Form No. 3412-305 Rev A Ruwterreinmaaier Modelnr.: 23522—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 33522—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden. Figuur 1 geeft de plaats van het modelnummer en het serienummer van het product aan. U kunt de nummers noteren in de ruimte hieronder. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring.
Inhoud Controleren op kromme messen...............................28 Het maaimes verwijderen ........................................28 Het maaimes slijpen................................................29 Het maaimes monteren ...........................................29 Reiniging ..................................................................30 Vuil van de machine verwijderen...............................30 Stalling ........................................................................
Veiligheid Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm 12733. Algemene veiligheid Dit product kan handen of voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen. Volg altijd alle veiligheidsinstructies op om ernstig letsel te voorkomen. Gebruik van dit product voor andere doeleinden dan deze kan gevaarlijk zijn voor u of omstanders. • Lees de Gebruikershandleiding en verzeker dat u deze begrijpt voordat u de motor start. • Houd uw handen en voeten uit de buurt van bewegende onderdelen van de machine.
Hellingsindicator G011841 g011841 Figuur 3 U mag deze pagina voor eigen gebruik kopiëren. 1. De maximale hellingsgraad waarop u de maaier veilig kunt gebruiken is 15 graden. Bepaal voordat u gaat maaien de hellingsgraad met behulp van de hellingstabel. Gebruik de maaimachine niet op hellingen van meer dan 15 graden. Vouw over de lijn die overeenkomt met de aangeraden helling. 2. Houd deze rand naast een verticaal oppervlak zoals een boom, een gebouw, een paal of dergelijke. 3.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. decal93-7814 93-7814 1. Risico om gegrepen te worden, riem – Blijf op afstand van bewegende delen; zorg dat alle beschermende delen op hun plaats zijn. decal136-4635 136-4635 decal115-9625 115-9625 1. Parkeerrem – buiten werking 2.
decal132-4005 132-4005 1. Bediening maaimes 2. Choke 3. Hoog toerental 4. Laag toerental 5. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 6. Waarschuwing — Gebruikers dienen een opleiding te krijgen voordat ze de machine gaan bedienen. 11. Waarschuwing — Schakel de motor uit, koppel de bougie af en lees de Gebruikershandleiding voordat u onderhoud uitvoert. 7. Risico geworpen voorwerp — Schakel 12. Waarschuwing - Gehoorbescherming de motor uit en raap afval op is verplicht. voorafgaand aan gebruik.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 Kabelklemband Handgreepbout Moer (5/16") Bout met sleufkop (nr. 10) Borgmoer (nr. 10) 1 4 4 2 2 De handgreep bevestigen. 2 Geen onderdelen vereist – Maak de minkabel van de accu vast. 1 De handgreep bevestigen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Kabelklemband 4 Handgreepbout 4 Moer (5/16") 2 Bout met sleufkop (nr. 10) 2 Borgmoer (nr.
2. Sluit de minkabel aan op de minpool (-) van de accu; gebruik hierbij de bout en de moer die aan de kabel zitten (Figuur 6). g195541 g195546 Figuur 5 1. Buis voor Gebruikershandleiding 4. Bout met sleufkop (2) 2. Klem (2) 5. Kabelbinder 3. Gaskabel 6. Borgmoer (2) Figuur 6 1. Minkabel van de accu 2. Bout en moer 3. Schuif de klemmen op de buis voor de Gebruikershandleiding en monteer deze bovenop de onderste handgreep; gebruik hierbij 2 bouten met sleufkop en 2 borgmoeren (Figuur 5).
Algemeen overzicht van de machine g186623 Figuur 7 1. Voorstang 4. Rechterhandgreep en tractiebediening 7. Dop van brandstoftank 2. Maaidek 5. Bedieningspaneel 8. Brandstofklep 3. Motorinrichting 6. Linkerhandgreep en meskoppeling 9. Parkeerrem 10. Omloophendel Bedieningsorganen Zorg dat u vertrouwd bent met al de bedieningsorganen voordat u de motor start en de machine gebruikt (Figuur 7 en Figuur 8). g186771 Figuur 8 1. Meskoppeling 3. Gas-/chokehendel 5. Rechterhandgreep 7.
Meskoppeling Gebruik de meskoppeling om het maaimes in en uit te schakelen. Contactschakelaar De contactschakelaar heeft 3 standen: UIT, DRAAIEN en START. Als u het contactsleuteltje naar START draait en loslaat, zal het zelf naar LOPEN draaien.
