Form No. 3377-630 Rev A MH-400 Material Handler Modelnr.: 44930—Serienr.: 313000201 en hoger Modelnr.: 44931—Serienr.: 313000201 en hoger Modelnr.: 44933—Serienr.: 313000201 en hoger Modelnr.: 44934—Serienr.: 313000201 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
accessoires, om een dealer te vinden of om uw product te registreren. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen, zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Als u service, originele Toro-onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met de klantenservice van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden.
Inhoud Hydraulisch systeem ...............................................42 Banden verwisselen ................................................42 De sporing van de lopende band aanpassen ................42 De spanning van de lopende band aanpassen ..............43 De spanning van de lopende band aanpassen ..............43 De aandrijfketting van de lopende band afstellen.............................................................45 Onderhoud van de elektrische remmen......................
Veiligheid machine over vlak terrein trekken, maar niet op heuvelachtig terrein. Met vierwielaandrijving verbeteren de prestaties op heuvelachtig terrein. Onjuist gebruik of onderhoud door de gebruiker of eigenaar kan letsel veroorzaken. Om het risico op letsel te verminderen, dient u zich aan de volgende veiligheidsinstructies te houden en altijd op het veiligheidssymbool te letten, dat betekent VOORZICHTIG, WAARSCHUWING of GEVAAR – 'instructie voor persoonlijke veiligheid'.
• De bestuurder moet op de stoel blijven zitten als het • – Laat de machine niet onbeheerd achter terwijl deze in bedrijf is. voertuig in beweging is. Let goed op als u de machine gebruikt. Als het trekvoertuig niet veilig wordt gebruikt, kan dit leiden tot een ongeluk, omkantelen van het voertuig en ernstig lichamelijk of dodelijk letsel. Rij voorzichtig.
• Zorg ervoor dat de lopende band gecentreerd is. Als • • • • • • • • • • • • • • Om de voorste krik en de achterste kriksteun te u met de machine rijdt met de lopende band in de uitgeschoven stand, kunnen de bevestigingsbeugels van de optie en de zwenkset beschadigd raken. Niet rijden met de machine in de volledig omhooggebrachte stand. Dit vergroot het risico op omkantelen. Houd veilig de controle over de machine.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 119-6823 Uitsluitend SH-modellen 1. Richting lopende band omdraaien 2. Lopende band vooruit draaien 3. Hopper omlaag 119-6838 1. Risico om gegrepen te worden, riem – Blijf op afstand van bewegende delen; zorg dat alle beschermende delen op hun plaats zijn. 4. Hopper omhoog 5.
119-6833 1. Lees de Gebruikershandleiding. 2. Maximaal laadgewicht 5352 kg, gewicht voertuig 1361 kg, maximaal toelaatbaar totaalgewicht van voertuig 6713 kg. 119-6806 4. Waarschuwing - stop de motor, verwijder de contactsleutel en lees de Gebruikershandleiding voordat u onderhoudswerken uitvoert aan de machine. 5. Waarschuwing - geen passagiers op de machine. 1. Waarschuwing - Lees de Gebruikershandleiding. 2. Waarschuwing – Gebruik de machine uitsluitend als u hiervoor opgeleid bent. 3.
119-6835 119-6832 1. Lees de Gebruikershandleiding. 2. Krik niet opbergen op achterste kriksteun. 1. Snelheid lopende band instellen 2. Hopper omlaag brengen 3. Hopper omhoog brengen 4. Spinnersnelheid aanpassen 119-6869 1. Hoogte-instelling achterlaadklep 119-6822 1. Riem 2. Aan 3.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd.
Omschrijving Hoeveelheid Gebruik Gebruikershandleiding 1 Lezen voor gebruik. Onderdelencatalogus 1 Gebruiken om onderdelen op te zoeken. Conformiteitsverklaring 1 Bevestigingsklemmen 2 Gebruiken om werktuigen te bevestigen Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 4. Schuif de trekhaakkoppeling op zijn plaats aan de voorkant van de machine. Controleer of de montagebeugel van de krik naar buiten en naar de linkerkant wijst. 5.
