Form No. 3419-542 Rev C Workman® GTX elektrisch terreinvoertuig met verlengd chassis Modelnr.: 07043EX—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. krijgen tot de garantie, onderdelen en andere productinformatie. WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Het netsnoer van dit product bevat lood, een stof waarvan bekend is dat deze kanker, geboorteafwijkingen of andere schade aan de voortplantingsorganen kan veroorzaken. Was altijd uw handen nadat u met deze onderdelen in aanraking bent geweest.
Inhoud Zekeringen vervangen...................................... 35 Onderhoud van de koplampen.......................... 36 Onderhoud aandrijfsysteem ................................ 38 Onderhoud van de banden ............................... 38 De onderdelen van de stuurinrichting en ophanging controleren .................................. 38 De uitlijning van de voorwielen afstellen ............ 38 Het peil van de transaxlevloeistof controleren....................................................
Veiligheid Onjuist gebruik of onderhoud door de gebruiker of eigenaar kan letsel veroorzaken. Om het risico op letsel te verkleinen, dient u zich aan de volgende veiligheidsinstructies te houden en altijd op het veiligheidssymbool (Figuur 2) te letten, dat betekent: Voorzichtig, Waarschuwing of Gevaar – instructie voor persoonlijke veiligheid. Niet-naleving van de instructie kan leiden tot lichamelijk of dodelijk letsel. Deze machine werd ontworpen in overeenstemming met de vereisten van SAE J2258.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. decal115-7739 115-7739 1. Kans op vallen, pletgevaar – Het is niet toegestaan passagiers te vervoeren. decal99-7345 99-7345 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 2. Heet oppervlak/gevaar voor brandwonden – Blijf op een veilige afstand van het hete oppervlak.
decal131-8414 131-8414 decal131-8412 131-8412 1. Claxon 2. Vooruit 3. Neutraalstand 5. Uit 6. Aan 7. Inschakelen – 1) Ga op de bestuurdersstoel zitten; 2) Schakel de parkeerrem uit; 3) Draai de contactschakelaar naar de start-stand; 4) Trap het pedaal in. 4. Achteruit 8. Uitschakelen – 1) Laat het pedaal opkomen; 2) Stel de parkeerrem in werking; 3) Draai de contactschakelaar naar de stop-stand; 4) Neem het sleuteltje uit het contact. 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 3.
decal131-8527 131-8527 1. Prestatiemodus 2. Ecomodus decal131-8495 131-8495 1. De accu is leeg. 3. De accu is opgeladen. 2. De accu is bijna opgeladen. 4. Laderfout; raadpleeg de handleiding van de lader voor de foutcodes. decal131-8551 131-8551 1. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. 3. Optionele hefset (15 A) 2. Claxon (30 A) 4. Hoofdvoeding (10 A) 200 LBS 91 KG 1500 LBS 680 KG decal131-8506 131-8506 1. Ononderbroken licht – eenheid is klaar voor gebruik.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 Stuurwiel Stuurwieldop Ring (½") Stofkap 1 1 1 1 Het stuurwiel monteren (uitsluitend internationale modellen). 2 Geen onderdelen vereist – Het peil van de vloeistoffen en de druk in de banden controleren. 3 Geen onderdelen vereist – De remmen gebruiksklaar maken (inrijden).
2 4 Het peil van de vloeistoffen en de druk in de banden controleren De handleiding lezen en de documentatie in verband met de uitrusting van de machine bekijken Geen onderdelen vereist Benodigde onderdelen voor deze stap: Procedure 1 Gebruikershandleiding 1 Gebruikershandleiding van de motor 1 Registratiekaart Controleer of de accu's opgeladen zijn; zie Accu's opladen (bladz. 32). 1 Inspectieformulier 1 Kwaliteitscertificaat 3.
Algemeen overzicht van de machine Bedieningsorganen Schakelbord g034161 Figuur 4 1. Lichtschakelaar 2. Urenteller 7. Parkeerremhendel 8. Rempedaal 3. Accu-ontladingsindicator 9. Gaspedaal 4. Claxonknop (uitsluitend internationale modellen) 10. Usb-aansluitpunt 5. Schakelhendel 6. Contactschakelaar 11. Statusindicatorlicht Gaspedaal Rempedaal Gebruik het gaspedaal (Figuur 4) om de rijsnelheid van de machine te veranderen. Als u het gaspedaal intrapt, start u de machine.
