Gebruiks- en montagehandleiding Oven met magnetron Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat. nl-NL M.-Nr.
Inhoud Veiligheidsinstructies en waarschuwingen......................................................... 7 Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................ 20 Overzicht oven met magnetron ......................................................................... 21 Bedieningselementen ......................................................................................... Aan/Uit-toets ..............................................................................
Inhoud Akoestische signalen............................................................................................. Melodieën......................................................................................................... Solo-toon.......................................................................................................... Toetssignaal........................................................................................................... Eenheden ...............................
Inhoud Bediening: ovenfuncties zonder magnetron..................................................... Eenvoudige bediening........................................................................................... Koelventilator......................................................................................................... Uitgebreide bediening ........................................................................................... Ovenfunctie wijzigen ............................................
Inhoud Popcorn ......................................................................................................... 87 Bakken.................................................................................................................. Aanwijzingen bij de tabellen .................................................................................. Tabel bakken ......................................................................................................... Roerdeeg..........................
Inhoud Hardnekkige verontreinigingen............................................................................ 124 Grillelement omlaagklappen................................................................................ 125 Nuttige tips......................................................................................................... 126 Service en garantie ........................................................................................... 132 Elektrische aansluiting.......................
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan persoonlijk letsel of beschadiging van het apparaat tot gevolg hebben. Lees de gebruiks- en montagehandleiding daarom aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt. In de handleiding vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Verantwoord gebruik Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor particulier huishoudelijk gebruik (of daarmee vergelijkbaar). Het apparaat mag niet buiten worden gebruikt. Het apparaat is uitsluitend bestemd voor het ontdooien, verwarmen, koken, bakken, braden, grilleren en inmaken van voedingsmiddelen. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan en kan gevaarlijk zijn. Brandgevaar! Als u in het apparaat ontvlambare producten droogt, verdampt het vocht.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Wanneer er kinderen in huis zijn Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdurend toezicht houdt. Kinderen vanaf acht jaar mogen het apparaat alleen zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten bedienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening. Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen of onderhouden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Verbrandingsgevaar! De huid van kinderen is gevoeliger voor hoge temperaturen dan de huid van volwassenen. Het apparaat wordt heet bij het deurglas, het bedieningspaneel en bij de openingen waar de ovenlucht vrijkomt. Zorg dat kinderen uit de buurt van het apparaat blijven als het in gebruik is. Verwondingsgevaar! De deur mag met maximaal 8 kg worden belast. Kinderen kunnen zich aan de geopende deur verwonden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden kunnen grote risico’s voor de gebruiker ontstaan. Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend uitvoeren door vakmensen die door Miele zijn geautoriseerd. Een beschadigd apparaat kan uw veiligheid in gevaar brengen. Controleer het voor de inbouw op zichtbare schade. Neem een beschadigd apparaat nooit in gebruik.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Gebruik het apparaat alleen als het is ingebouwd, zodat de veiligheid is gewaarborgd. Dit apparaat mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een boot) worden gebruikt. Wanneer onderdelen worden aangeraakt die onder spanning staan of wanneer elektrische of mechanische onderdelen worden veranderd, is dit gevaarlijk voor de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat de oven niet meer goed functioneert. Open nooit de ommanteling van het apparaat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Voor een correcte werking van het apparaat moet voldoende koellucht worden aangevoerd. De aanvoer van koellucht mag niet worden belemmerd (bijvoorbeeld door inbouw van warmtewerende lijsten in de keukenkast). Andere warmtebronnen (zoals een open haard) mogen de benodigde koellucht niet te veel verwarmen. Als het apparaat achter een meubeldeur is ingebouwd, mag de deur niet worden gesloten als u het apparaat gebruikt.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Veilig gebruik Verbrandingsgevaar! Het apparaat wordt bij gebruik heet. Afhankelijk van de gekozen ovenfunctie wordt met name het bovenwarmte-/grillelement zeer heet. U kunt zich ook branden aan de verwarmingselementen, de ovenwanden, het voedingsmiddel en de accessoires. Draag daarom altijd ovenwanten als u hete gerechten in het apparaat zet of eruit haalt of als u in het hete apparaat bezig bent.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Als u de restwarmte voor het warmhouden van gerechten wilt gebruiken, kan door hoge luchtvochtigheid en condenswater corrosie in het apparaat ontstaan. Ook het bedieningspaneel, het werkblad en de keukenkast kunnen beschadigd raken. Dek gerechten die u met de ovenfunctie "Magnetron " bereidt altijd af. Kies na de bereiding een lager magnetronvermogen, zodat niet te veel waterdamp vrijkomt.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Het apparaat is niet geschikt voor het reinigen en desinfecteren van gebruiksvoorwerpen. Bovendien kunnen er hoge temperaturen ontstaan, waardoor u zich kunt branden als u de voorwerpen uit het apparaat haalt. Als u gesloten potten of flessen verhit, wordt druk opgebouwd. Het voorwerp kan daardoor ontploffen. Verhit daarom nooit voedingsmiddelen of vloeistoffen in afgesloten potten of flessen. Verwijder bij zuigflessen eerst de dop en de speen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Kwik- en vloeistofthermometers zijn niet geschikt voor hoge temperaturen en breken gemakkelijk. Onderbreek het bereidingsproces als u de temperatuur van het gerecht wilt meten en gebruik uitsluitend speciale thermometers. Kussens met kersenpitten, gel en vergelijkbare producten mogen niet in het apparaat worden verhit. Zulke producten kunnen in brand vliegen, ook nadat ze uit het apparaat zijn gehaald.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Wegwerpbakjes van kunststof zijn geschikt als ze voldoen aan de eisen die vermeld staan onder "Serviesgoed voor de magnetron Kunststof". Blijf bij het apparaat als u voedingsmiddelen met de magnetronfunctie bereidt in wegwerpbakjes van kunststof, papier of andere brandbare stoffen. Isolatieverpakkingen bestaan onder meer uit een laagje aluminiumfolie dat de microgolven terugkaatst. Hierdoor kan de verpakking oververhit raken en vlam vatten.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Reiniging en onderhoud De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor het reinigen van het apparaat nooit een stoomreiniger. Door krassen kunnen de glasplaten van de deur beschadigd raken. Gebruik voor de reiniging van de glasplaten dan ook geen schuurmiddelen, geen harde sponzen of borstels en geen metalen schrapers.
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van een apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal waardevolle materialen.
Overzicht oven met magnetron a Bedieningselementen b Deurvergrendeling c Grillelement d 3 niveaus voor de glazen schaal en het rooster e Frontgedeelte met typeplaatje f Deur 21
Bedieningselementen a Aan/Uit-toets In- en uitschakelen b Sensortoetsen Voor het kiezen van de ovenfuncties c Display Voor de weergave van de dagtijd en van informatie voor de bediening d Sensortoets Voor stapsgewijs terugspringen e Sensortoets OK Voor het bevestigen van instellingen en meldingen f Sensortoetsen en Voor het instellen van waarden en "bladeren" in keuzelijsten g Sensortoets Voor het openen van de deur h Sensortoets Voor het instellen van een kookwekkertijd i Sensortoets Voor he
Bedieningselementen Aan/Uit-toets Sensortoetsen De Aan/Uit-toets reageert op aanraking met uw vinger. De sensortoetsen reageren op aanraking met uw vinger. Telkens als u een toets aanraakt, hoort u een akoestisch signaal. U kunt dit signaal uitzetten (zie "Instellingen – Toetssignaal"). Met deze toets schakelt u de oven in en uit.
Bedieningselementen Sensor- Functie toets Voor het "bladeren" in de keuzelijsten en het wijzigen van waarden Opmerkingen Met de pijltoetsen bladert u in de keuzelijsten naar boven en naar beneden. Tijdens het bladeren worden de menupunten achtereenvolgens gemarkeerd. Het menupunt dat u wilt kiezen, moet gemarkeerd zijn. Gemarkeerde waarden kunt u met de pijltoetsen verhogen of verlagen.
Bedieningselementen Sensor- Functie toets Opmerkingen Voor het in- en uit- Als de dagtijd zichtbaar is, kunt u met de toets schakelen van de de verlichting in- en uitschakelen. verlichting Als het display donker is, moet u de oven eerst inschakelen, voordat de sensortoets reageert. Afhankelijk van de gekozen instelling dooft de verlichting bij een bereiding na 15 seconden of blijft continu aan.