2. Verwijder de bouten van 1/2 x 5–1/2 inch uit de montagebeugel met de gewichtsbehuizing. Gooi de montagebeugel weg (Figuur 5). 3 De spiegel afstellen Geen onderdelen vereist Procedure Stel de spiegel (Figuur 7) zo af dat de bestuurder de binnenkant van de hopper kan zien. Figuur 5 2. Montagebeugel gewichtsbehuizing 1. Gewichtsbehuizing 3. Plaats de gewichtsbehuizing zo ver mogelijk naar voren op de trekhaak. 4.
3. Bevestig de kabelboom van de SH-accu aan op de kabelboom van de solenoïdeklep die uit de bekleding van de slang steekt. De aansluiting bevindt zich bij de hydraulische slang die is aangesloten op het trekvoertuig. 4. Op SH-modellen: sluit de aan-/uit-bediening met het uiteinde met 4 tanden aan op het contactpunt op de linker voorhoek van de machine ((Figuur 9). Figuur 8 1. Druk in 2.
meegeleverd om de lengte van de kabelboom te veranderen (inkorten of verlengen). Verhit de krimpverbindingen tot ze strak om de draden zitten. Belangrijk: Als de kabelboom verlengd wordt, dient u ervoor te zorgen dat u het juiste draadkaliber gebruikt. 1. Bevestig de contrastekkerhouder achteraan het trekvoertuig met twee 5/16 x 1 inch schroeven en moeren. 2. Leid de connector van de kabelboom door de opening naar de houder.
de draadboom af van de remregelaar. Zo voorkomt u dat de accu leegloopt. • Sluit de andere draad met ringconnector, zonder zekering, aan op de minpool (-). 6 7 5 2 4 3 9 10 8 1 g021 113 Figuur 11 1. Pluspool (+) 6. Contrastekker 2. Minpool (-) 7. Stroomdraad 3. Zekering 8. Remregelaar 9. Voetregelaar 4. Kabelboom (+) 5. Kabelboom (–) 10. Slangklem 8. Bevestig de rubberen beschermkous aan de connector en de kabelboom met een kabelbinder. 7 9. Bevestig alle losse draden met kabelbinders.
wisselstroomdynamo en de accu kunnen leiden tot een onstabiele stroom naar de remmagneten. De remregelaar compenseert veranderingen in de belasting door het maximale koppel van de remmen te begrenzen. Dit gebeurt door de weerstand in de elektrische leiding van de regeling te verhogen/verlagen. Als u een aanhanger vervoert die geladen is tot de maximale capaciteit, dient de remregelaar ingesteld te zijn op maximale remming.
Algemeen overzicht van de machine Bedieningsorganen Hydraulische regelkleppen (SH-modellen) Figuur 15 1. Noodstopknop Draadloos bedieningspaneel (EH-modellen) Figuur 14 1 1. Richting van lopende band (linker regelklep) 2. De machine omhoog en omlaag brengen (middelste regelklep) 10 2 11 3. Opties in en uit schakelen (rechter regelklep) 3 4.
Specificaties Gebruiksaanwijzing Gewichten Model 44930 en 44933 1600 kg Model 44931 en 44934 1721 kg De MH-400 aansluiten op het trekvoertuig. 1. Sluit de trekhaak van de MH-400 aan op het trekvoertuig met behulp van een goedgekeurde veiligheidskoppelpen met een diameter van 25 mm en een veiligheidsklem (niet meegeleverd).
g01531 1 Figuur 19 1. SH voedingskabelboom 8. Koppel de krulkabel aan op het contactpunt van de machine en het trekvoertuig (Figuur 11). 9. Controleer het peil van de hydraulische vloeistof in de tank van het trekvoertuig. Indien nodig bijvullen. (Zie de gebruikershandleiding van het trekvoertuig). Figuur 17 1. Druk in 2. Retour uit 10. Test de hydrauliek voordat u de machine voor de eerste keer bedient.