Parkeerremhendel Richtingschakelaar De parkeerremhendel bevindt zich op het bedieningspaneel (Figuur 4). De richtingschakelaar bevindt zich links van de parkeerremhendel. De parkeerremhendel heeft 3 standen: VOORUIT, ACHTERUIT en NEUTRAAL (Figuur 4). Als u de motor afzet, moet u de parkeerrem in werking stellen om te voorkomen dat de machine per ongeluk in beweging komt. Als u de machine op een steile helling parkeert, moet u de parkeerrem in werking stellen.
Belangrijk: Wanneer u het USB-aansluitpunt niet gebruikt, breng dan de rubberen plug aan om te voorkomen dat het aansluitpunt beschadigd raakt. Als het licht blijft branden, is de machine klaar voor normaal gebruik. Als het licht knippert, is er een probleem dat opgelost dient te worden voordat u de machine normaal kunt gebruiken. Contactschakelaar Als het statusindicatorlicht 2 keer knippert, is de parkeerrem ingeschakeld terwijl de richtingschakelaar in VOORUIT of ACHTERUIT staat.
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Gebruiksaanwijzing • Gebruik een lagere bandenspanning voor lichtere ladingen, voor minder bodemcompactie, voor een soepeler rijgedrag en voor minder bandensporen op de grond. Voor gebruik • Gebruik een hogere bandenspanning om Veiligheidsinstructies voorafgaand aan het werk zwaardere ladingen met hogere snelheid te transporteren. 2. Algemene veiligheid Indien nodig dient u de luchtdruk in de banden aan te passen door lucht in de banden te pompen of deze af te laten.
bijvult voordat deze volledig opgeladen is, kan het accuzuur overstromen en uit de ontluchting lekken. chemische reactie omgekeerd, waardoor de accu opnieuw stroom produceert. Een accu is onderhevig aan slijtage en heeft een beperkte levensduur (Figuur 10). Een nieuwe accu heeft een inrijperiode nodig om een efficiënte stroomproductie op gang te brengen. Deze inrijperiode moet gewoonlijk 100 tot 150 ontlaad-/laadcycli omvatten.
• Tijdens de eerste uren van de inrijperiode van • • een nieuwe machine moet u krachtig remmen vermijden. Nieuwe remvoeringen leveren pas na enkele bedrijfsuren optimale prestaties doordat de remmen dan als gevolg van het gebruik zijn gepolijst (ingereden). Zie het hoofdstuk Onderhoud (bladz. 23) voor bijzondere controles op rustige momenten. Controleer de stand van de voorwielophanging en stel af indien nodig. Tijdens gebruik Veiligheid tijdens het werk g192309 Figuur 12 Algemene veiligheid 1.
• Raak de motor niet aan als de motor loopt of direct voorziene handgrepen gebruiken. Houd uw armen en benen te allen tijde binnen de machine. nadat u de motor hebt afgezet. Deze onderdelen kunnen heet zijn en brandwonden veroorzaken. • Bedien de machine uitsluitend wanneer de • U mag een machine met draaiende motor niet zichtbaarheid goed is. Kijk uit voor gaten, geulen, hobbels, stenen of andere verborgen objecten. De machine kan omslaan op oneffenheden in het terrein.
• • • • • • • • De laadbak gebruiken hellingen. Gebruik altijd uw gezond verstand en uw beoordelingsvermogen wanneer u dit onderzoek uitvoert. Als u zich ongemakkelijk voelt wanneer u de machine op een helling gebruikt, maai die helling dan niet. Voer alle bewegingen op hellingen langzaam en geleidelijk uit. Verander niet plots de snelheid of rijrichting van de machine. Gebruik de machine niet op een nat terrein. Wielen kunnen grip verliezen. De machine kan omrollen voordat de wielen grip verliezen.