Bedieningselementen Display – Handelaar Op het display wordt de dagtijd weergegeven en kunt u informatie aflezen over de ovenfuncties, de temperaturen, de magnetronvermogens, de bereidingstijden, de automatische programma's, de eigen programma's en de instellingen.
Bedieningselementen Symbolen In het display kunnen ook de volgende symbolen verschijnen: Symbool Betekenis Kookwekker Als er twee of drie keuzemogelijkheden zijn, verschijnen er pijltjes aan de rechter kant. Blader door de keuzelijst. De beschikbare menupunten worden daarbij achtereenvolgens gemarkeerd. Als er meer dan drie keuzemogelijkheden zijn, verschijnt er een balkje aan de rechter kant. Blader door de keuzelijst.
Uitvoering Type-aanduiding Een overzicht van de beschreven modellen vindt u op de achterkant van het boekje. Typeplaatje Het typeplaatje bevindt zich achter de deur, op het frontgedeelte. Hier vindt u de type-aanduiding van uw oven, het fabricagenummer en de aansluitgegevens (spanning/frequentie/ maximale aansluitwaarde). Zorg dat u deze informatie bij de hand heeft, als u vragen of problemen heeft. Miele kan u dan gericht verder helpen.
Uitvoering Glazen schaal Rooster met uittrekbeveiliging U kunt de glazen schaal voor alle ovenfuncties gebruiken. U kunt het rooster gebruiken voor bereidingen met gecombineerde ovenfuncties en voor de ovenfuncties zonder magnetron. Het rooster is niet geschikt voor de ovenfunctie "Magnetron ". Gebruik voor de ovenfunctie "Magnetron " altijd de glazen schaal. Belast de glazen schaal met niet meer dan 8 kg.
Uitvoering Ronde bakvorm HBF 27-1 De ronde bakvorm kan door microgolven beschadigd raken. Gebruik de ronde bakvorm niet voor bereidingen met de ovenfunctie "Magnetron " en niet voor gecombineerde ovenfuncties met magnetron. Als u het rooster tot de uittrekbeveiliging uit de oven heeft getrokken, kunt u het helemaal uit de oven halen door het rooster aan de voorkant iets op te tillen.
Uitvoering Spatel Met de spatel kunt u de deur bij een stroomstoring openen. Schuif de spatel hiervoor schuin van boven in de spleet tussen het bedieningspaneel en de deur. Diepte: 22 cm Diepte: 35 cm * HUB 61-22 HUB 62-22 ** HUB 61-35 HUB 62-35 ** HBD 60-22 HBD 60-35 Gourmet-braadpan HUB en gourmetdeksel HBD De gourmet-braadpannen en de deksels kunnen door microgolven beschadigd raken.
Uitvoering Ovenelektronica Koelventilator Door de elektronica van het apparaat is het mogelijk de verschillende ovenfuncties te gebruiken voor bakken, braden, grilleren en verwarmen. De ventilator wordt bij elke bereiding automatisch ingeschakeld. De ventilator mengt de hete ovenlucht met de lucht uit de keuken. Zo wordt de ovenlucht afgekoeld, voordat deze tussen de deur en het bedieningspaneel vrijkomt.
Uitvoering PerfectClean-veredelde oppervlakken PerfectClean-veredelde oppervlakken hebben zeer goede anti-aanbakeigenschappen en zijn heel eenvoudig te reinigen. Na het bakken of braden laat het gerecht gemakkelijk los en verontreinigingen kunt u eenvoudig verwijderen. Op PerfectClean kunt u uw gerechten in stukken snijden en verdelen. Gebruik geen keramische messen op PerfectClean-veredelde oppervlakken, omdat deze krassen kunnen veroorzaken.
Eerste ingebruikneming Basisinstellingen U mag het apparaat alleen gebruiken als het is ingebouwd. Als het apparaat op de netspanning wordt aangesloten, wordt het automatisch ingeschakeld. Welkomstscherm In het display verschijnt een begroeting. Daarna wordt u gevraagd enkele instellingen uit te voeren die voor de ingebruikneming van het apparaat nodig zijn. Volg de aanwijzingen op het display. Taal instellen Blader in de keuzelijst, totdat de gewenste taal oplicht. Bevestig met OK.
Eerste ingebruikneming Dagtijdweergave Stel ten slotte de weergave van de dagtijd voor het uitgeschakelde apparaat in (zie "Instellingen – Dagtijd – Weergave"). – Bevestig met OK. Het apparaat is nu klaar voor gebruik. Aan De dagtijd wordt altijd in het display weergegeven. – De melding Eerste ingebruikneming succesvol afgerond verschijnt. Uit Als u per ongeluk een taal heeft gekozen die u niet beheerst, volg dan de aanwijzingen onder "Instellingen – Taal ".
Eerste ingebruikneming Oven voor het eerst opwarmen Als u de oven voor het eerst opwarmt, kunnen er onaangename geurtjes ontstaan. Als u de lege oven gedurende minimaal één uur verhit, verdwijnen deze geurtjes snel. Zorg daarbij voor een goede ventilatie van de keuken. U voorkomt zo dat de geurtjes in andere vertrekken te ruiken zijn. Verwijder eventueel aanwezige stickers en beschermfolie uit de oven en van de accessoires.
Instellingen Menu "Instellingen" oproepen Instellingen wijzigen en opslaan Af fabriek heeft uw apparaat bepaalde instellingen die u in het menu Instellingen kunt wijzigen. Schakel de oven in. Dit menu roept u bij uitgeschakelde oven met de sensortoets op. U vindt het menu ook als submenu onder . De actuele instellingen worden met een vinkje aangegeven. Kies of om weer naar het hogere menuniveau te gaan. U kunt instellingen alleen wijzigen als op dat moment geen bereiding plaatsvindt.
Instellingen Overzicht instellingen Menupunt Taal Mogelijke instellingen ... / deutsch / english / ...
Instellingen Menupunt Naloop ventilator Mogelijke instellingen Temperatuurgestuurd * Tijdgestuurd Voorgeprogramm. temperaturen Voorgeprogrammeerde vermogens Veiligheid Vergrendeling Toetsenvergrendeling Handelaar Demo-functie Fabrieksinstellingen Instellingen Aan / Uit * Resetten / Niet resetten Eigen programma's Wissen / Niet wissen Voorgeprogrammeerde vermogens Resetten / Niet resetten Voorgeprogramm.
Instellingen Taal Tijdformaat U kunt uw eigen taal en land instellen. U kunt het tijdformaat van de dagtijd kiezen: Nadat u uw keuze heeft gemaakt en bevestigd, verschijnt in het display meteen de gekozen taal. Tip: Als u per ongeluk een taal heeft gekozen die u niet beheerst, kunt u aan de hand van het symbool gemakkelijk weer terug naar het submenu Taal .
Instellingen Verlichting Akoestische signalen – Melodieën Aan De ovenverlichting blijft tijdens de hele bereiding ingeschakeld. – 15 seconden aan De verlichting wordt tijdens een bereiding na 15 seconden uitgeschakeld. Als u op drukt, wordt de verlichting weer 15 seconden ingeschakeld. Lichtsterkte display De instelling van de lichtsterkte van het display kunt u aflezen op een balkje met zeven segmenten. Als een functie is beëindigd, hoort u met tussenpozen meermaals een melodie.
Instellingen Toetssignaal Eenheden Het volume van de signalen die u hoort als u een toets aanraakt, wordt weergegeven als een balkje met zeven segmenten. Gewicht – Bij de automatische programma's wordt het gewicht van de voedingsmiddelen in grammen weergegeven. Als alle segmenten gevuld zijn, is het maximale volume ingesteld. Is geen enkel segment gevuld, dan is het signaal uitgezet. Kies Zachter of Harder om het volume te wijzigen.