Noodstopknop VOORZICHTIG Druk als u klaar bent met werken met de MH-400 altijd op de noodstopknop (zie Figuur 20) om het elektrische systeem uit te schakelen. Als u begint te werken met de MH-400 moet u de noodstopknop uittrekken voordat u het bedieningspaneel inschakelt. Als u geluid hoort in het hydraulische systeem van het trekvoertuig maar de bediening van de machine functioneert niet, dan zijn de slangen verkeerd om aangesloten en moeten deze worden omgedraaid.
Bedieningspaneel • Om de machine te laden, duwt u de hendel van u af. Hiermee wordt het materiaal via de lopende band naar de voorkant getransporteerd. 1 • Om de lopende band te stoppen, zet u de hendel in de 10 2 middelste stand. 11 Middelste klep 3 Met de middelste klep wordt de machine omhoog en omlaag gebracht. 4 ALL S TART S TART STOP 5 • Om de machine omhoog te brengen, trekt u de hendel ON/OFF naar achteren totdat de gewenste hoogte is bereikt. Laat daarna de hendel los.
Knopfuncties Knop Naam Primaire functie AAN/UIT De bediening in- en uitschakelen. ALLES STARTEN Hiermee kunt u zowel de lopende band als de optie bedienen: in -en uitschakelen en de snelheid instellen. LOPENDE BAND Hiermee kunt u de lopende band van de hopper bedienen: in- en uitschakelen en de snelheid instellen. STARTEN LOPENDE BAND Hiermee kunt u de lopende band stilzetten. STOPPEN VLOER LANGZAMER Hiermee kunt u de lopende band langzamer laten lopen.
Figuur 25 Figuur 23 1. Snelheid lopende band instellen 2. Hopper omlaag brengen 1. Noodstopknop Inschakelen 4. Spinnersnelheid aanpassen Om de hopper omhoog te brengen (Figuur 24), moet u de ring op het ventiel naar buiten trekken. Druk op de Aan-/uit-knop van het bedieningspaneel en wacht tot het de basis vindt. Zorg ervoor dat er geen knoppen worden ingedrukt terwijl het bedieningspaneel de opstartprocedure uitvoert.
• Werkvolgorde van de startknoppen op het bedieningspaneel: – Houd de knoppen ALLES STOPPEN Eenmaal drukken op een startknop (Alles starten, Lopende band starten of Optie starten) roept de instelling in het huidige werkgeheugen van het bedieningspaneel op. LANGZAMER tegelijk ingedrukt tot het gewenste contrast is bereikt op het display.
achtergrondverlichting, hoe meer energie er wordt verbruikt en hoe korter de levensduur van de batterijen. Opmerking: Er wordt aanbevolen altijd als het systeem in gebruik is reservebatterijen bij de hand te houden. Opmerking: Als de batterijen leeg beginnen te raken en het niveau de drempel van ongeveer 1,7 V bereikt, wordt op het display het bericht 'LOW BATTERY' (Batterij bijna leeg) weergegeven. Dit bericht wordt periodiek herhaald terwijl de eenheid in gebruik is.
Associatiemodus (associatie bedieningspaneel ↔ basiseenheid) aangepast met de knoppen voor het verhogen of verlagen van de snelheid van de lopende band, maar de werkelijke instelling bij de basiseenheid blijft UIT. Dit is handig om een gewenste instelling voor de snelheid van de lopende band vooraf in te stellen of een opgeslagen instelling te gebruiken zonder ongewenste bewegingen te veroorzaken.