1. Til de laadbak licht omhoog door de grendelhandgreep omhoog te brengen (Figuur 13). 2. Neem de steunstang uit de palopening (Figuur 14). 3. Laat de bak neer tot hij stevig vergrendeld is. De achterlaadklep openen g034019 1. Zorg dat de laadbak omlaag en vergrendeld is. 2. Breng de achterlaadklep met beide handen omhoog; gebruik de nok bovenaan de achterlaadklep (Figuur 15). 3. Laat de achterlaadklep zakken tot deze gelijk komt met de onderkant van de laadbak (Figuur 15). Figuur 13 1.
g034545 Figuur 17 g034023 Figuur 16 1. Ontvanger 1. Beweeg de achterlaadklep 3. Hengsels enkele keren heen en weer. 2. Draai de achterlaadklep ongeveer in de 45°-stand. 3. Beweeg de achterlaadklep enkele keren heen en weer met korte, schokkende bewegingen (Figuur 16). 2. 'T'-hendel 2. Breng uw accessoire aan in de houder en zorg dat de gaten overeenkomen (Figuur 17). 3. Bevestig het gemonteerde accessoire aan de bevestigingsbuis met de gaffelpen en de haarspeldveer. 4.
De laadbak laden Raadpleeg de volgende tabel voor de maximale belading met verschillende materialen.
VOORZICHTIG WAARSCHUWING Losse stoelen kunnen van de machine en de aanhangwagen vallen tijdens het transport van de machine, en de stoelen kunnen op een andere machine terechtkomen de weg versperren. Als u de machine bij een te hoge snelheid sleept, kunt u de controle over het stuur verliezen. Dit kan letsel veroorzaken. Sleep de machine nooit sneller dan 8 km per uur. Verwijder de stoelen of zet de stoelen stevig vast in de koppeling van het stoelscherm.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrisch schema gratis op www.Toro.com. U kunt uw machine zoeken via de link 'Handleidingen'. WAARSCHUWING Als u de machine niet goed onderhoudt, kunnen systemen van de machine voortijdig defect raken en u of omstanders mogelijk letsel toebrengen. U moet de machine goed onderhouden en in goede staat houden volgens deze instructies.
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerde item Voor week van: maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag Werking van rem en parkeerrem controleren. Werking van schakelinrichting/neutraalstand controleren. Het waterpeil van de accu's controleren. Remvloeistofpeil controleren. Controleren op ongewone geluiden tijdens het gebruik. Bandenspanning controleren. Controleren op lekkages.
Procedures voorafgaande aan onderhoud • Als u de motor moet laten lopen om onderhoudswerkzaamheden uit te voeren, moet u uw kleding, handen, voeten en andere lichaamsdelen uit de buurt van de motor en bewegende delen houden. Hou omstanders uit de buurt van de machine. • Controleer regelmatig de werking van de Veiligheid bij onderhoud parkeerrem. Indien nodig moet u deze afstellen en een onderhoudsbeurt geven.
De machine omhoog brengen GEVAAR Een opgekrikte machine kan wankel staan. De machine kan van de krik afglijden, waardoor iemand die zich eronder bevindt letsel kan oplopen. g034407 Figuur 22 • Start de motor niet als de machine is opgekrikt. 1. Hefpunten achteraan • Haal altijd het sleuteltje uit het contact voordat u van de machine stapt. De motorkap openen • Blokkeer de wielen wanneer de machine wordt ondersteund door hefwerktuigen.
Het kussen van de zitbank verwijderen 1. Druk het kussen van de zitbank overeind in de geheven stand. 2. Schuif het kussen opzij, uit de pennen, en til het kussen op (Figuur 24). g237190 Figuur 25 g237191 Figuur 24 Het kussen van de zitbank plaatsen Schuif het kussen van de zitbank op de pennen en laat het kussen zakken (Figuur 25).
De lagers in de voorwielen smeren Smering De machine smeren Onderhoudsinterval: Om de 300 bedrijfsuren Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren/Jaarlijks (houd hierbij de kortste periode aan)—Lagers en lagerbussen smeren. Smeer vaker als de machine in zware omstandigheden wordt gebruikt. Specificatie smeermiddel: Mobilgrease XHP™-222 De naaf en rotor verwijderen Type vet: Nr. 2 vet op lithiumbasis 1.
4. De lagers in de wielen smeren Verwijder de stofkap van de naaf (Figuur 30). 1. Verwijder het buitenste lager en de loopring van het lager van de naaf (Figuur 32). g192346 Figuur 30 1. Borgpen 4. Asmoer 2. As 5. Moerzekering 3. Borgplaatje 6. Stofkap g033050 Figuur 32 5. Verwijder de borgpen en de moerzekering van de as en de asmoer (Figuur 30). 6. Verwijder de asmoer van de as, en verwijder de naaf en de rotor van de as (Figuur 30 en Figuur 31). 1. Afdichting 4.