Instellingen Quick-magnetron Warmhouden Zodat de magnetron meteen kan starten, zijn een vermogen van 1000 W en een bereidingstijd van 1 minuut voorgeprogrammeerd. – – Bij de ovenfunctie "Magnetron " wordt ook een warmhoudfunctie geactiveerd, als u een vermogen van minimaal 450 W instelt en een bereidingstijd van minimaal 10 minuten. Als u het gerecht na de bereiding niet uit het apparaat haalt, wordt deze functie na ca. 5 minuten ingeschakeld. In het display verschijnt Warmhouden.
Instellingen Naloop ventilator Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de keukenkast neerslaat, blijft de ventilator na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld. – Temperatuurgestuurd De ventilator wordt bij een temperatuur in de oven onder ca. 70 °C uitgeschakeld. – Tijdgestuurd De ventilator wordt na ca. 25 minuten uitgeschakeld. Door condenswater kunnen de keukenkast en het werkblad beschadigd raken en kan er corrosie in het apparaat ontstaan.
Instellingen Voorgeprogrammeerde vermogens Als u vaak met afwijkende magnetronvermogens werkt, kan het zinvol zijn de voorgeprogrammeerde vermogens te wijzigen. U kunt de voorgeprogrammeerde vermogens voor de ovenfunctie "Magnetron " en voor de gecombineerde ovenfuncties wijzigen. Zodra u het menupunt heeft opgeroepen, verschijnt de lijst met ovenfuncties en het betreffende voorgeprogrammeerde vermogen.
Instellingen Toetsenvergrendeling Handelaar Deze vergrendelingsfunctie voorkomt dat een bereidingsproces onbedoeld wordt uitgeschakeld of dat instellingen worden gewijzigd. Als deze vergrendeling actief is, worden de sensortoetsen enkele seconden na de start van een bereiding vergrendeld. Met deze functie kan de vakhandel het apparaat presenteren, zonder dat de verwarming wordt ingeschakeld (demofunctie). Voor particulier gebruik is deze instelling niet relevant.
Instellingen Fabrieksinstellingen – Instellingen Alle instellingen worden weer op de fabrieksinstellingen gezet. – Eigen programma's Alle eigen programma's worden gewist. – Voorgeprogrammeerde vermogens De gewijzigde magnetronvermogens worden weer op de fabrieksinstellingen gezet. – Voorgeprogramm. temperaturen De gewijzigde voorgeprogrammeerde temperaturen worden weer op de fabrieksinstellingen gezet.
Kookwekker De kookwekker kunt u onder meer gebruiken als u iets buiten de oven bereidt, bijvoorbeeld als u eieren kookt. U kunt de kookwekker ook gebruiken als u al tijden voor het automatisch inof uitschakelen van de oven heeft ingesteld (bijvoorbeeld om u eraan te herinneren dat u na een bepaalde tijd kruiden wilt toevoegen of vlees wilt besprenkelen). U kunt een kookwekkertijd van maximaal 9 uur, 59 minuten en 55 seconden instellen.
Kookwekker Na afloop van de kookwekkertijd: Kookwekkertijd wijzigen – knippert . Kies . – De tijd begint op te lopen. In het display verschijnt Kookwekker en Wijzigen is gemarkeerd. – U hoort een signaal, als deze functie ingeschakeld is (zie "Instellingen – Akoestische signalen"). Kies . De akoestische en optische signalen worden uitgezet. Bevestig met OK. De kookwekkertijd verschijnt. Wijzig de kookwekkertijd. Bevestig met OK. De gewijzigde tijd wordt opgeslagen.
Overzicht ovenfuncties Voor de bereiding van gerechten kunt u uit diverse functies kiezen. Ovenfuncties zonder magnetron Sommige ovenfuncties staan op het bedieningspaneel. Nog meer functies vindt u onder . Ovenfunctie Grill VoorgeproTemperagrammeerde tuurbereik temperaturen Stand 3 Stand 1–3 Voor het grilleren van platte stukken vlees en voor bruineren. Het gehele verwarmingselement (voor de bovenwarmte/grill) wordt roodgloeiend.
Overzicht ovenfuncties Ovenfunctie Braadautomaat Voor braden. Tijdens de aanbraadfase wordt de oven eerst op een hoge temperatuur ingeschakeld (230 °C). De oven schakelt daarna vanzelf terug naar de ingestelde temperatuur (doorbraadtemperatuur). Gratineren VoorgeproTemperagrammeerde tuurbereik temperaturen 160 °C 100–230 °C 190 °C 100–230 °C Voor het bereiden van ovenschotels en gratins die een krokant laagje moeten krijgen.
Overzicht ovenfuncties Gecombineerde ovenfuncties met magnetron Bij de gecombineerde ovenfuncties worden bepaalde verwarmingselementen en de magnetron afwisselend ingeschakeld. De verwarmingselementen zorgen ervoor dat het voedingsmiddel bruin wordt en de magnetron verkort het bereidingsproces. Het maximaal instelbare magnetronvermogen is 300 W. Sommige ovenfuncties staan op het bedieningspaneel. Nog meer functies vindt u onder .
Overzicht ovenfuncties Ovenfunctie Magnetron + Grill VoorgeproTemperagrammeerde tuurbereik temperaturen Stand 3 Stand 1–3 Voor het grilleren van platte stukken vlees en voor bruineren. Het gehele verwarmingselement (voor de bovenwarmte/grill) wordt roodgloeiend. Het verwarmingselement levert de infraroodstraling die voor het grilleren nodig is. Door het inschakelen van de magnetron wordt de bereidingstijd verkort. Het maximaal instelbare magnetronvermogen is 300 W.
Magnetronfunctie Principe Voordelen In het apparaat zit een magnetronbuis. Deze zet stroom om in elektromagnetische golven: de microgolven. Deze microgolven worden gelijkmatig over de ovenruimte verdeeld. Daarnaast worden ze door de metalen zijwanden gereflecteerd, zodat ze van alle kanten bij en in het voedingsmiddel kunnen komen. – Een gerecht kan over het algemeen met weinig of geen extra vloeistof of vet met de magnetronfunctie worden bereid.
Serviesgoed voor de magnetron Let op bij de ovenfunctie "Magnetron " en bij gecombineerde ovenfuncties met magnetron: Brandgevaar! Serviesgoed dat niet geschikt is voor de magnetron kan beschadigd raken en daarbij ook het apparaat beschadigen. Microgolven worden door metaal teruggekaatst. Het materiaal en de vorm van het serviesgoed zijn van invloed op de bereidingstijd. Het beste kunt u ronde of ovale platte schalen gebruiken.
Serviesgoed voor de magnetron Aardewerk Beschilderd aardewerk is alleen geschikt als het motief zich onder een glazuurlaag bevindt. Verbrandingsgevaar! Aardewerk kan heet worden. Trek daarom altijd ovenwanten aan. Kunststof U kunt kunststof serviesgoed en wegwerpbakjes van kunststof voor de ovenfunctie "Magnetron " gebruiken, als deze magnetronbestendig zijn. Uit milieu-overwegingen kunt u beter geen wegwerpbakjes gebruiken.
Serviesgoed voor de magnetron Servies dat niet geschikt is voor de magnetron Voor de magnetronfunctie is serviesgoed met holle handgrepen en knoppen ongeschikt. Hierin kan zich vocht ophopen, waardoor druk ontstaat en de delen ontploffen (tenzij de betreffende delen goed ontlucht zijn). Gebruik dergelijk serviesgoed niet. Metaal Metaal kaatst microgolven terug, waardoor het gerecht niet warm wordt. Gebruik voor gecombineerde ovenfuncties met magnetron geen metalen schalen, aluminiumfolie en bestek.
Serviesgoed voor de magnetron – Aluminiumfolie Test Vlees met een onregelmatige vorm, zoals gevogelte, wordt het beste ontdooid en bereid als u de platte delen de laatste paar minuten met stukjes aluminiumfolie afdekt.
Serviesgoed voor de magnetron Serviesgoed in het apparaat zetten Deksel Het gebruik van een deksel biedt de volgende voordelen: – Het voorkomt dat bij lange bereidingstijden te veel waterdamp ontsnapt. – Het zorgt ervoor dat het voedingsmiddel sneller warm wordt. – Het voorkomt dat het voedingsmiddel uitdroogt. Schuif de glazen schaal op niveau 1 van onderen in de oven. – Het houdt de ovenruimte schoon. Zet het serviesgoed met het voedingsmiddel altijd midden op de glazen schaal.