Optie starten 3. Druk opnieuw op de knop LOPENDE BAND STARTEN om het commando te verzenden naar de basiseenheid. Nadat OPTIE STARTEN voor het eerst is ingedrukt (terwijl de optie niet werkt), wordt op het bedieningspaneel de opgeslagen instelling getoond en gedurende deze periode wordt het commando UIT doorlopend verzonden naar de basiseenheid om ervoor te zorgen dat de optie uit blijft staan.
1. Druk op de knop OPTIE STARTEN voorbeeldwaarde wordt weergegeven. afzonderlijk commando met OPTIE STARTEN en eenmaal in het geval van een gecombineerde actie . De 2. Pas het commando aan met behulp van de knoppen OPTIE SNELLER met ALLES STARTEN hetzelfde getal. of OPTIE LANGZAMER Alles starten tot de gewenste snelheid op het LCD-display wordt weergegeven.
ALLES STARTEN 3. Druk opnieuw op de knop OPTIE STARTEN om het commando te verzenden naar de basiseenheid. of LOPENDE BAND STARTEN opnieuw wordt ingedrukt terwijl de band loopt. De opgeslagen waarde wordt daarna elke keer gebruikt als de . 4. Druk nogmaals op de knop OPTIE STARTEN Het nieuw opgeslagen commando wordt bevestigd door het bericht 'OPTION STORE' (Optie opslaan) op het LCD-scherm. Deze waarde wordt gebruikt of LOPENDE BAND knop ALLES STARTEN STARTEN wordt ingedrukt. De waarde veranderen 1.
De snelheidsinstelling voor 'Alles starten' (ALLES OPSLAAN) opslaan of veranderen 3. Houd de knop OPSLAAN ingedrukt en druk vervolgens op de knop VOORINSTELLING (1, 2 of 3). Opmerking: Als u OPSLAAN ingedrukt houdt en op een voorinstellingsknop drukt terwijl de lopende band of de optie is uitgeschakeld, wordt er geen nieuwe waarde opgeslagen, de voorinstelling houdt de eerder opgeslagen waarde.
door het materiaal op de lopende band te plaatsen en het hydraulische systeem in te stellen op de laadstand. Mogelijk moet u de achterklep verwijderen om de toegang te vergemakkelijken. Als u zakken met materiaal gebruikt, leeg dan de zakken in de emmer voordat u het materiaal in de hopper laadt. Verdeel de lading gelijkmatig voor betere stabiliteit, zowel van voor naar achter als van links naar rechts.
draai dan de vergrendelringen een paar slagen aan in de klemmen totdat de dubbele spinner goed vast zit. 2. Breng de veiligheidsvergrendeling en vervolgens de klemhendels van de optiebevestiging omhoog en maak de vergrendelringen los van de vergrendelpennen (Figuur 29). Belangrijk: Draai de klemmen niet te vast. Hierdoor kunnen de randen van de dubbele spinner verbuigen. 3. Schuif de klemconstructie van de achterste optiebevestiging uit de snelkoppelsleuven (Figuur 29). 7.
Hydraulische slangen aansluiten • Houd de mannelijke connector stevig op zijn plaats en laat de buitenste mof van de vrouwelijke connector los. WAARSCHUWING • Controleer of de connectoren er helemaal in geduwd zijn en goed op hun plaats zijn vergrendeld. Zorg ervoor dat het trekvoertuig is uitgeschakeld voordat u de hydrauliek gaat aansluiten, zodat de dwarstransporteur/zwenkset niet onbedoeld kan inschakelen.
De stand van de loszone instellen Opmerking: In dit voorbeeld wordt er een percentage van 50 procent ingesteld, passend bij het gele spreidpatroon dat eerder werd geselecteerd. 1. Draai de handgreep aan beide zijden van de dubbele spinner los (Figuur 32). De snelheid van de hopperklep en de lopende band instellen MH-400 SH-modellen Draai de krukas om de opening in te stellen tot de pijl naar het midden van het GELE gebied (nummer 3) wijst (Figuur 34).