De naaf en rotor monteren 1. Breng een laagje van het aanbevolen smeermiddel aan op de as (Figuur 33). g192345 Figuur 34 g192344 1. Borgpen Figuur 33 1. Moerzekering 4. Buitenste lager 2. Asmoer 5. Naaf, rotor, binnenste lager, loopring en afdichting 3. Borgplaatje 2. Moerzekering 9. 6. As 2. Monteer de naaf en de rotor op de as met de rotor aan de binnenkant (Figuur 33). 3. Monteer het buitenste lager op de as en plaats het lager in de buitenste loopring (Figuur 33). 4.
Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen. Van deze stoffen is bekend dat ze kanker en schade aan de voortplantingsorganen veroorzaken. Was altijd uw handen nadat u met deze onderdelen in aanraking bent geweest. • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool.
opladen (bladz. 32). Neem ook de volgende voorzorgsmaatregelen voordat u de accu's oplaadt: GEVAAR Raak geen elektrische componenten of contacten van de motor aan. – Zet de contactschakelaar van de machine op UIT voordat u de oplader aansluit op een voedingsbron. Als u zulke componenten of contacten aanraakt, kunt u ernstig of zelfs dodelijk gewond raken. – Gebruik uitsluitend de oplader die is geleverd bij de machine om de accu's op te laden.
Opmerking: Als de accu's volledig Opmerking: Als de accu's worden opgeladen, opgeladen zijn, vult u de accu's bij met gedistilleerd of gedeïoniseerd water; zie De accu's bijvullen met gedistilleerd of gedeïoniseerd water (bladz. 34). knippert het groene lampje op de oplader. Als de accu's volledig zijn opgeladen, stopt het groene lampje met knipperen en blijft het constant branden. Belangrijk: Laad de accu's volledig op 3. voordat u ze bijvult met water.
g034218 Figuur 36 1. Oogje van accu 4. Als de oogjes wit zijn, moet u de accu bijvullen met gedistilleerd of gedeïoniseerd water; zie De accu's bijvullen met gedistilleerd of gedeïoniseerd water (bladz. 34). g034255 Figuur 37 1. Watervulopening 3. Waterhandpomp 2. Aansluiting handpomp De accu's bijvullen met gedistilleerd of gedeïoniseerd water 5.
5. Spuit Toro beschermspray op de accupolen. 6. Zorg ervoor dat de rubberen stopkapjes op alle accukabels goed zijn bevestigd op de accupolen. 7. Steek het sleuteltje in de contactschakelaar en draai het naar de stand AAN. 8. Breng de laadbak naar beneden, draai het sleuteltje van de contactschakelaar naar de stand UIT en verwijder het sleuteltje. Opslag van de accu's Laad de accu's volledig op voordat u de machine stalt.
3. Maak de elektrische aansluiting voor de kabelboom los van de lampaansluiting aan de achterkant van de behuizing van de koplamp (Figuur 40). g035852 Figuur 40 g036964 1. Behuizing van koplamp Figuur 39 3. Elektrische kabelboomaansluiting 2. Lamp 1. Zekeringhouder Onderhoud van de koplampen 4. Draai de lamp een kwartslag linksom en duw ze naar achteren, uit de behuizing van de koplamp (Figuur 40). 5.
3. g035853 Figuur 41 1. Snelklem 4. Koplamp 2. Opening in de bumper 5. Lamp 3. Stelschroef 6. Elektrische kabelboomaansluiting 4. Verwijder de snelklemmen waarmee de koplamp aan de koplampbeugel is bevestigd (Figuur 41). Opmerking: Bewaar alle onderdelen voor de montage van de nieuwe koplamp. 5. Verwijder de koplamp door deze naar voren door de opening in de voorbumper te trekken (Figuur 41). 6. Monteer de nieuwe koplamp via de opening in de bumper (Figuur 41).