Serviesgoed voor de magnetron Het materiaal van een kunststof Gebruik geen deksel voor: deksel moet hittebestendig zijn tot 110 °C. Gebruik bij hogere temperaturen (zoals bij de ovenfuncties "Grill " en "Hetelucht plus ") geen kunststof deksel. Het materiaal kan anders vervormen en een verbinding aangaan met het voedsel. Gebruik een kunststof deksel alleen voor de ovenfunctie "Magnetron ". – gepaneerde voedingsmiddelen Het deksel mag de betreffende schaal niet helemaal afsluiten.
Tips om energie te besparen – Haal alle accessoires uit de oven die niet voor een bereiding nodig zijn. – Verwarm de oven alleen voor als dat in het recept of de bereidingstabel staat. – Open de deur niet onnodig tijdens een bereiding. Als u de deur tijdens een bereiding met een ovenfunctie zonder magnetron opent, wordt de verwarming automatisch uitgeschakeld. De ventilators blijven aan. Een bereiding zonder magnetron wordt na het sluiten van de deur meteen voortgezet.
Tips om energie te besparen Benutting restwarmte Instellingen – Bij bereiding met temperaturen boven 140 °C en bereidingstijden van meer dan 30 minuten kunt u de temperatuur ca. 5 minuten voor het einde van de bereiding tot de minimaal instelbare temperatuur verlagen. De aanwezige restwarmte is voldoende om de bereiding te voltooien. Schakel de oven echter in geen geval uit (zie het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen").
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Eenvoudige bediening Koelventilator Schakel de oven in. Kies de gewenste functie. Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de keukenkast neerslaat, blijft de ventilator na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld. De ovenfunctie, de voorgeprogrammeerde temperatuur en het temperatuurbereik verschijnen. De ventilator wordt na een bepaalde tijd automatisch uitgeschakeld (zie "Instellingen – Naloop ventilator").
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Uitgebreide bediening Ovenfunctie wijzigen U heeft het voedingsmiddel in de oven gezet, een ovenfunctie gekozen en een temperatuur ingesteld. U kunt de ovenfunctie tijdens een bereiding wijzigen. Kies . In het display verschijnt de melding Andere ovenfunctie?. Er verschijnen meer menupunten die u voor een bereiding kunt instellen of wijzigen: Kies de gewenste functie. Kies Ja.
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Temperatuur wijzigen Zodra u een ovenfunctie kiest, verschijnt de bijbehorende voorgeprogrammeerde temperatuur met het temperatuurbereik (zie "Overzicht ovenfuncties"). Voorbeeld: U heeft "Hetelucht plus " en 170 °C ingesteld. U kunt het stijgen van de temperatuur op het display volgen. U wilt de temperatuur tot 155 °C verlagen. Als de voorgeprogrammeerde temperatuur overeenkomt met de temperatuur uit uw recept, bevestigt u de waarde met OK. Kies .
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Snelopwarmen Ovenruimte voorverwarmen Met de functie "Snelopwarmen" wordt de opwarmfase verkort. Het verwarmingselement voor de bovenwarmte/ grill, het ringvormige verwarmingselement en de ventilator worden tegelijk ingeschakeld, zodat het apparaat zo snel mogelijk de gewenste temperatuur bereikt. U hoeft de ovenruimte slechts bij weinig bereidingen voor te verwarmen.
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Bereidingstijden instellen U heeft het voedingsmiddel in de oven gezet, een ovenfunctie gekozen en een temperatuur ingesteld. Als u een waarde invoert bij Bereidingstijd, Einde om of Start om kunt u het apparaat automatisch laten uitschakelen of laten in- en uitschakelen. – Bereidingstijd Hier voert u de tijd in die voor een bereiding nodig is. Na afloop van die tijd wordt de ovenverwarming automatisch uitgeschakeld.
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Bereidingsproces automatisch in- en uitschakelen Automatisch in- en uitschakelen is ideaal voor het braden van vlees. Als u een taart of brood wilt bakken, kunt u de bereiding beter niet te lang van tevoren programmeren. Het deeg kan uitdrogen en de werking van het rijsmiddel kan afnemen. Als u een bereidingsproces automatisch wilt laten in- en uitschakelen, kunt u de tijden op verschillende manieren invoeren.
Bediening: ovenfuncties zonder magnetron Ingestelde bereidingstijden wijzigen Kies . Alle menupunten die u kunt wijzigen, verschijnen. Blader in de keuzelijst, totdat de gewenste tijd oplicht. Bevestig met OK. Het menupunt Wijzigen is gemarkeerd. Bevestig met OK. Wijzig de ingestelde tijd. Bevestig met OK. Bij een stroomstoring worden de instellingen gewist. Bereiding afbreken Kies . Als in het display Bereiding afbreken? verschijnt, kiest u Ja.
Bediening: ovenfunctie "Magnetron " Eenvoudige bediening Na afloop van de bereidingstijd Schakel de oven in. – In het display verschijnt de melding Program. afgerond. Plaats het voedingsmiddel in de oven. Kies de ovenfunctie "Magnetron ". De ovenfunctie, het voorgeprogrammeerde magnetronvermogen en het veld voor de bereidingstijd verschijnen. De ovenverlichting wordt ingeschakeld. Wijzig zo nodig het voorgeprogrammeerde magnetronvermogen. Bevestig met OK. Stel de bereidingstijd in.
Bediening: ovenfunctie "Magnetron " Uitgebreide bediening Magnetronvermogen wijzigen U heeft het voedingsmiddel in de oven gezet, een magnetronvermogen en een bereidingstijd ingesteld. Af fabriek is voor de ovenfunctie "Magnetron " een voorgeprogrammeerd vermogen van 1000 W ingesteld. Kies . Als het voorgeprogrammeerde vermogen met uw recept overeenkomt, bevestigt u de waarde met OK.
Bediening: ovenfunctie "Magnetron " Bereidingstijd wijzigen Meer bereidingstijden instellen Kies . U heeft het voedingsmiddel in de oven gezet, een magnetronvermogen en een bereidingstijd ingesteld. Blader in de keuzelijst, totdat Bereidingstijd gemarkeerd is. Bevestig met OK. Wijzig de bereidingstijd. Bevestig met OK. Kies . Als u een waarde invoert bij Einde om of Start om kunt u het apparaat automatisch laten uitschakelen of laten in- en uitschakelen.
Bediening: ovenfunctie "Magnetron " Bereidingsproces automatisch in- en uitschakelen Verloop van een bereiding met automatische in- en uitschakeling Als u een bereidingsproces automatisch wilt laten in- en uitschakelen, kunt u de tijden op verschillende manieren invoeren. Via: Tot aan de start verschijnen in het display de ovenfunctie, het magnetronvermogen, de bereidingstijd, Start om en de starttijd.
Bediening: ovenfunctie "Magnetron " Ingestelde bereidingstijden wijzigen Einde bereidingstijd wissen Kies . Kies . Alle menupunten die u kunt wijzigen, verschijnen. Blader in de keuzelijst, totdat de gewenste tijd oplicht. Blader in de keuzelijst, totdat de gewenste tijd oplicht. Bevestig met OK. Bevestig met OK. Als u de instellingen voor Einde om of Start om wilt wijzigen, bevestigt u Wijzigen met OK. Wijzig de betreffende tijd. Bevestig met OK.
Bediening: gecombineerde ovenfuncties Bij de gecombineerde ovenfuncties wordt de ovenfunctie "Magnetron" gecombineerd met een andere ovenfunctie (bijvoorbeeld "Hetelucht plus" of "Braadautomaat"). De bereidingstijd neemt hierdoor af. Eenvoudige bediening Schakel de oven in. Plaats het voedingsmiddel in de oven. Kies de gewenste functie. De ovenfunctie, het voorgeprogrammeerde magnetronvermogen en het bereik verschijnen. De ovenverlichting wordt ingeschakeld.
