de accu-eenheid alleen op via de computer terwijl deze is aangesloten op het elektriciteitsnet. Probeer nooit om de accu-eenheid met een andere oplader op te laden.
Stroomvoorziening en spaarstanden Voer in dergelijke gevallen de volgende stappen uit. 1. Ontlaad de accu volledig door deze in de ingeschakelde computer te laten tot de stroom automatisch wordt uitgeschakeld. 2. Sluit de netadapter aan. 3. Laad de accu op tot het Accu-lampje blauw gaat branden. Herhaal deze stappen twee à drie keer tot de accucapaciteit het normale niveau heeft bereikt. U verkort de levensduur van de accu als u de netadapter aangesloten laat.
Stroomvoorziening en spaarstanden ■ De wijze waarop u gebruik maakt van optionele apparaten (zoals een PC-kaart) die door de accu van stroom worden voorzien ■ U bespaart accu-energie door de slaapstand in te schakelen als u de computer vaak in- en uitschakelt ■ De locatie waar u uw programma’s en gegevens opslaat ■ Het sluiten van het beeldscherm wanneer u het toetsenbord niet gebruikt om energie te besparen ■ De omgevingstemperatuur (de bedrijfstijd neemt af bij lage temperaturen) ■ De toestand van de acc
Stroomvoorziening en spaarstanden 5. Laad de accu-eenheid op tot het acculampje wit/groen brandt. ■ Als u extra accu-eenheden hebt, gebruik deze dan afwisselend. ■ Verwijder de accu-eenheid als u het systeem geruime tijd (langer dan een maand) niet gebruikt. ■ Bewaar reserve-accu-eenheden op een koele, droge plek zonder rechtstreeks zonlicht. De accu-eenheid vervangen Als de accu-eenheid volledig versleten is, moet u een nieuwe eenheid installeren.
Stroomvoorziening en spaarstanden Accu-eenheid Vergrendeling accuhouder Vergrendeling van de accu-eenheid De accu-eenheid vrijgeven De accu-eenheid installeren Om een accu te installeren voert u de volgende stappen uit. ■ De accu-eenheid bestaat uit een lithium-ion-batterij. Indien de batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Stroomvoorziening en spaarstanden De computer opstarten met een wachtwoord Voer de volgende stappen uit om de computer op te starten met het gebruikerswachtwoord: 1. Schakel de computer in volgens de aanwijzingen in hoofdstuk 3, Aan de slag. De volgende melding verschijnt: Wachtwoord= Op dit moment werken de sneltoetsen Fn + F1 t/m F9 niet. U kunt ze pas weer gebruiken nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd. 2. Voer het wachtwoord in. 3. Druk op Enter.
Stroomvoorziening en spaarstanden Uit/Inschakelen via LCD U kunt de computer zo instellen dat de stroom automatisch wordt uitgeschakeld als u het LCD-scherm sluit. Als u het scherm vervolgens opent terwijl de computer zich in de slaapstand of de zuinige slaapstand bevindt, wordt de stroom ingeschakeld. Als de functie Uitschakelen via LCD is geactiveerd en u Windows® afsluiten gebruikt, dient u het scherm niet te sluiten voordat de afsluitfunctie is voltooid.
HW Setup Hoofdstuk 7 HW Setup In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de computer met behulp van het programma TOSHIBA HW Setup configureert. Met behulp van Toshiba HW Setup kunt u instellingen opgeven voor de volgende categorieën: algemeen, wachtwoord, beeldscherm, opstartprioriteit, toetsenbord, LAN en USB. HW Setup starten Als u HW Setup wilt starten, klikt u op , All Programs (Alle programma's), TOSHIBA, Utilities (Hulpprogramma's), HWSetup.
HW Setup Wachtwoord Met deze tab kunt u het gebruikerswachtwoord voor opstarten instellen of wijzigen. User Password Hiermee kunt een nieuw wachtwoord registreren of een bestaand wachtwoord verwijderen. Niet geregistreerd Verwijderd een bestaande wachtwoorden Geregistreerd Registreer een nieuw wachtwoord door de aanwijzingen op het scherm uit te voeren Eigenaarstekenreeks Dit lege veld wordt gebruikt om een bericht weer te geven als bij het opstarten het veld voor het wachtwoord wordt weergegeven.
HW Setup Toetsenbord Activering op toetsenbord Als deze functie actief is en de computer zich in de slaapstand bevindt, kunt u de computer inschakelen door op een willekeurige toets te drukken. De functie is alleen van toepassing op het interne toetsenbord en werkt alleen wanneer de computer zich in de slaapstand bevindt. Enabled Schakelt Activering op toetsenbord in. Uitgeschakeld Schakelt Activering op toetsenbord uit (standaardinstelling).
