Operation Manual

Bepaalde instellingen van het apparaat
kunt u alleen in de instellingsmodus wij
-
zigen.
Zit u in de instellingsmodus, wordt
het deuralarm of een andere foutmel
-
ding automatisch onderdrukt; in het
display brandt echter wel
alarmsymbool ;.
Instelmogelijkheden
0 Vergrendeling in-/uitschakelen
) Geluidssignalen in-/uitschakelen
s Lichtsterkte van het display in-
stellen
u Temperatuur in de Perfect-
Fresh-zone wijzigen
¬ Sabbatmodus in-/uitschakelen
Hoeudetemperatuur in de Perfect-
Fresh-zone wijzigt, wordt beschreven
in het hoofdstuk: "De juiste tempera-
tuur".
Alle andere genoemde mogelijkheden
worden hieronder beschreven.
Vergrendeling 0
Met de vergrendeling kunt u voorkomen
dat per ongeluk:
het apparaat wordt uitgeschakeld;
een andere temperatuur wordt inge
-
steld;
de superkoeling wordt ingeschakeld
en dat instellingen worden gewijzigd.
Het uitschakelen van de vergrende
-
ling is natuurlijk wel mogelijk.
Hiermee kan worden voorkomen dat
bijv. kinderen iets aan de bediening
van het apparaat veranderen.
Het in- en uitschakelen van de ver-
grendeling
^ Tip de toets voor de instellingsmodus
aan.
In het display verschijnen alle symbolen
voor de instellingsmodus. Symbool 0
knippert.
^
Tip de OK - toets aan om uw keuze te
bevestigen.
In het display knippert de laatst inge
-
stelde variant. Symbool 0 brandt.
Het wijzigen van instellingen
26