Bediening: gecombineerde ovenfuncties Na afloop van de bereidingstijd Koelventilator – In het display verschijnt de melding Program. afgerond. Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de keukenkast neerslaat, blijft de ventilator na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld. – De ovenverwarming wordt automatisch uitgeschakeld. – De ventilator blijft ingeschakeld. – U hoort een signaal, als deze functie ingeschakeld is (zie "Instellingen – Akoestische signalen").
Bediening: gecombineerde ovenfuncties Uitgebreide bediening Temperatuur wijzigen U heeft het voedingsmiddel in de oven gezet, een temperatuur, een magnetronvermogen en een bereidingstijd ingesteld. Kies . Kies . Er verschijnen meer menupunten die u voor een bereiding kunt instellen of wijzigen: De ingestelde temperatuur is gemarkeerd. Bevestig met OK. Wijzig de temperatuur. De temperatuur verandert in stappen van 5 °C. – Temperatuur Bevestig met OK.
Bediening: gecombineerde ovenfuncties Snelopwarmen Bij de ovenfuncties "Magnetron + Hetelucht plus " en "Magnetron + Braadautomaat " wordt de functie "Snelopwarmen " automatisch ingeschakeld, als u een temperatuur van meer dan 100 °C instelt (zie "Bediening: ovenfuncties zonder magnetron – Snelopwarmen"). Ovenfunctie wijzigen U kunt de ovenfunctie tijdens een bereiding wijzigen (zie "Bediening: ovenfuncties zonder magnetron – Ovenfunctie wijzigen").
Automatische programma's Het apparaat beschikt over vele automatische programma's voor de meest uiteenlopende gerechten. Met deze programma's bereikt u comfortabel en veilig een optimaal bereidingsresultaat. Kies het bij uw gerecht passende programma en volg de aanwijzingen op het display. Overzicht voedingsmiddelcategorieën De automatische programma's roept u op met de functie .
Automatische programma's Aanwijzingen voor het gebruik – Bij gebruik van de automatische programma's dienen de bijgevoegde recepten als oriëntatiehulpmiddel. Met een bepaald programma kunt u ook soortgelijke recepten met afwijkende hoeveelheden bereiden. – Laat de ovenruimte na een bereiding eerst tot kamertemperatuur afkoelen, voordat u een automatisch programma start. – Bij sommige automatische programma's moet na een deel van de bereidingstijd vocht worden toegevoegd.
Eigen programma's U kunt maximaal 20 eigen programma's samenstellen en opslaan. Eigen programma's samenstellen – U kunt maximaal tien bereidingsstappen combineren om het verloop van de bereiding van uw lievelingsrecepten vast te leggen. Voor elke bereidingsstap kiest u instellingen als een ovenfunctie, een temperatuur en een bereidingstijd. Kies . – U kunt ook de niveaus voor het voedingsmiddel vastleggen. – Ten slotte kunt u voor uw recept een programmanaam invoeren.
Eigen programma's Alle instellingen voor de 1e bereidingsstap zijn vastgelegd. Blader in de keuzelijst, totdat het gewenste teken oplicht. U kunt nog meer bereidingsstappen toevoegen, bijvoorbeeld omdat u na de eerste ovenfunctie nog een andere ovenfunctie wilt gebruiken. Bevestig met OK. Als er meer bereidingsstappen nodig zijn, kiest u Stap toevoegen en gaat u verder te werk zoals beschreven voor de 1e bereidingsstap.
Eigen programma's Eigen programma's starten Plaats het voedingsmiddel in de oven. Kies . In het display verschijnen de programmanamen en eronder Programma bewerken. Blader in de keuzelijst, totdat het gewenste programma oplicht. Blader in de keuzelijst, totdat het gewenste menupunt oplicht. Bevestig met OK. Bevestig de melding over het niveau waarop het voedingsmiddel moet worden ingeschoven met OK. Het programma start meteen of op het ingestelde tijdstip. Bevestig met OK.
Eigen programma's Eigen programma's wijzigen Stappen wijzigen De bereidingsstappen van automatische programma's die u onder een eigen naam heeft opgeslagen, kunt u niet wijzigen. Kies . In het display verschijnen de programmanamen en eronder Programma bewerken. Wijzig het programma (zie "Eigen programma's samenstellen"). Bevestig met OK. Controleer de instellingen en bevestig deze met OK. Blader in de keuzelijst, totdat Opslaan gemarkeerd is. Bevestig met OK.
Eigen programma's Naam wijzigen Eigen programma’s wissen Kies . Kies . In het display verschijnen de programmanamen en eronder Programma bewerken. In het display verschijnen de programmanamen en eronder Programma bewerken. Bevestig met OK. Bevestig met OK. Blader in de keuzelijst, totdat Programma wijzigen gemarkeerd is. Blader in de keuzelijst, totdat Programma wissen gemarkeerd is. Bevestig met OK. Bevestig met OK.
Quick-magnetron Met de "Quick-magnetron"-toets start de magnetron met een bepaald vermogen en een bepaalde bereidingstijd, bijvoorbeeld voor het verwarmen van vloeistoffen. Voorgeprogrammeerd zijn het maximale vermogen van 1000 W en een bereidingstijd van 1 minuut. Tip: U kunt het magnetronvermogen en de bereidingstijd wijzigen. De maximaal instelbare bereidingstijd is afhankelijk van het gekozen magnetronvermogen (zie "Instellingen – Quick-magnetron").
Popcorn Met de popcorn-toets start de magnetron met een bepaald vermogen en een bepaalde bereidingstijd. De magnetron start standaard met een vermogen van 850 W en een bereidingstijd van 3 minuten. Dit komt overeen met de waarden die de meeste fabrikanten aanbevelen voor de bereiding van popcorn in magnetrons. Tip: U kunt de bereidingstijd wijzigen en maximaal 4 minuten instellen (zie "Instellingen – Popcorn"). Het magnetronvermogen kan niet worden gewijzigd.
Bakken Voor een gezonde voeding dienen voedingsmiddelen behoedzaam te worden bereid. Bak taarten, pizza's, patat en dergelijke dan ook goudgeel en niet donkerbruin. Ovenfuncties Hetelucht plus Deze ovenfunctie is ideaal voor het bakken van koekjes, roerdeeg, soezendeeg, bladerdeeg en appelflappen. Magnetron + Hetelucht plus Deze gecombineerde functie is ideaal voor het bakken van deeg met een langere baktijd, zoals gistdeeg, kwarkoliedeeg, cakebeslag en kneeddeeg.
Bakken Aanwijzingen bij de tabellen Niveau De gegevens voor de aanbevolen ovenfunctie zijn vet gedrukt. – Hetelucht plus Taarten/cakes in bakvormen: niveau 1 van onderen Plat gebak (zoals koekjes en plaatkoek): niveau 2 van onderen Bakken op twee niveaus tegelijk (afhankelijk van de hoogte van het gebak): niveau 1+3 van onderen of niveau 2+3 van onderen De tijden gelden, tenzij anders aangegeven, voor een oven die niet is voorverwarmd. Bij een voorverwarmde oven zijn de baktijden ca.