Optionele apparaten Hoofdstuk 8 Optionele apparaten Optionele apparaten kunnen de capaciteiten en de veelzijdigheid van de computer vergroten. Dit hoofdstuk beschrijft hoe de volgende apparaten worden aangesloten of geïnstalleerd. Deze apparaten zijn bij uw TOSHIBAdealer verkrijgbaar.
Optionele apparaten ExpressCard-sleuf Sommige modellen in deze serie zijn uitgerust met een ExpressCard-sleuf die ruimte biedt aan één ExpressCard. Een ExpressCard aanbrengen De ExpressCard-connector bevindt zich aan de linkerkant van de computer. Dankzij de computervoorziening voor directe installatie kunt u ExpressCards installeren terwijl de computer is ingeschakeld. Voer de volgende stappen uit om een ExpressCard te installeren. 1. Plaats de ExpressCard. 2.
Optionele apparaten Een ExpressCard verwijderen ■ Controleer alvorens een ExpressCard te verwijderen of de kaart wordt gebruikt door toepassingen of systeemservices. ■ Verwijder de ExpressCard pas nadat u deze hebt uitgeschakeld. Anders kan het systeem onherstelbare schade oplopen. Voer de volgende stappen uit om de Express te verwijderen. 1. Klik op het pictogram Safety Remove Hardware op de taakbalk. 2. Klik op de ExpressCard die u wilt verwijderen. 3. Druk één keer op de uitwerpknop van de ExpressCard.
Optionele apparaten Geheugenkaarten van het type SD/SDHC/MMC/MEMORY STICK/MEMORY STICK PRO/xD Sommige modellen in deze serie zijn voorzien van een kaartsleuf voor meerdere digitale media die ruimte biedt voor geheugenkaarten van het type SD/SDHC/MMC/MEMORY STICK/MEMORY STICK PRO/xD. Door middel van deze geheugenkaarten kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, bijvoorbeeld digitale camera’s en PDA’s (Personal Digital Assistants), die gebruik maken van flashgeheugen.
Optionele apparaten Een geheugenkaart installeren Een geheugenkaart installeren: 1. Plaats de geheugenkaart in de sleuf. 2. Duw de kaart voorzichtig aan tot deze vastzit. Een geheugenkaart inbrengen Zorg ervoor dat u de geheugenkaart niet verkeerd om plaatst. Als Windows® de kaart niet kan lezen, dient u de kaart te verwijderen en opnieuw in te brengen. De kaartsleuf voor meerdere digitale media accepteert slechts één type kaart tegelijk.
Optionele apparaten ■ Zorg dat het lampje van de geheugenkaart uit is voordat u de kaart verwijdert of de computer uitschakelt. Als u de kaart verwijdert of de computer uitzet terwijl de computer toegang verkrijgt tot de kaart, loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de kaart beschadigd raakt. ■ Verwijder de kaart niet wanneer de computer in de slaapstand of sluimerstand staat. Hierdoor kan de computer instabiel raken of kunnen gegevens op de geheugenkaart verloren gaan.
Optionele apparaten Geheugenuitbreiding U kunt het RAM van de computer uitbreiden door extra geheugenmodules te plaatsen. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een geheugenmodule installeert en verwijdert. ■ Gebruik alleen geheugenmodules die zijn goedgekeurd door TOSHIBA. ■ Probeer niet onder de volgende omstandigheden een geheugenmodule te installeren of verwijderen. Hierdoor kunt u de computer en de module beschadigen. Bovendien gaan dan gegevens verloren. a. Als de computer is ingeschakeld. b.
Optionele apparaten Afdekplaatje geheugenmodule Het afdekplaatje van de geheugenmodules verwijderen 6. Til het isolatieblad aan één kant op en plaats de moduleconnectoren met een hoek van circa 45 graden in de computerconnectoren. Duw voorzichtig tot de module vastzit. Raak de connectoren op de geheugenmodule en op de computer niet aan. Vuil op de connectoren kan problemen met de toegang tot het geheugen veroorzaken. Sleuf A is gereserveerd voor het hoofdgeheugen.
Optionele apparaten 8. Plaats het beschermplaatje terug en bevestig het met de schroeven. 9. Plaats de accu-eenheid terug volgens de instructies in hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden. 10. Schakel de computer in en controleer of het toegevoegde geheugen wordt herkend. Open Systeem in Configuratiescherm en klik op de tab Algemeen.