Onderhoud aandrijfsysteem Onderhoud van de banden Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer de staat van de banden en velgen. Om de 100 bedrijfsuren—Draai de wielmoeren aan. 1. Inspecteer de banden en velgen op tekenen van slijtage en beschadiging. g313577 Figuur 42 Opmerking: Ongelukken tijdens 2. 2. 13 mm van het midden van het stuurwiel 1.
3. Rol op een vlakke ondergrond de machine 2 tot 3 meter recht achteruit en vervolgens recht vooruit naar de plaats waar u vertrok. Hierdoor kan de ophanging de bedrijfsstand aannemen. De vlucht afstellen Benodigdheden (door de eigenaar verschaft): schroefsleutel, Toro onderdeelnr. 132-5069; verkrijgbaar bij een erkende Toro distributeur. g009235 Belangrijk: Stel de vlucht uitsluitend af indien u Figuur 45 een werktuig aan de voorkant gebruikt of indien de slijtage aan de banden ongelijkmatig is. 1.
2. 3. 4. Stel de parkeerrem in werking. Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact. Verwijder de vulplug op de transaxle (Figuur 47). 2. Opmerking: Bewaar het deksel van de transaxle en de bouten. Opmerking: Het vloeistofpeil moet tot aan de onderkant van de vulplug komen. g217835 Figuur 47 1. Vulplug 5. 6. Als het vloeistofpeil te laag is, verwijder dan de vulplug en vul bij met de aanbevolen vloeistof tot deze uit de opening stroomt (Figuur 47).
Onderhouden remmen Opmerking: Als u de parkeerrem niet op de vereiste spanning kunt brengen, zijn de remblokken misschien versleten en zijn ze aan vervanging toe. Vraag uw erkende Toro servicedealer om hulp. De parkeerrem controleren 1. Stel de parkeerrem in werking door de parkeerremhendel naar u toe te trekken tot u weerstand voelt. 2.
De service- en parkeerremblokken vervangen Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren Vraag uw erkende Toro servicedealer om de serviceen parkeerremblokken te controleren en mogelijk te vervangen. g002136 Figuur 51 1. Reservoir voor remvloeistof 4. Remvloeistof verversen 2. Minimum-streep Onderhoudsinterval: Om de 1000 bedrijfsuren Neem contact op met uw erkende Toro servicedealer. Doe het volgende als het vloeistofpeil te laag is: A.
Onderhoud van het chassis Reiniging De vergrendelingen van de laadbak afstellen Was de machine indien nodig. Gebruik uitsluitend water of water met een mild reinigingsmiddel. U kunt een doek gebruiken om de machine schoon te maken, maar de kap zal dan wel iets minder gaan glanzen. De machine schoonmaken Als de vergrendeling van de laadbak slecht is afgesteld, trilt de laadbak op en neer tijdens het rijden.
Stalling 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking, schakel de machine uit en verwijder het sleuteltje. 2. Verwijder vuil en vet van het gehele voertuig, inclusief de buitenkant van de motor en het ventilatorbehuizing. 3. Controleer de remmen; zie De remmen controleren (bladz. 42). 4. Smeer de machine; zie De machine smeren (bladz. 28). 5. Controleer de bandenspanning; zie Bandenspanning controleren (bladz. 14). 6.
Problemen, oorzaak en remedie Knippercode statuslampje machine Probleem Mogelijke oorzaak Remedie Het statuslampje van de machine brandt ononderbroken. 1. Het systeem werkt naar behoren. 1. Geen Het statuslampje van de machine heeft 1 keer geknipperd. 1. Er is een configuratiefout in de regelaar. 1. Neem contact op met uw erkende Toro servicedealer. Het statuslampje van de machine heeft 2 keer geknipperd. 1. De parkeerrem is ingeschakeld terwijl de machine in VOORUIT of ACHTERUIT staat. 1.
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie 1. Er heeft zich een fout voorgedaan in de motor-encoder. 1. De bedrading van de motor-encoder (snelheidssensor) controleren. 2. Het maximale toerental werd overschreden. 2. Draai de contactschakelaar naar UIT, wacht een paar seconden en draai de contactschakelaar op AAN, en controleer of de machine normaal werkt. Het statuslampje van de machine heeft 12 keer geknipperd. 1. Er heeft zich een configuratiefout voorgedaan in de regelaar. 1.
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw garantieclaim te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie mee te delen, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
Toro Garantie Elektrische Workman Beperkte garantie Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.