Bakken Tabel bakken Roerdeeg Zandtaart, chocolade-/amandelcake [°C] 140–160 Tulband 150–170 Taart / cake / gebak Muffins Small cakes (1 glazen schaal) * Small cakes (2 glazen schalen) * Marmercake (vorm) Vruchtentaart met schuim/bovenlaag (glazen schaal) Vruchtentaart (glazen schaal) Vruchtentaart (vorm) [W] – 1 [min] 60–80 – 1 65–80 160 80 1 60–70 150–170 – 2 25–35 1) – 2 30–36 1) 150 150–170 – 2+3 – 1 44–50 60–70 150–170 – 2 35–45 1
Bakken Kneeddeeg Taartbodem [°C] 150-170 1 [min] 30-38 Kruimelkoek (glazen schaal) 150-170 2 40-50 Koeken/koekjes 150-170 2 20-30 Spritsen (1 glazen schaal) * 140 1 42-49 Spritsen (2 glazen schalen) * 140 2+3 Kwarktaart 150-170 1 42-49 75-85 2 110-120 1 65-75 1 60-70 Taart / cake / gebak 1) Appeltaart (apple pie) (vorm Ø 20 cm) * Appeltaart, afgedekt 160 150-170 Abrikozentaart met bovenlaag (vorm) 150-170 2) Ovenfunctie / Hetelucht
Bakken Gistdeeg / kwark-olie-deeg Kruimelkoek (glazen schaal) [°C] 150–170 2 [min] 35–45 Vruchtentaart (glazen schaal) Guglhupf (tulband) 150–170 170 140–160 – 150 – 2 2 1 40–50 35–45 55–65 Stol 150–170 – 1 55–75 Witbrood 160–180 – 1 40–50 Volkorenbrood 150–170 – 1 110–130 Pizza (glazen schaal) Uienbrood (glazen schaal) 170–190 180 150–170 – 80 – 2 2 2 40–50 30–40 35–40 Appelflappen 150–170 – 2 25–35 Taart / cake / gebak [W] – O
Bakken Biscuitdeeg Taart [°C] 150–170 Taartbodem (2 eieren) 150–170 Taart / cake / gebak Zacht biscuitdeeg * Biscuitrol 1) 170 150–170 1 [min] 30–50 1 25–30 2 32–37 2 20–25 Ovenfunctie / Hetelucht plus / Temperatuur / Niveau (van onderen) / Bereidingstijd * De instellingen gelden ook voor onderzoek volgens EN 60350-1. 1) Schakel tijdens de opwarmfase de functie "Snelopwarmen" uit met de sensortoets .
Braden Ovenfuncties Kookgerei Hetelucht plus , Braadautomaat Houd bij de keuze van de ovenfunctie rekening met het materiaal van het kookgerei: Voor het braden van vlees-, vis- en gevogeltegerechten die een bruin korstje moeten krijgen en voor het braden van rosbief en filet. Magnetron + Hetelucht plus , Magnetron + Braadautomaat Met deze combinatie wordt de bereidingstijd verkort. Stel voor de gehele bereidingstijd het volgende magnetronvermogen in: – bij vlees en vis: max. 300 W.
Braden Braden in een pan met deksel Tips Wij adviseren het gebruik van een braadpan met deksel. Het vlees blijft dan lekker sappig. Bovendien blijft de oven schoner dan bij braden op het rooster. Ook blijft er genoeg fond over voor het bereiden van een saus. – Bruineren: Het vlees wordt pas aan het einde van de bereidingstijd bruin. Het wordt extra bruin als u halverwege de tijd het deksel van de pan haalt. Kruid het vlees en leg het in de pan.
Braden Aanwijzingen bij de tabellen Voorverwarmen De tijden gelden, tenzij anders aangegeven, voor een niet voorverwarmde ovenruimte. Voorverwarmen is meestal niet nodig, alleen bij rosbief en filet. Houdt u zich aan de aangegeven temperaturen, magnetronvermogens, niveaus en tijden. Daarbij is rekening gehouden met divers kookgerei, diverse vleessoorten en gewoonten.
Braden Tabel braden Rund, wild, gevogelte 1) 2) Vlees Rundvlees, ca. 1 kg Runderfilet/rosbief, ca. 1 kg Wild (bout), ca. 1 kg / 3) / [°C] 170–190 4) [W] [min] – 100–120 – 40–60 – 100–120 / 190–210 180–200 Wild (rug), ca. 1 kg / 180–200 – 70–100 Gevogelte, ca. 1 kg / 170–190 – 55–65 / 180 150 45–55 / 170–190 – 200–220 / 160 150 120–150 Gevogelte, ca.
Braden Varken, kalf, lam, vis 1) 2) Vlees/vis [W] [min] – 110–130 Varkensvlees (fricandeau, nekstuk), 3) ca. 1 kg / [°C] 170–190 / 180 150 90–100 Casselerrib, ca. 1 kg / 170–190 – 70–80 / 180 150 60–70 – 65–75 300 35–45 / 180 170–190 – 80–100 / 180 150 70–80 / 170–190 – 110–130 / 180 150 90–110 / 170–190 – 60–80 / 160–180 – 45–55 / 170 150 35–45 Gehakt, ca. 1 kg / / Kalfsvlees, ca. 1 kg Lamsbout, ca.
Grilleren Verbrandingsgevaar! Als u de Kookgerei deur niet sluit, wordt de uitstromende hete lucht niet langs de koelventilator geleid en dus niet afgekoeld. De bedieningselementen worden dan heet. Sluit de ovendeur tijdens het grilleren. Gebruik voor grilleren bij voorkeur het rooster. Bestrijk het rooster voor het grilleren met olie en leg het vlees erop. Zorg dat de stukken ongeveer even dik zijn, zodat de bereidingstijden niet te veel verschillen.
Grilleren Grilleren Verwarm het bovenwarmte-/grillelement ca. 5 minuten voor. Houd de ovendeur gesloten. Schakel gedurende die tijd niet de magnetronfunctie in! Leg het te bereiden product op het rooster. Bij de ovenfuncties "Grill " en "Magnetron + Grill ": Kies de ovenfunctie, het magnetronvermogen en de grilleerstand. Bij de ovenfuncties "Circulatiegrill " en "Magnetron + Circulatiegrill ": Kies de ovenfunctie, het magnetronvermogen en de temperatuur.
Grilleren Voorverwarmen Is het vlees gaar? Voor grilleren moet u de oven voorverwarmen. Verwarm het bovenwarmte-/ grillelement ca. 5 minuten voor. Houd de ovendeur gesloten. Als u wilt controleren of het vlees voldoende gaar is, drukt u met een lepel op het vlees. Rood: Schakel gedurende die tijd niet de magnetronfunctie in! Niveau Medium: – Grill , Magnetron + Grill : Gebruik afhankelijk van de grootte van het voedingsmiddel niveau 2 of 3 van onderen.
Grilleren Tabel grilleren Verwarm het bovenwarmte-/grillelement bij grilleerfuncties ca. 5 minuten voor. Houd daarbij de deur gesloten. Schakel gedurende die tijd niet de magnetronfunctie in! Te grilleren product Stand van onderen Platte voedingsmiddelen Runderbiefstuk Burger * Schaschlik Spies met gevogelte Schnitzel Gehaktballen Braadworst Visfilet Forel Toast * Toast Hawaii Tomaten Perziken Dikke voedingsmiddelen Kip, ca. 1 kg Rollade Ø 10 cm, ca. 1,5 kg Varkensschenkel, ca.
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Ontdooien Verwarmen Koken Ovenfunctie / 80 W Zeer kwetsbare voedingsmiddelen: room, boter, slagroom- en crèmetaart, kaas 150 W Alle andere voedingsmiddelen 450 W Baby-, kindervoeding 600 W 850 W Diverse gerechten; diepgevroren kanten-klaarmaaltijden die niet bruin hoeven te worden 1000 W Dranken 850 W Aankoken 450 W Doorkoken Geschikt voor: Ovenschotels; wellen van bijvoorbeeld dessertrijst, griesmeel; diepgevroren producten die niet bruin ho
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Voor het ontdooien, verwarmen en koken Na het ontdooien, verwarmen en koken Doe het product in magnetronbestendig serviesgoed en dek het af. Let op de aangegeven doorwarmtijden (de tijd waarin de warmte zich gelijkmatig verdeelt). Zet het serviesgoed midden op de glazen schaal op niveau 1 van onderen. Bij gecombineerde ovenfuncties Gebruik alleen magnetron- en hittebestendig serviesgoed. Gebruik over het algemeen geen deksel.
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Aanwijzingen voor het verwarmen Verbrandingsgevaar! Voeding voor baby's en kinderen mag niet te heet worden. De kinderen kunnen zich anders branden. Verwarm deze producten daarom niet langer dan 30–60 seconden op 450 Watt. Als u gesloten potten of flessen verhit, wordt druk opgebouwd. Het voorwerp kan daardoor ontploffen. Verhit daarom nooit voedingsmiddelen of vloeistoffen in afgesloten potten of flessen. Verwijder bij zuigflessen eerst de dop en de speen.
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Aanwijzingen voor het koken Als u voedingsmiddelen waarvan de schil of het vel hard is (tomaten, worstjes, aubergines, etc.) verhit, kunnen deze ontploffen. Maak daarom eerst een paar gaatjes of inkepingen in de schil of het vel. Zo kan de vrijkomende damp ontsnappen. Als u eieren met schaal met de magnetronfunctie kookt, ontploffen de eieren. Dat kan ook gebeuren, nadat u ze al uit het apparaat heeft gehaald.