Optionele apparaten Klemmetjes 1 2 1 De geheugenmodule verwijderen 6. Plaats het beschermplaatje terug, bevestig het met schroeven en plaats de accu-eenheid terug. Extra accu-eenheid U kunt de draagbaarheid van de computer verbeteren met extra accueenheden. Als er geen stopcontact in de buurt is en uw accu leeg raakt, kunt u de accu vervangen door een volledig opgeladen accu. Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden.
Optionele apparaten Externe monitor Op de computerpoort voor de externe monitor kan een externe analoge monitor worden aangesloten. De computer ondersteunt verscheidene videomodi. Raadpleeg bijlage B, Beeldschermcontroller en videomodi. Voer de volgende stappen uit om een monitor aan te sluiten. 1. Schakel de computer uit. 2. Sluit de monitor aan op de poort voor de externe monitor. 3. Schakel de monitor in. 4. Schakel de computer in.
Optionele apparaten Instellingen voor videoweergave op HDMI Als u beelden op een HDMI-apparaat wilt weergeven, dient u de volgende instellingen te configureren. Als u dit niet doet, wordt er mogelijk niets weergegeven. ■ Gebruik vóór u met afspelen begint de sneltoets Fn + F5 om het weergaveapparaat te selecteren. Kies tijdens het afspelen geen ander weergaveapparaat. ■ Kies geen ander weergaveapparaat in de volgende situaties: ■ Terwijl er gegevens worden gelezen of weggeschreven.
Optionele apparaten Voorzorgsmaatregelen 1. Maak een back-up van uw gegevens voordat u deze naar de computer overbrengt. Het gevaar bestaat dat de originele gegevens beschadigd raken. Bij digitale video-overdracht kan het met name gebeuren dat bepaalde frames worden verwijderd. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor dergelijk gegevensverlies. 2.
Optionele apparaten Loskoppelen 1. Open het pictogram Safely Remove Hardware (Hardware veilig verwijderen) op de taakbalk. 2. Wijs i.LINK (IEEE1394) device (i.Link-apparaat (IEEE1394)) aan en klik hierop. 3. Ontkoppel de kabel van de computer en vervolgens van het i.LINKapparaat. Raadpleeg tevens de documentatie die bij uw i.LINK-apparaat is geleverd.
Problemen oplossen Hoofdstuk 9 Problemen oplossen TOSHIBA-computers hebben een duurzaam ontwerp. Mochten er echter problemen optreden, dan kunt u aan de hand van de procedures in dit hoofdstuk bepalen wat er aan de hand is. Alle gebruikers dienen dit hoofdstuk te lezen. Als u weet wat er fout kan gaan, kunt u bepaalde problemen wellicht vermijden.
Problemen oplossen ■ Controleer alle kabels. Zijn ze correct en stevig aangesloten? Losse kabels kunnen signaalfouten veroorzaken. ■ Inspecteer alle verbindingskabels op losse draden en alle connectoren op losse pennen. ■ Controleer of uw CD/DVD/CD-RW juist is ingebracht. Maak notities van uw waarnemingen in een permanent foutenlogboek. Hierdoor kunt u gemakkelijker aan uw dealer uitleggen wat de problemen zijn.
Problemen oplossen Hardware Controleer de hardware als u geen softwareprobleem kunt vinden. Werk eerst de eerder genoemde controlelijst af. Kunt u het probleem nog steeds niet kunt verhelpen, dan probeert u de bron van het probleem vast te stellen. Het volgende gedeelte bevat controlelijsten voor afzonderlijke onderdelen en randapparaten. Controlelijst voor hardware en systeem In dit gedeelte wordt ingegaan op problemen die worden veroorzaakt door de computerhardware of de aangesloten randapparaten.
Problemen oplossen Als een van de volgende situaties optreedt, is de zelftest mislukt: ■ De computer stopt en toont afgezien van het TOSHIBA-logo geen informatie of berichten. ■ Er verschijnen willekeurige tekens op het scherm en het systeem functioneert niet normaal. ■ Er wordt een foutbericht op het scherm weergegeven. Schakel de computer uit en controleer alle kabelaansluitingen. Als de test hierna weer mislukt, neemt u contact op met de dealer.
Problemen oplossen Accu Als u vermoedt dat er een probleem met de accu is, controleer dan het Accu-lampje. Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden voor informatie over de lampjes en de werking van de accu. Probleem Procedure Accu voorziet de computer niet van stroom De accu is wellicht ontladen. Sluit de netadapter aan om de accu op te laden.