Aanbevolen brandstof Gebruiksaanwijzing • Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend schone, verse Voor gebruik (minder dan 30 dagen oud), loodvrije benzine met een octaangetal van 87 of hoger (indelingsmethode (R+M)/2). Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. • Ethanol: Benzine met maximaal 10% ethanol (gasohol) of 15% MTBE (methyl-tertiair-butylether) per volume is aanvaardbaar. Ethanol en MTBE zijn niet hetzelfde.
De brandstoftank vullen gehoorbescherming. Bind lang haar vast, steek losse kledingstukken goed vast en draag geen juwelen. 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en schakel de motor uit. • Gebruik de machine niet als u ziek of moe bent of onder de invloed van alcohol of drugs bent. 2. Laat de motor afkoelen. • Het maaimes is scherp, contact met het maaimes kan 3. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder deze (Figuur 7). ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
De contactschakelaar bedienen Druk de duimhendel naar beneden en beweeg de tractiebediening weg van de handgreep om de machine naar achteren te rijden (Figuur 13). 1. Draai het contactsleuteltje naar de stand START (Figuur 13). Hoe verder u de tractiebediening in een van beide richtingen beweegt, des te sneller zal de machine in de gewenste richting rijden. Opmerking: Laat het sleuteltje los zodra de motor aanslaat. Laat de tractiebediening los om de tractieaandrijving uit te schakelen.
3. Zet de omloophendel naar buiten door het sleutelgat en dan naar beneden om de hendel vast te zetten. 4. Schakel de parkeerrem uit. 5. Verplaats de machine zoals gewenst. 6. Stel de parkeerrem in werking. 7. Beweeg de omloophendel naar boven en vervolgens naar binnen door het sleutelgat om de omloop uit te schakelen.
g188889 Figuur 17 1. Bindoog links 2.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 5 bedrijfsuren • Motorolie verversen en filter vervangen. Bij elk gebruik of dagelijks • • • • • • Schuimelement en papierelement van luchtfilter reinigen en controleren. Het motoroliepeil controleren. Controleer de conditie van de banden. Het luchtinlaatrooster van de motor reinigen. Het maaimes controleren.
Onderhoud motor Veiligheid van de motor U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil controleert of het carter bijvult met olie. Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Schuimelement en papierelement van luchtfilter reinigen en controleren. g037326 Figuur 19 Om de 50 bedrijfsuren—Schuim- en papierelement van luchtfilter vervangen. 1. Schuimelement 2.
Schuimelement en papierelement installeren 1. Parkeer de machine op een gelijke ondergrond, zet de motor af, wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen en verwijder het sleuteltje uit de contactschakelaar voordat u de bestuurderspositie verlaat. 2. Het motoroliepeil controleren (Figuur 21). Belangrijk: Laat de motor nooit lopen zonder dat het complete luchtfilter met schuim- en papierelement gemonteerd is, daar anders de motor kan worden beschadigd. 1.
stilstand zijn gekomen en verwijder het sleuteltje uit de contactschakelaar voordat u de bestuurderspositie verlaat. A B C D E F 2. Laat de olie uit de motor lopen (Figuur 22). A C B D 3/4 E g027477 F g027477 Figuur 23 4. Giet ongeveer 80% van de gespecificeerde hoeveelheid olie langzaam in de vulbuis(Figuur 24). 5. Laat de olie 3 tot 5 minuten in de motor zakken en controleer dan het oliepeil (Figuur 24). G H g029369 g029369 Figuur 22 3.
A B A B g027478 C g027478 D Figuur 25 Bougie controleren E Belangrijk: Bougie(s) nooit schoonmaken. Verwijder een bougie altijd als deze: een zwarte laag heeft, als de elektroden versleten zijn, als er een vettige laag op ligt of als de bougie scheuren vertoont. F Opmerking: Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor naar behoren. Een zwarte laag op de isolator duidt meestal op een vuil luchtfilter. Stel de elektrodenafstand in op 0,76 mm. g027484 g027484 A Figuur 24 B 6.
Onderhoud brandstofsysteem GEVAAR In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van benzine kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Verricht onderhoudswerkzaamheden in verband met het brandstofsysteem als de motor koud is. Doe dit buiten op een open terrein. Eventueel gemorste benzine opnemen.
Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine g186943 verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool. Bevestig eerst de pluspool van de accu en daarna de minpool. • Laad de accu op in een open, goed geventileerde ruimte, uit de buurt van vonken en open vuur. Haal de oplader uit het stopcontact voordat u de accu aan- of loskoppelt. Draag beschermende kleding en gebruik geïsoleerd gereedschap.