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Toepassing Tips en aanwijzingen Ontdooien van grote hoeveelheden, bijvoorbeeld 2 kg vis Hiervoor kunt ook de glazen schaal gebruiken (niveau 1 van onderen). Verwarmen van gerechten Gebruik altijd een deksel, behalve bij gepaneerde producten. Bereiden van groente De kooktijd van groente is afhankelijk van de versheid. Verse groente bevat meer water en is daardoor sneller gaar. Bij groente die al enige tijd is bewaard, moet u wat water toevoegen.
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Tabel voor het ontdooien Zuivelproducten Room Boter Plakjes kaas Melk Kwark Taart / gebak / brood Zandtaart (1 stuk) Zandtaart Vruchtentaart (3 stukken) Boterkoek (3 stukken) Slagroom-, crèmetaart (1 stuk) Slagroom-, crèmetaart (3 stukken) Gebak van gist-/bladerdeeg (4 stukken) Fruit Aardbeien, frambozen Rode bessen Pruimen Vlees Rundergehakt Haantje / kip Groente Erwten Asperge Bonen Rode kool Spinazie 1) Hoeveelheid [W] [min] [min] 250 ml 250 g 250 g 500 m
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Tabel voor het verwarmen Hoeveelheid [W] [min:sec] 1) [min] 2) Dranken Koffie (drinktemperatuur 60–65 °C) Melk (drinktemperatuur 60–65 °C) 1 kopje (200 ml) 1 kopje (200 ml) Water aan de kook brengen Babyflesje (melk) 1 kopje (125 ml) ca.
Magnetron: ontdooien/verwarmen/koken Tabel voor het koken Hoeveelheid Vlees Gehaktballetjes in jus (400 g vlees) Kalfsgoulash in saus (750 g vlees) Gevogelte Kip in mosterdsaus Reepjes kippenvlees in kerriesaus Gevogelte-risotto Vis Visfilet in saus Vis in kerrie Verse groente Wortels Bloemkoolroosjes Erwten Paprikareepjes Koolrabi (in stiften) Spruitjes Asperge Broccoliroosjes Prei Sperziebonen Diepvriesgroente Erwten, gemengde groenten Spinazie Spruitjes Broccoli Prei Desserts Kwarkschotel (500 g kwark) V
Nog meer toepassingen Naast de automatische programma's beschikt uw oven over nog meer toepassingen die u onder "Meer programma's " vindt: – Ontdooien – Braadautomaat Daarnaast vindt u in dit hoofdstuk informatie over de volgende toepassingen: – Inmaken – Diepvriesproducten/kant-en-klaargerechten (zie hoofdstuk: "Overzicht ovenfuncties") – Gratineren – Drogen – Verwarmen (verwarmen van bordmaaltijden) – Gistdeeg laten rijzen – Magnetron + Grill (zie hoofdstuk: "Overzicht ovenfuncties") – Pi
Nog meer toepassingen Meer programma's Ontdooien Dit programma is ontwikkeld om diepvriesproducten behoedzaam te ontdooien. Gebruik magnetronbestendig serviesgoed. Kies . Kies Ontdooien. Kies de gewenste categorie. Stel het gewicht van het voedingsmiddel in. Volg de aanwijzingen op het display. De ventilator laat de lucht in de ovenruimte circuleren. De diepvriesproducten worden zo behoedzaam ontdooid. 112 Let bij het ontdooien van gevogelte extra op de hygiëne.
Nog meer toepassingen Gratineren Deze ovenfunctie is zeer geschikt voor ovenschotels en andere gerechten die een krokant bovenlaagje moeten krijgen. U kunt een temperatuur instellen tussen 100 en 230 °C. Kies . Kies Gratineren en wijzig eventueel de voorgeprogrammeerde temperatuur. Volg de aanwijzingen op het display. In de tabel staan slechts enkele voorbeelden.
Nog meer toepassingen Drogen Product Met dit programma kunt u drogen. Drogen is een traditionele conserveringsmethode. Fruit 2–8 uur Groente 3–8 uur U kunt een temperatuur instellen tussen 80 en 100 °C. Het fruit en de groente moeten vers en rijp zijn en mogen geen lelijke plekken hebben. Bereid het te drogen product voor. – Appels kunt u eventueel schillen. Verwijder het klokhuis en snijd de appel in ca. 0,5 cm dikke schijfjes. – Pruimen kunt u eventueel ontpitten.
Nog meer toepassingen Verwarmen Gistdeeg laten rijzen Dit programma is voor het verwarmen van voedingsmiddelen. Dit programma is voor het rijzen van gistdeeg. Gebruik magnetronbestendig serviesgoed. Plaats de te verwarmen voedingsmiddelen afgedekt op de glazen schaal. Kies . Kies Verwarmen. Kies de gewenste categorie. U kunt een temperatuur instellen tussen 30 en 50 °C. Kies . Kies Gistdeeg laten rijzen. Verander eventueel de voorgeprogrammeerde temperatuur en stel de bereidingstijd in.
Nog meer toepassingen Pizza Servies verwarmen Dit programma is voor het bakken van pizza. Dit programma is voor het verwarmen van serviesgoed. U kunt een temperatuur instellen tussen 160 en 250 °C. U kunt een temperatuur instellen tussen 50 en 80 °C. Kies . Kies Pizza. Verander eventueel de voorgeprogrammeerde temperatuur en stel de bereidingstijd in. Volg de aanwijzingen op het display. Gebruik hittebestendig serviesgoed. Kies . Kies Servies verwarmen.
Nog meer toepassingen Inmaken Voorbereiding Geschikte potten/glazen De gegevens gelden voor maximaal 5 glazen met een inhoud van 0,5 l. Verwondingsgevaar! In afgesloten blikken en dergelijke ontstaat bij verwarming overdruk. Hierdoor kunnen deze voorwerpen openbarsten. Gebruik het apparaat niet om voedingsmiddelen in afgesloten blikken en dergelijke in te maken of te verwarmen. Gebruik alleen speciale glazen/potten die in de vakhandel verkrijgbaar zijn: Bereid de glazen voor.
Nog meer toepassingen Inmaken met "Hetelucht plus " Inmaken met "Magnetron " Kies de ovenfunctie "Hetelucht plus " en een temperatuur van 150–170 °C. Kies de ovenfunctie "Magnetron " en een vermogen van 850 W. Wacht tot het water in de glazen gaat borrelen (het gelijkmatig opstijgen van luchtbelletjes). Verlaag de temperatuur tijdig om overkoken te voorkomen. Verlaag het vermogen tijdig om overkoken te voorkomen.
Nog meer toepassingen Na het inmaken Verbrandingsgevaar! Gebruik ovenhandschoenen als u de glazen uit de oven haalt. Haal de glazen uit de oven. Dek de glazen met een doek af en laat ze nog ca. 24 uur op een tochtvrije plek staan. Verwijder de klemmen of het plakband. Controleer aansluitend of alle glazen goed dicht zijn.
Nog meer toepassingen Diepvriesproducten/kant-enklaargerechten Tips Diepvriestaarten, -pizza's, -stokbroden – Bak dergelijke diepvriesproducten op het rooster, waarop u bakpapier heeft gelegd. – Kies de laagste temperatuur die op de verpakking vermeld staat. Patat, kroketten en dergelijke – Bak dergelijke diepvriesproducten op de glazen schaal, waarop u bakpapier heeft gelegd. – Kies de laagste temperatuur die op de verpakking vermeld staat. – Keer de producten regelmatig om.
Reiniging en onderhoud Verbrandingsgevaar! De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld. Controleer of de deur en de deurdichting beschadigd zijn. Bij beschadigingen mag u de magnetronfunctie niet gebruiken! Laat het apparaat eerst door Miele repareren. Letselrisico! De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor de reiniging nooit een stoomreiniger.