Problemen oplossen Pc en pc-accu verwijderen ■ Verwijder deze pc overeenkomstig de toepasselijke wetten en voorschriften. Raadpleeg uw lokale overheid voor nadere informatie. ■ Deze pc is uitgerust met een oplaadbare accu. Na herhaaldelijk gebruik zal de accu uiteindelijk niet meer kunnen worden opgeladen en moet deze worden vervangen. Volgens de geldende wetten en voorschriften is het mogelijk niet toegestaan om oude accu's weg te gooien met het huisvuil. ■ Denk om het milieu.
Problemen oplossen Nadat u de datum en tijd voor de RTC-batterij hebt ingesteld, kunt u de computer het beste inschakelen, zodat de RTC-batterij wordt opgeladen. Toetsenbord Toetsenbordproblemen kunnen worden veroorzaakt door de computerconfiguratie. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie. Probleem Procedure Sommige lettertoetsen produceren cijfers Controleer of de geïntegreerde numerieke toetsen zijn geselecteerd. Druk op Fn + F11 en typ opnieuw.
Problemen oplossen Vaste schijf Probleem Procedure Computer wordt niet opgestart vanaf de vaste schijf Er is mogelijk een probleem met uw besturingssysteembestanden. Raadpleeg de documentatie bij het besturingssysteem. Computer werkt traag Uw bestanden zijn misschien gefragmenteerd. Voer Schijfdefragmentatie uit om de toestand van uw bestanden en schijf te controleren. Raadpleeg de documentatie bij het besturingssysteem of de online Help voor informatie over het uitvoeren van Schijfdefragmentatie.
Problemen oplossen Probleem Procedure Sommige CD's/DVD’s draaien goed, maar andere niet Mogelijk veroorzaakt de software- of hardwareconfiguratie een probleem. Controleer of de hardware juist is geconfigureerd voor de software. Lees de documentatie bij de CD/DVD na. Controleer welk type CD/DVD u gebruikt.
Problemen oplossen Aanwijsapparaat Als u een USB-muis gebruikt, raadpleeg dan tevens de paragraaf USB in dit hoofdstuk, en de documentatie bij de muis. TouchPad Probleem Procedure Schermaanwijzer reageert niet wanneer het touchpad wordt gebruikt Misschien is het systeem bezet. Heeft de aanwijzer de vorm van een zandloper, wacht dan tot de aanwijzer weer de normale vorm heeft en probeer het opnieuw. Dubbel aantikken werkt niet Wijzig de dubbelkliksnelheid in het hulpprogramma voor muisbesturing. 1.
Problemen oplossen Probleem Procedure Het touchpad reageert te gevoelig Wijzig de gevoeligheid van het touchpad. 1. Klik op , Control Panel (Configuratiescherm), Hardware and Sound (Hardware en geluid) en vervolgens op het pictogram Mouse (Muis). 2. Klik in het venster Mouse Properties (Muiseigenschappen) op het tabblad Device Settings (Apparaatinstellingen). 3. Klik op de knop Settings (Instellingen). 4. Het eigenschappenvenster van het Synaptics-touchpad op de PS/2-poort wordt geopend.
Problemen oplossen Probleem Procedure Schermaanwijzer wordt Wijzig de snelheid van de aanwijzer in het te snel of te traag hulpprogramma voor muisbesturing. verplaatst 1. U opent dit hulpprogramma door te klikken op , Control Panel (Configuratiescherm) Hardware and Sound (Hardware en geluid) en tot slot op het pictogram Mouse (Muis). 2. Klik in het venster Muiseigenschappen op het tabblad Aanwijzeropties. 3. Stel de snelheid van de aanwijzer naar wens in en klik op OK.
Problemen oplossen Functie Laden via USB in slaapstand Probleem Procedure Ik kan de functie 'Laden De functie "Laden via USB in slaapstand" is via USB in slaapstand' mogelijk ingesteld op [Disabled] (Uitgeschakeld). niet gebruiken. Wijzig de instelling in [Enabled] (Ingeschakeld) in de HW Setup. Als het externe apparaat dat op de compatibele poort is aangesloten, te veel stroom trekt, kan de toevoer van USB-stroom (5 V) uit veiligheidsoverwegingen worden gestopt.
Problemen oplossen Probleem Procedure De accu raakt snel leeg, zelfs nadat ik de computer heb uitgeschakeld Als de functie "Laden via USB in slaapstand" in de HW Setup is ingesteld op [Enabled] (Ingeschakeld), krijgen externe apparaten die zijn aangesloten op compatibele poorten stroom (5 V gelijkstroom) via USB.