3. Zodra de accu volledig is opgeladen, haalt u de acculader uit het stopcontact en maakt u vervolgens de oplaadkabels los van de accuklemmen (Figuur 30). WAARSCHUWING Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen, waardoor lichamelijk letsel kan ontstaan. • Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
Onderhoud aandrijfsysteem Onderhoud koelsysteem Bandenspanning controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Het luchtinlaatrooster van de motor reinigen. Motorscherm reinigen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Met het oog op een goede koeling moet u het luchtinlaatrooster, de koelribben en andere buitenvlakken van de motor te allen tijde schoon houden. Om de 25 bedrijfsuren—Bandenspanning controleren. Zorg ervoor dat de bandenspanning volgens specificatie is.
Drijfriem van maaidek vervangen Onderhoud riemen Riemen controleren 1. Parkeer de maaimachine op een gelijke ondergrond, schakel het mes uit en stel de parkeerrem in werking. Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren—De riemen op slijtage/scheurtjes controleren. 2. Draai het contactsleuteltje naar UIT, verwijder het sleuteltje en maak de bougiekabel los van de bougie. Controleer de riemen op scheuren, gerafelde randen, schroeiplekken of andere schade. Vervang beschadigde riemen. 3.
Onderhoud van de maaimachine Om een goed maairesultaat te verkrijgen, moet u het maaimes scherp houden. Om het slijpen en vervangen te vergemakkelijken, is het handig extra messen in voorraad te hebben. Veiligheid van de messen Een versleten of beschadigd mes kan breken en een stuk van het mes kan worden uitgeworpen in de richting van de gebruiker of omstanders en zo ernstig lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen.
Het maaimes verwijderen Vervang het maaimes als het een vast voorwerp raakt en als het uit balans of krom is. Om de beste prestaties te verkrijgen en er zeker van te zijn dat de machine altijd veilig kan worden gebruikt, moet u ter vervanging uitsluitend originele Toro-messen gebruiken. Gebruik ter vervanging nooit messen van andere fabrikanten omdat dit in strijd kan zijn met de veiligheidsnormen. g189020 Figuur 36 1. Snijrand 3. Scheur 2.
Enkel rechte maaimessen 2. Enkel voor rechte maaimessen: controleer de balans van het mes met een mesbalans (Figuur 41). 1. Pak het uiteinde van het mes vast met een doek of een dikke handschoen. Als het mes niet in balans is, moet u wat materiaal van het mes afvijlen. Dit mag enkel aan de achterkant van het mes (tegenover de snijrand) (Figuur 38). 2. Verwijder de mesbout, de klemring en het mes van de houder van de as (Figuur 39). Herhaal dit indien nodig totdat het mes in balans is.
Reiniging Stalling Vuil van de machine verwijderen De machine stallen Wanneer de machine langer dan 30 dagen niet wordt gebruikt, moet ze als volgt worden voorbereid op stalling: Regelmatig reinigen verlengt de levensduur van de machine. Reinig de machine onmiddellijk na gebruik. 1. Parkeer de maaimachine op een gelijke ondergrond, schakel het mes uit en stel de parkeerrem in werking.
15. Werk alle krassen en beschadigingen van de lak bij. Bijwerklak is verkrijgbaar bij een erkende servicedealer. 16. Stal de eenheid in een schone, droge garage of opslagruimte. 17. Dek de eenheid af om deze te beschermen en schoon te houden.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak De motor raakt oververhit. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het oliepeil in het carter is te laag. 3. De koelribben en luchtkanalen onder de ventilatorbehuizing van de motor zijn verstopt. 4. Het luchtfilter is vuil. 2. Het carter bijvullen met olie. 3. De koelribben en luchtkanalen ontstoppen. 5. Vuil, water of oude brandstof in het brandstofsysteem. De startmotor slaat niet aan.
Probleem De machine trilt abnormaal. Mogelijke oorzaak 1. De bevestigingsbouten van de motor zitten los. 1. De bevestigingsbouten van de motor vastdraaien. 2. De motorpoelie, spanpoelie of mespoelie zit los. 3. De motorpoelie is beschadigd. 2. Desbetreffende poelie vastzetten. 4. Het maaimes (de maaimessen) is (zijn) verbogen of niet in balans. 5. Een bevestigingsbout van een maaimes zit los. 6. Mesas verbogen. De maaihoogte is ongelijk. De maaiprestaties zijn ondermaats. 5.
Opmerkingen:
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
Gazonverbetering Toro Garantie Beperkte garantie (zie onderstaande garantieperiodes) Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt Op basis van een onderlinge overeenkomt geven de Toro Company en de verbonden onderneming Toro Warranty Company gezamenlijk de garantie dat de onderstaande Toro producten geen tekortkomingen hebben wat betreft materiaal of productie. Deze garantie dekt de kosten van onderdelen en arbeid, maar de transportkosten zijn voor rekening van de klant.