Opmerking: Breng bij het rijden over oneffen terrein de machine omhoog tot de maximale veilige transportstand. Hierdoor is de afstand tussen de grond en de dubbele spinner wat groter. WAARSCHUWING Kijk tijdens het verstrooien uit voor mensen en obstakels. De dubbele spinner kan met grote snelheid materiaal uitwerpen tot wel 12 m ver. Belangrijk: Als u wel rijdt maar niet strooit, breng de machine dan omhoog tot de maximale veilige transportzone en schakel de dubbele spinner uit (Figuur 35).
Opmerking: De MH-400 is uitgerust met snelkoppelklemmen. Gebruik deze klemmen om de dwarstransporteur/zwenkset op de MH-400 te monteren. 1. Plaats de dwarstransporteur/zwenkset zo, dat de twee montagebeugels van de zwenkset naar achteren wijzen (weg van de MH-400). 2. Controleer of de dwarstransporteur/zwenkset is gecentreerd tussen de montagebeugels en of de motor aan dezelfde kant uitsteekt als de bedieningshendels op de MH-400. 3.
Hydraulische slangen aansluiten • Houd de mannelijke connector stevig op zijn plaats en laat de buitenste mof van de vrouwelijke connector los. WAARSCHUWING • Controleer of de connectoren er helemaal in geduwd zijn en goed op hun plaats zijn vergrendeld. Zorg ervoor dat het trekvoertuig is uitgeschakeld voordat u de hydrauliek gaat aansluiten, zodat de dwarstransporteur/zwenkset niet onbedoeld kan inschakelen.
Opmerking: Breng de hopper altijd omlaag voordat u de lopende band afstelt. Als u dit niet doet, blijft de lopende band onder een hoek staan. 6. Op SH-modellen: pas de snelheid van de dwarse lopende band aan met de hydraulische hendel rechts. Op EH-modellen: pas de snelheid van de dwarstransporteur aan met de afstandbediening. Figuur 39 1. Uitgeschoven stand tijdens bedrijf 5. Vergrendelpen zwenkset 2. Middelste stand tijdens transport 6. Verwijder de geleider of klap deze omhoog 3.
Figuur 40 1. 1. Hydraulische bediening 2. 3.
Onderhoud 2. Pomp vet in het lager of de lagerbus. 3. Veeg overtollig vet af. Vooronderhoudsprocedures Hieronder ziet u de smeerpunten voor de lagers en bussen: WAARSCHUWING Koppel alle vermogensbronnen los van de machine voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. WAARSCHUWING Plaats de hydraulische cilindersteunen voordat u onderhoudswerkzaamheden onder de hopper uitvoert (Figuur 41). Figuur 42 Figuur 41 Figuur 43 1.
Achterklep • Controleer of de achterklep goed sluit en vergrendelt. • Controleer of het verstelbare gedeelte van de achterklep soepel open en dicht gaat. Trekhaak, krik en achterste kriksteun • Controleer of de koppelpen, krik en kriksteun niet • • Figuur 44 beschadigd zijn en of de veiligheidspennen op hun plaats zitten. (Vervang de veiligheidspennen als deze beschadigd zijn of ontbreken). Controleer of de trekhaakaansluitingen niet los zitten.
Elektrische remmen 5. Krik de machine op of breng deze omhoog tot de band vrijkomt van de grond. Controleer of machine de stabiel is. • Voer eenmaal per maand een eenvoudige visuele inspectie van de remschoenen en remvoeringen uit. 6. Verwijder de losse wielbouten en verwijder de band. • Voer eenmaal per jaar controle en onderhoud uit van de 7. Repareer de lekke band. elektrische remmen. 8. Plaats de band terug op de door bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
4. Laad de machine met materiaal en laat de lading lopen totdat de lopende band leeg is. Herhaal dit enkele keren. 1. Parkeer de MH-400 op een horizontaal oppervlak met de achterklep en de toevoer-opening minimaal 6,25 mm boven de grond (afhankelijk van het materiaal). 5. Stop de band en ga naar de achterkant van de machine om het resultaat te bekijken. 2. Laad de machine volledig met het soort zand waarmee u de MH-400 gaat gebruiken.