Problemen oplossen Geheugenuitbreiding Raadpleeg ook hoofdstuk 8, Optionele apparaten, voor informatie over het installeren van geheugenmodules. Probleem Procedure De computer loopt vast Controleer of de geheugenmodule die in de uitbreidingssleuf is geïnstalleerd, compatibel is met de computer. Als een incompatibele module is geïnstalleerd, voer dan de volgende stappen uit. 1. Schakel de computer uit. 2. Koppel de netadapter en alle randapparaten los. 3. Verwijder de accu-eenheid. 4.
Problemen oplossen Probleem Procedure Beeldschermfout Controleer of de kabel tussen de monitor en de externe computer stevig is bevestigd. Als de problemen aanhouden, neemt u contact op met uw dealer. Modem Probleem Procedure Communicatiesoftware Controleer of de modeminstellingen van de computer correct zijn. Raadpleeg Telefoonkan de modem niet en modemopties in Configuratiescherm.
Problemen oplossen LAN Probleem Procedure Kan geen toegang krijgen tot het LAN Controleer of de kabel tussen de LAN-poort en de LAN-hub stevig is aangesloten. Als de problemen aanhouden, raadpleeg dan de LAN-beheerder. Draadloos LAN Als u na het uitvoeren van de volgende procedure nog steeds geen toegang tot het LAN hebt, neemt u contact op met de netwerkbeheerder. Raadpleeg hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie over draadloze communicatie.
Problemen oplossen Probleem Procedure Opstartbeveiliging via vingerafdrukken of enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken kan niet worden ingeschakeld Gebruik TOSHIBA HW Setup om uw gebruikerswachtwoord te registreren, als dat nog niet was gebeurd. Opstartbeveiliging via vingerafdrukken werkt niet Controleer of u uw vingerafdruk hebt geregistreerd in het Windows-account. Stel het gebruikerswachtwoord in via het TOSHIBA HW Setup en start het systeem opnieuw op.
Problemen oplossen TOSHIBA-ondersteuning Als u extra technische hulp nodig hebt of als u problemen hebt bij het gebruik van de computer, kunt u contact opnemen met TOSHIBA. Voordat u opbelt Aangezien sommige problemen wellicht te wijten zijn aan het besturingssysteem of het programma dat u gebruikt, is het belangrijk om eerst andere hulpbronnen te raadplegen.
Specificaties Bijlagen A Specificaties Deze bijlage verschaft een overzicht van de technische kenmerken van de computer.
Specificaties Communicatiespecificaties Communicatiesysteem Data: Fullduplex Fax: Halfduplex Communicatieprotocol Gegevens ITU-T-Rec (voorheen CCITT) Bell Fax: ITU-T-Rec (voorheen CCITT) V.21/V.22/V.22bis/V.32/ V.32bis/V.34/V.90/V.92 103/212A V.17/V.29/V.27ter/V.21 ch2 Communicatiesnelheid Gegevensverzending en -ontvangst 300/1200/2400/4800/7200/9600/12000/14400/ 16800/19200/21600/24000/26400/28800/ 31200/ 33600 bps Gegevensontvangst alleen met V.
Beeldschermcontroller en videomodi Bijlagen B Beeldschermcontroller en videomodi Beeldschermcontroller De beeldschermcontroller zet software-opdrachten om in hardwareopdrachten die bepaalde pixels in- of uitschakelen. De controller is een geavanceerde VGA (Video Graphics Array)-kaart die SVGA (Super VGA) en XGA (Extended Graphics Array) ondersteunt voor het interne LCD-scherm en externe monitors.
Beeldschermcontroller en videomodi Resolutie van CRTscherm Kleurdiepte (bpp) Verversingsfrequentie (Hz) 800 × 600 16 bpp 60, 75, 85, 100 32 bpp 60, 75, 85, 100 1024 × 768 16 bpp 60, 75, 85, 100 32 bpp 60, 75, 85, 100 1 16 bpp 60 32 bpp 60 1280 × 1024 16 bpp 60, 75, 85, 100 32 bpp 60, 75, 85, 100 1600 × 1200 16 bpp 60, 75, 85, 100 32 bpp 60, 75, 85, 100 1920 × 1440 16 bpp 60, 75 32 bpp 60, 75 16 bpp 60 32 bpp 60 1280 × 800 2048 × 1538 1.