Reiniging en onderhoud Ongeschikte reinigingsmiddelen Om beschadigingen aan de oppervlakken te voorkomen, mogen de volgende middelen niet worden gebruikt: – soda-, ammoniak-, zuur- en chloridehoudende reinigingsmiddelen – kalkoplossende reinigingsmiddelen op het front – schurende reinigingsmiddelen, zoals schuurpoeder, vloeibaar schuurmiddel en reinigingssteen – oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen – reinigingsmiddelen voor roestvrij staal – reinigingsmiddelen voor afwasautomaten – glasreinigers – reinigi
Reiniging en onderhoud Normale verontreinigingen Als vocht in het inwendige van het apparaat terechtkomt, kan het apparaat beschadigd raken. Neem de ovenruimte niet met een te natte doek af, anders kan er water via de openingen in het apparaat komen. Verwijder normale verontreinigingen bij voorkeur meteen met warm water, gewoon afwasmiddel en een schoon sponsdoekje of met een schoon, vochtig microvezeldoekje. Verwijder alle resten van reinigingsmiddelen met schoon water.
Reiniging en onderhoud Hardnekkige verontreinigingen Door overgelopen vruchtensap of braadresten kunnen oppervlakken blijvend verkleuren en doffe plekken krijgen. Dit heeft echter geen effect op de eigenschappen van deze oppervlakken. Probeer dergelijke vlekken niet met geweld te verwijderen. Gebruik alleen de beschreven hulpmiddelen. Bevochtig aangekoekte verontreinigingen met een sopje van afwasmiddel en laat het geheel enkele minuten inwerken.
Reiniging en onderhoud Grillelement omlaagklappen Als de bovenwand van de ovenruimte ernstig verontreinigd is, kunt u het verwarmingselement omlaagklappen. Reinig de bovenwand regelmatig met een vochtige doek of een afwassponsje. Het grillelement kan beschadigd raken. Druk het element nooit met geweld omlaag. Verbrandingsgevaar! De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld. Klap het element omlaag. De plaat aan de bovenwand kan beschadigd raken.
Nuttige tips De meeste problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voorkomen, kunt u zelf verhelpen. Het volgende overzicht helpt u daarbij. Neem contact op met Miele als u de oorzaak van een probleem niet kunt vinden of als u het probleem niet kunt verhelpen. Letselrisico! Ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden leveren grote risico's op voor de gebruiker. Miele kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing De deur kan niet worden geopend. De dagtijdweergave is uitgeschakeld. Daardoor is het display donker als de oven uitgeschakeld is en reageren de sensortoetsen niet. Zodra u de oven inschakelt, verschijnt de dagtijd en reageert de sensortoets (zie "Instellingen – Dagtijd – Weergave"). De oven is niet op het elektriciteitsnet aangesloten. Controleer of de stekker van de oven in de contactdoos zit.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing In het display verschijnt De oven stond langer dan gebruikelijk aan. De autoMaximale bedrijfsduur bematische uitschakeling is geactiveerd. reikt. Bevestig de melding met OK. Wis de melding Program. afgerond met . Het apparaat is nu weer klaar voor gebruik. In het display verschijnt Een probleem dat u niet zelf kunt verhelpen. Fout XX. Neem contact op met Miele. Als u de deur opent tijdens een bereiding met de ovenfunctie "Magnetron " hoort u geen geluid.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing Het gebak is na de in de De ingestelde temperatuur wijkt af van de temperatabel aangegeven berei- tuur uit het recept. dingstijd nog niet gaar. Kies de temperatuur die in het recept staat. De gebruikte hoeveelheden wijken af van de hoeveelheden uit het recept. Controleer of u het recept heeft veranderd. Als u bijvoorbeeld vocht of eieren toevoegt, wordt het deeg vochtiger, waardoor de bereidingstijd toeneemt. Het gebak is niet overal even bruin.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing Na een bereiding met de magnetronfunctie koelen de gerechten te snel af. De warmte ontstaat altijd eerst aan de buitenkant van het gerecht en verplaatst zich vervolgens naar het midden. Als u een gerecht op een hoog vermogen verwarmt, kan het van buiten al warm zijn, terwijl het van binnen nog koud is. Tijdens de doorwarmtijd wordt de temperatuur gelijkmatig over het gerecht verdeeld. De temperatuur binnenin stijgt, de temperatuur aan de buitenkant daalt.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing De ovenverlichting wordt niet ingeschakeld. De halogeenlamp is defect. Verbrandingsgevaar! De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld. De lampafdekking bestaat uit twee losse delen: een glasplaatje en een lijst. Als de afdekking valt, kan deze beschadigd raken. Houd de lampafdekking vast als u deze demonteert, zodat de afdekking niet valt.
Service en garantie Service Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u – uw Miele-vakhandelaar of – Miele. De gegevens van Miele vindt u achter in deze gebruiks- en montagehandleiding. Voor een goede en vlotte afhandeling moet Miele weten welk type apparaat u heeft en welk fabricagenummer het heeft. Deze informatie vindt u op het typeplaatje dat zich achter de deur, op het frontgedeelte bevindt.
Elektrische aansluiting Het apparaat wordt standaard geleverd met een aansluitkabel met stekker, geschikt voor aansluiting op wisselstroom 50 Hz, 230 V. De zekering moet minstens 16 A bedragen. Het apparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met randaarde en op een huisinstallatie die aan alle voorschriften voldoet (zoals NEN 1010). Groep 2 betekent dat het apparaat hoogfrequente energie in de vorm van elektromagnetische stralen genereert, waarmee voedingsmiddelen worden verwarmd.
Maatschetsen voor de inbouw Afmetingen apparaat en kast De afmetingen zijn in "mm" aangegeven.
Maatschetsen voor de inbouw Inbouw in een onderkast Als u het apparaat onder een kookplaat wilt inbouwen, let dan op de aanwijzingen voor het inbouwen van de kookplaat en op de inbouwhoogte van de kookplaat.
Maatschetsen voor de inbouw Gedetailleerde afmetingen front De afmetingen zijn in "mm" aangegeven.
Inbouwen U mag het apparaat alleen gebruiken als het is ingebouwd. Sluit het apparaat op het net aan. Schuif het apparaat tot aan de wasemlijst in de inbouwkast en stel het. Open de deur met de sensortoets en bevestig het apparaat met de bijgeleverde schroeven aan de zijwanden van de kast.
Aanwijzingen voor keuringsinstituten Testgerechten volgens EN 60705 (ovenfunctie "Magnetron ") [W] [min] 600 + 450 4 + 20 450 Testgerechten Eiercrème, 1000 g Zandtaart, 475 g Gehaktmassa, 900 g Aardappelgratin, 1100 g Taart/cake, 700 g Haantje / kip, 1200 g 600 + 450 300 + 180 °C 80 + 170 °C 300 + 180 °C 1) [min] 2) Voor het serviesgoed zie de norm, 120 afmetingen bovenkant 250 mm x 250 mm, open bereiden Voor het serviesgoed zie de norm, 7:30–8:30 5 buitendiamete
Aanwijzingen voor keuringsinstituten Testgerechten volgens EN 60350-1 [°C] 140 2 [min] 42–49 140 2+3 42–49 Nee 150 2 30–36 Nee 140 2+3 44–50 Nee 170 2 32–37 Nee 160 1 110–120 Nee Rooster – 3 Rooster op glazen schaal – 2 Testgerechten Accessoires Spritsen 1 glazen schaal 2 glazen schalen Small cakes 1) 1 glazen schaal 2 glazen schalen Zacht biscuitdeeg Springvorm 2) 26 cm 2) Appeltaart Springvorm (apple pie) 20 cm Toast Burger Voorve
Plan nu zelf een serviceafspraak via www.miele.nl. Snel en gemakkelijk. Bezoek op www.miele.nl ook de Miele Shop voor een compleet overzicht van alle accessoires, toebehoren en reinigings- en onderhoudsproducten voor uw Miele-apparaat. U kunt ook bellen met onze afdeling Klantcontacten, bereikbaar via telefoonnummer (0347) 37 88 88. Miele Nederland B.V. Postbus 166 4130 ED VIANEN (0347) 37 88 88 Bezoek het Miele Experience Center: De Limiet 2 4131 NR VIANEN Duitsland - Miele & Cie.
H6401BMX nl-NL M.-Nr.