2. Verwijder de geleiders (met de metalen rails) van de binnenste rubberen voering van de voorkant en beide zijkanten van de hopper. 3. Verwijder de siliconen afdichting van de metalen rails (maar vergeet niet deze weer aan te brengen bij het hermonteren). 4. Gebruik bij beide voorste hoeken twee momentsleutels om het uiteinde van de spanstang stil te houden. 5. Draai de moer los die zich het dichtst bij het uiteinde van de spanstang bevindt. Figuur 47 1. Bevestigingsbeugel voor opties 6.
De aandrijfketting van de lopende band afstellen Als de aandrijfketting van de lopende band los zit, moet deze worden afgesteld (Figuur 50). 1. Schakel het trekvoertuig uit en stel de parkeerrem in werking. 2. Verwijder de bescherming van de achterste aandrijving van de lopende band. 3. Draai de bout los die door het kettingwiel van de spanner steekt. 4. Draai de positieve vergrendelschroef met gemiddelde kracht vast. 5. Draai de bout van het kettingwiel van de spanner vast. Figuur 49 6.
De remschoenen en voeringen controleren Onderhoud van de elektrische remmen Voer eenmaal per maand een eenvoudige visuele inspectie van de remschoenen en remvoeringen uit. De elektrische remmen controleren Als een remschoen versleten is, vervang dan beide remschoenen van elke rem en beide remmen op dezelfde as. Dit zorgt ervoor dat de remmen uitgebalanceerd blijven. Voer eenmaal per maand een eenvoudige visuele inspectie van de remschoenen en remvoeringen uit.
Stalling • de ankerpen van de rem • het lager en de pen van de arm Ga als volgt te werk voordat u de machine lange tijd gaat stallen: • de gebieden op de ankerplaat die contact maken met de remschoenen en de magneetarm • het blok op de arm 1. Reinig de machine grondig. Indien nodig onderdelen verwijderen. Belangrijk: Laat het smeervet niet in contact komen met de remvoeringen, trommels of magneten. 2. Verwijder het draadloze bedieningpaneel. Verwijder ook de batterijen uit het bedieningspaneel.
Problemen, oorzaak en remedie Problemen met de basiseenheid oplossen Problemen Vermogens-LED brandt niet • +12 tot +14,4 V ingangsvermogen aanwezig? • Controleer de polariteit van het ingangsvermogen. Vermogens-LED rood of groen Wijst op een interne storing aan een onderdeel. TX/RX niet actief •Controleer op obstakels die de zichtlijn op de transmissie blokkeren. •Controleer of het bedieningspaneel actief is. •Verbind het bedieningspaneel opnieuw met de basiseenheid.
SOFTWARE VER XX Softwareversie van SmaRT-systeem. BAT XX% BUMPS XX Resterende levensduur batterijen in procenten. Aantal berichten dat de basiseenheid per seconde ontvangt. CHANNEL X Kanaal dat momenteel wordt gebruikt door het SmaRT-systeem (in GHz). HHELD ID XXXXXX Identiteitsnummer van het bedieningspaneel als hexadecimale waarde. BUINT ID XXXXXX Identiteitsnummer van de basiseenheid als hexadecimale waarde. MODEL PP180 Het model van de PP180. MODEL MH400 Het model van de MH400.
Schema's Elektrisch schema - EH-modellen (Rev.
Elektrisch schema - SH-modellen (Rev.
Hydraulisch schema - EH-modellen (Rev.
Hydraulisch schema - SH-modellen (Rev.
Opmerkingen: 54
Opmerkingen: 55
De Toro Total Coverage-garantie Beperkte garantie Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro-product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.