Draadloos LAN Bijlagen C Draadloos LAN Kaartspecificaties Type kaart Mini PCI TypeIII Compatibiliteit ■ IEEE 802.11-norm voor draadloze LAN’s ■ Wi-Fi (Wireless Fidelity), gecertificeerd door de Wi-Fi Alliance. Het logo "Wi-Fi CERTIFIED" is een keurmerk van de Wi-Fi Alliance. Netwerkbesturingssysteem ■ Microsoft® Windows® Networking Media Access Protocol ■ CSMA/CA (Collision Avoidance) met Acknowledgement (ACK) Gegevenssnelheid ■ 54/48/36/24/18/12/9/6 Mb/s (IEEE 802.
Draadloos LAN Modulatietechniek ■ DSSS-CCK, DSSS-DQPSK, DSSS-DBPSK (IEEE 802.11b) ■ OFDM-BPSK, OFDM-QPSK, OFDM16QAMOFDM-16QAM (IEEE802.11a/g) Het bereik van het draadloze signaal is afhankelijk van de verzendsnelheid van het apparaat met draadloze communicatie. Communicatie bij lagere verzendsnelheden kan langere afstanden overbruggen.
Draadloos LAN Tijdens de installatie van Wireless LAN-kaarten worden de kanalen als volgt geconfigureerd: ■ Voor draadloze clients in een Wireless LAN-infrastructuur start de Wireless LAN-kaart automatisch met het kanaal dat wordt aangeduid door het Wireless LAN-accesspoint. Wanneer u wisselt tussen verschillende accesspoints, kan het station zo nodig automatisch overschakelen op een ander kanaal.
Het netsnoer en de voedingsaansluitingen Bijlagen D Het netsnoer en de voedingsaansluitingen De stekker van het netsnoer moet compatibel zijn met de diverse internationale wandcontactaansluitingen en het netsnoer moet voldoen aan de normen van het land/gebied waarin het wordt gebruikt.
Het netsnoer en de voedingsaansluitingen Voor de Verenigde Staten en Canada moeten stekkers de configuratie 2-15P (250 V) of 1-15P (125 V) hebben, conform het U.S. National Electrical Code Handbook en de Canadian Electrical Code Part II. Hieronder worden de netstekkers weergegeven die u nodig hebt in de Verenigde Staten en Canada, het Verenigd Koninkrijk, Australië en Europa.
Juridische verklaring Bijlagen E Juridische verklaring In dit hoofdstuk vindt u informatie over de juridische verklaring met betrekking tot TOSHIBA-computers. In de tekst in deze handleiding wordt *XX gebruikt om aan te geven welke beschrijving van een juridische verklaring betrekking heeft op TOSHIBA-computers. Beschrijvingen met betrekking tot deze computer zijn in deze handleiding gemarkeerd met een blauwe *XX. Als u op *XX klikt, wordt de betreffende beschrijving weergegeven.
Juridische verklaring ■ gebruik van de computer bij temperaturen onder 5 °C of boven 30 °C of boven 25 °C op grote hoogte (deze temperatuurlimieten zijn niet nauwkeurig en kunnen per model verschillen. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie bij uw pc of de website van TOSHIBA op http://www.pcsupport.toshiba.com). De CPU-prestaties kunnen bovendien afwijken van de specificaties als gevolg van de ontwerpconfiguratie. In bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de computer wordt uitgeschakeld.
Juridische verklaring Levensduur van de accu De levensduur van de accu is sterk afhankelijk van het productmodel, de configuratie, de toepassingen, de instellingen en functies voor energiebeheer en de natuurlijke prestatieverschillen die afhankelijk zijn van het ontwerp van individuele onderdelen. Bepaalde modellen en configuraties die door TOSHIBA vóór het tijdstip van publicatie zijn getest, worden geleverd met een classificatie voor de gebruiksduur van de accu.
Juridische verklaring Draadloos LAN De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van toegangspunten, clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. [54 Mbps is de theoretische maximumsnelheid volgens de IEEE802.11-norm (a/b/g).] De werkelijke verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
Als uw computer wordt gestolen Bijlagen F Als uw computer wordt gestolen Ga verantwoord met uw computer om en probeer diefstal te verhinderen. U bent de eigenaar van een waardevol apparaat dat zeer aantrekkelijk is voor dieven. Laat het dus nooit onbeheerd achter. Extra bescherming tegen diefstal is verkrijgbaar in de vorm van beveiligingskabels, waarmee u de notebook thuis of op kantoor aan een zwaar voorwerp kunt verankeren.
Als uw computer wordt gestolen De gegevens die u invoert, worden in onze servicecenters gebruikt om uw computer op te sporen. TOSHIBA-diefstalregistratie Aan: Faxnummer: TOSHIBA Europe GmbH Technical Service and Support Leibnizstr. 2 93055 Regensburg Duitsland +49 (0) 941 7807 921 Land waarin computer is gestolen: Type computer: (bijv. Satellite U400) Modelnummer: (bijv. PSU40EYXT) Serienummer: (bijv.
Woordenlijst Woordenlijst In deze woordenlijst worden onderwerpen toegelicht die verband houden met deze handleiding. Alternatieve benamingen zijn ter referentie opgenomen. Afkortingen AACS: advanced access content system AC: Alternating Current (wisselstroom) ACPI: Advanced Configuration and Power Interface AMT: Intel Active Management Technology ASCII: American Standard Code for Information Interchange BIOS: basic input output system bps: bits per seconde.
Woordenlijst GB: gigabyte HDD: hard disk drive (vasteschijfstation) HD DVD: High Definition DVD HDCP: high-bandwidth digital content protection HDMI: high definition multimedia interface HDMI-CEC: high definition multimedia interface consumer electronics control IDE: integrated drive electronics IEEE: Institute of Electrical and Electronics Engineers IMSM: Intel Matrix Storage Manager I/O: input/output (invoer/uitvoer) IRQ: interrupt request (onderbrekingsinstructie) KB: kilobyte LAN: local area network (l
Woordenlijst A AACS: een standaard voor kopieerbeveiliging die wordt gebruikt voor HD DVD. Deze standaard beheert het kopiëren en de uitvoer. aanwijsapparaat: een willekeurig apparaat, bijvoorbeeld een TouchPad of een muis, waarmee u de cursor op het scherm kunt bewegen. AC (wisselstroom): elektrische stroom die periodiek van richting verandert. adapter: een apparaat dat zorgt voor een compatibele verbinding tussen twee apparaten.
Woordenlijst BIOS: Basic Input/Output System. De firmware die de gegevensstroom binnen de computer reguleert. Zie ook firmware. bit: afgeleid van "binary digit" (binair cijfer), de basiseenheid van informatie die de computer gebruikt. Een bit kan de waarde 0 of 1 hebben. Acht bits vormen samen één byte. Zie ook byte en megabyte. Bluetooth: Een radiotechnologie met een kort bereik die is ontworpen om draadloze communicatie tussen computers, communicatieapparatuur en internet te vereenvoudigen.
Woordenlijst CMOS: Complementary Metal-Oxide Semiconductor. Een elektronische schakeling die op een stukje silicone is aangebracht en die heel weinig stroom nodig heeft. Geïntegreerde schakelingen die compatibel zijn met de CMOS-technologie, kunnen dicht bijeen worden geplaatst en zijn uiterst betrouwbaar. COM1, COM2, COM3 en COM4: de namen voor de seriële en communicatiepoorten.
Woordenlijst dubbelklikken: het snel twee keer achter elkaar indrukken en loslaten van de primaire knop op het aanwijsapparaat zonder het te bewegen. In het Windows®-besturingssysteem verwijst dit naar de linkerknop op het aanwijsapparaat, tenzij anders aangegeven. DVD: een afzonderlijk digital versatile (of video) disc. Zie ook DVD-ROM. DVD-R (+R, -R): een Digital Versatile Disc-Recordable-schijf kan eenmaal worden beschreven en vele malen worden gelezen.
Woordenlijst formatteren: het proces waarmee een lege schijf wordt gereedgemaakt voor gegevensopslag. Bij het formatteren wordt de schijf voorzien van een structuur die het besturingssysteem nodig heeft om bestanden of programma’s naar de schijf te kunnen schrijven. functietoetsen: de toetsen F1 t/m F12 waarmee u de computer opdracht geeft bepaalde functies uit te voeren.
Woordenlijst I/O: Input/output. Heeft betrekking op gegevensoverdracht van en naar de computer. I/O-apparaten: apparaten die worden gebruikt om met de computer te communiceren en om gegevens van en naar de computer over te dragen. inschakelen: hiermee schakelt u een optie op de computer in. Zie ook uitschakelen. instructie: opdracht die aangeeft hoe een bepaalde taak moet worden uitgevoerd.
Woordenlijst L2 cache: cachegeheugen dat is geïnstalleerd op het moederbord om de processorsnelheid te verbeteren. Dit geheugen is langzamer dan L1 cache, maar sneller dan het hoofdgeheugen. Zie ook cachegeheugen, L1 cache. LAN: een groep computers of andere apparaten verspreid over een relatief kleine omgeving en verbonden door een communicatiekoppeling waarmee de apparaten over het netwerk met elkaar kunnen communiceren. Light Emitting Diode (LED): een lichtgevende diode.
Woordenlijst niet-vluchtig geheugen: geheugen dat permanent gegevens kan opslaan. De gegevens in het niet-vluchtige geheugen blijven bewaard wanneer de computer wordt uitgeschakeld. O OCR: Optical Character Recognition ofwel optische tekenherkenning. Een techniek waarbij tekens door middel van lichtgevoelige apparatuur worden geïdentificeerd en in de computer worden ingevoerd. onderdelen: de componenten van een systeem waaruit het geheel is opgebouwd.
Woordenlijst plug and play: Een capaciteit van Windows waarmee het systeem automatisch aansluitingen van externe apparaten kan herkennen en de nodige configuraties op de computer maakt. poort: de elektrische verbinding door middel waarvan de computer gegevens van en naar apparaten of andere computers ontvangt en verzendt. Power Saver: een TOSHIBA-hulpprogramma waarmee u de parameters voor diverse energiebesparingsfuncties kunt instellen.
Woordenlijst S S/P DIF: een standaard van een digitale interface voor audio. schijfopslag: het opslaan van gegevens op een magneetschijf. Gegevens worden in concentrische sporen vastgelegd, zoals op een grammofoonplaat. schijfstation: een apparaat dat informatie van een schijf naar het computergeheugen kopieert en vice versa. Het apparaat schrijft ook gegevens uit het geheugen naar de schijf. Hiertoe draait het apparaat de schijf op hoge snelheid langs een lees-/schrijfkop.
Woordenlijst systeemkaart: de belangrijkste printplaat in gegevensverwerkende apparatuur. Het moederbord bevat meestal geïntegreerde schakelingen die voorzien in de basisfuncties van de computer en aansluitingen voor het toevoegen van andere kaarten die speciale functies verrichten. systeemschijf: een diskette met besturingssysteembestanden die nodig zijn voor het opstarten van de computer. Elke diskette kan worden geformatteerd tot systeemschijf.
Woordenlijst V vaste schijf: een opslagapparaat bestaande uit een harde plaat of harde platen die magnetisch gecodeerd kan worden met gegevens. Vaste schijven bevatten veel meer informatie dan diskettes en worden gebruikt voor het langdurig opslaan van programma's en gegevens. De primaire (of enige) vaste schijf in een computer is gewoonlijk vast, maar sommige computers hebben secundaire vaste schijven die verwisselbaar zijn. Standaard heeft de vaste schijf de letter C.
Index Index A C Accu capaciteit controleren, 6-9 energiebesparingsmodus, 1-10 levensduur verlengen, 6-10 locatie, 2-6 opladen, 6-7 problemen, 9-5 RTC-batterij, 1-4, 6-4 typen, 6-3 voorzorgsmaatregelen, 6-5 Accu-eenheid, 1-4 extra, 8-10 vervangen, 6-11 ASCII-tekens, 5-7 Computer opnieuw opstarten, 3-9 Controlelijst van apparatuur, 1-1 B Beeldscherm, 1-5 automatisch uitschakelen, 1-9 controller, 1-5 helderheidsafname, 5-4 openen, 3-4 Beeldschermcontroller, B-1 Behandeling van discs/diskettes CD's/DVD's,
Index G M Geheugen, 1-3 uitbreiding, 1-15, 8-7 geheugen installeren, 8-7 verwijderen, 8-9 Geïntegreerde numerieke toetsen, 1-9, 5-5 inschakelen, 5-6 numerieke modus, 5-6 tijdelijk gewone toetsenbord gebruiken (geïntegreerde numerieke toetsen aan), 5-6 Geluidssysteem, 1-7, 4-26 hoofdtelefoonaansluiting, 1-7 microfoonaansluiting, 1-7 sneltoets voor dempen van geluid, 5-3 Grafische controller, 1-5 Modem, 1-7, 4-26 aansluiten, 4-28 menu met eigenschappen, 4-27 regioselectie, 4-26 verwijderen, 4-29 Monitor,
Index uitschakelen bij oververhitting, 9-4 USB, 9-12 vaste schijf, 9-8 voeding, 9-4 wisselstroom, 9-4 zelftest, 9-3 Processor, 1-2 S Schakelaar voor draadloze communicatie, 4-32 lampje, 4-32 Slaapstand instelling, 3-6 systeem automatisch, 1-9 Sleep Mode (Slaapstand), 1-10 Softkeys ScrLock, 5-3 toetsen emuleren op uitgebreid toetsenbord, 5-2 Spaarstanden, 6-13 Stroomvoorziening afsluitmodus (opstartmodus), 3-5 beeldscherm uit-/ inschakelen, 1-10, 6-14 omstandigheden, 6-1 systeem automatisch uit, 6-14 zuini